Historische geografie Israël: de Arabieren in Palestina
Bij de verschijning van de Moslim Arabieren op het wereldtoneel veranderde de geopolitieke situatie van Palestina compleet. De Arabieren veroverden in korte tijd veel land in het Midden Oosten. Het Byzantijnse rijk werd teruggedreven. De Middellandse Zee veranderde van een transportroute in een zee waar gevochten werd. Wereldhandel werd voortaan over land bedreven: vanaf China, via Perzië, Egypte, Noord-Afrika, Spanje naar West-Europa. De Arabieren beheersten de Indische Oceaan en de Perzische Golf. De belangrijkste zeeroutes lieten Palestina links liggen.
Weinig verandering in het leven van de bevolking van Palestina
Palestina maakte vanaf 640 deel uit van het Kalifaat der Umayyaden. De Joodse en christelijke onderdanen kregen de status van dhimmi (beschermde volkeren). Ze kregen bescherming van lijf en goed en genoten ook van godsdienstvrijheid. Maar er waren ook beperkende bepalingen: betalen van speciale hoofdelijke omslag en er mochten geen nieuwe synagogen gebouwd worden. Ook mochten ze geen islamitische arbeiders of slaven in dienst hebben. Overigens woonden nog maar weinig Joden in Palestina.
Geopolitieke veranderingen
Langzaam begonnen de steden in de Negev hun economische functie te verliezen en werden verlaten. Ook kuststeden begonnen hun economische macht te verliezen. Akko en Ashkelon namen de plaats in van Caesarea, Apollonia en Jaffo als belangrijke havensteden. Omdat moslims geen wijn mogen drinken leidde dit tot een neergang van de landbouw (geen druiventeelt meer, alleen maar rozijnen). Door het verlies van stedelijke markten keerde de landbouw terug naar zelfvoorzienend. Alleen in de rift vallei waar irrigatie werd bedreven werden katoen, rietsuiker, indigo en rijst geproduceerd. In sommige steden bleven stedelijk ambachten bestaan zoals glasblazen en het maken van zeep.
Er was niet de hele tijd sprake van economische achteruitgang. Soms was sprake van een opbloei. De stad Ramle, die als hoofdstad diende, was één van de toonbeelden van vooruitgang.
De tijd van de Umayyaden
Ten tijde van de Umayyaden kregen 70 Joodse gezinnen van Kalief Omar ibn al-Khattab toestemming zich in Jeruzalem te vestigen. Ze woonden sinds de opstand van Bar Kochba in 135 opnieuw Joden in Jeruzalem. Ook gingen Joden opnieuw in Hebron wonen. Ramle, de nieuwe Arabische stad, trok eveneens Joden aan.
De Academie (Jesjiva) werd naar Tiberias verplaatst. Deze stad werd een belangrijk religieus en cultureel centrum voor de Joden. Hier woonden de paytanim (dichters van liturgische liederen) en de Masoreten die de vocalisatie van de Hebreeuwse Bijbeltekst ontwikkelden. Ook bevonden zich hier de Av Bet Din, de grote en de kleine Sanhedrin. De geoniem hadden zeggenschap in allerlei economische kwesties en vertegenwoordigden de gemeente bij de overheid. In de 9de eeuw hadden de geoniem minder te zeggen. Het primaat ging naar de gaon in Babylonië.
De tijd van de Abbasiden en Fatimiden
Voor de Umayyaden was Palestina nog een belangrijke provincie in strategisch en economisch opzicht. De Umayyaden hadden Damascus als hoofdstad, maar de Abbasiden kozen Bagdad als hoofdstad. Hierdoor werden Syrië en Palestina verwaarloosd door de Arabieren.
De Academie van Israël werd teruggeplaatst naar Jeruzalem. De Joodse bevolking in de stad nam toe. De Joden vormden samen met de christelijke bevolking de meerderheid in de stad. Tussen Joden en christenen kwam het tot botsingen. Maar ook tussen de Joodse Rabbanieten en de Karaieten woedde strijd. Joden in Jeruzalem werden economisch onderhouden door Joden in de Diaspora. Ook verdienden zij geld met het kopiëren van geschriften. Naast Jeruzalem woonden er Joden in Ramle, Tiberias, Hebron en de de Kuststreek. Toen het gezag der Fatimiden afnam verdwenen ook steeds meer Joden. Er woonden in de 10de en 11de eeuw nog maar enkele duizenden Joden in Palestina.
Tijdens 400 jaar Arabische overheersing van Palestina was het land een rurale samenleving geworden en waren de steden in aantal en omvang geslonken. Wat ons herinnert aan deze periode zijn de Arabische taal en de moslims die in Palestina wonen. Verder herinnert ons nog de Rotskoepel en de Al Aksa moskee aan deze periode.
Lees verder