Hans Frank, de slachter van Polen en zijn wrede misdaden
Hans Frank is geen naam die bij iedereen onmiddellijk een belletje doet rinkelen. De nazi behoorde in tegenstelling tot Göring, Himmler, Goebbels en vele anderen immers niet tot de kopstukken van het regime. Toch kan men hem tot de wreedste figuren van het Derde Rijk rekenen. Zijn levensloop begon onschuldig, als een belangrijk en gerespecteerd jurist, al lieten zijn uitspraken en ideeën toen al niet veel goeds vermoeden over wat nog zou komen. Later was hij in zijn functie als gouverneur van het Generalgouvernement in bezet Polen verantwoordelijk voor de dood van miljoenen Polen en Joden. Zijn bijnaam 'de slachter van Polen' had hij dan ook niet gestolen. Wie was Frank en welke misdaden beging hij?
Levensloop van Hans Frank
Studies
Hans Frank werd in 1900 geboren in Karlsruhe. Hij studeerde rechten en werkte in de jaren 20 en 30 als advocaat voor de NSDAP. In een groot aantal processen trad hij op namens de partij en vertegenwoordigde Hitler in de rechtszaal.
Huwelijk
In 1925 huwde Frank met Brigitte Herbst, een secretaresse aan de universiteit van München. Het koppel kreeg samen vijf kinderen.
Hoofdjurist
Toen Adolf Hitler in 1933 aan de macht kwam werd Hans Frank hoofdjurist van nazi-Duitsland. Hij was een overtuigd nazi en hield zich bezig met het omvormen van het traditionele recht naar een nieuwe, nationaalsocialistische rechtspraak. In deze periode stond Frank alom bekend als de belangrijkste rechtstheoreticus van het Derde Rijk. Nieuwe rechtsbegrippen als 'Liebe zum Führer' ('liefde voor de Führer') werden voortaan in het wetboek opgenomen, zoals Frank tijdens een
toespraak verduidelijkte.
Uitspraken die Frank tijdens zijn juridisch werk deed beloofden alvast weinig goeds voor wat nog komen zou. In een radiotoespraak uit 1934 verklaarde hij:
"Een ander fundamenteel beginsel is rassenwetgeving. De nationaalsocialisten waren de eersten in de gehele rechtsgeschiedenis die het rassenconcept tot de status van een juridische begrip hebben verheven. De Duitse natie, raciaal en nationaal verenigd, zal in de toekomst wettelijk worden beschermd tegen iedere verdere desintegratie van het zuivere Duitse ras"
Rijksminister
In 1934 werd Frank Rijksminister zonder portefeuille in de regering-Hitler. Hij bleef echter vooral als jurist van het regime werkzaam en zijn standpunten werden steeds radicaler, zoals tijdens een toespraak uit 1936 waaruit bleek dat voor Joden voortaan geen plaats meer was in het recht:
“Met name wij nationaalsocialistische juristen hebben een eigen missie. Wij bouwen het Duitse recht op de oude en vitale fundamenten van het Duitse volk. Het is zo voor de hand liggend dat het nauwelijks hoeft te worden vermeld: iedere deelname van de Jood aan het Duitse recht is onmogelijk.
De eliminatie van de Joden uit de Duitse rechtspraak is helemaal niet te wijten aan haat of afgunst, maar aan het besef dat de invloed van de Jood op het Duitse leven in essentie schadelijk en verderfelijk is en dat er in het belang van het Duitse volk en haar toekomst een onmiskenbare grens moet worden getrokken tussen ons en de Joden”
Duitse gouverneur in het Generalgouvernement
Eén van Hitler's belangrijkste doelstellingen was het verwerven van 'Lebensraum' (ruimte voor het Duitse volk). Daarom moest het Derde Rijk kost wat kost uitgebreid worden, vooral naar het oosten. Het lot van Polen was al voor de start van de oorlog bezegeld in een geheim verdrag (het 'Molotov-Ribbentrop pact') over de opdeling van het land tussen nazi-Duitsland en de Sovjet-Unie.
Toen Duitsland in 1939 Polen binnenviel werd het westelijk gedeelte bezet en onder Duits bestuur geplaatst maar niet geannexeerd. Frank werd benoemd tot gouverneur-generaal van het nieuwe 'Generalgouvernement', het door de Duitsers veroverde deel van Polen. In die functie zou hij zich van 1939 tot 1945 schuldig maken aan tal van misdaden.
De misdaden van de slachter van Polen
Onderdrukking van de bevolking
Onder Frank's bewind begon een meedogenloze verdrukking van de lokale bevolking. Uitbuiting en massamoord waren er aan de orde van de dag. Om Hitler's doelstelling van 'Lebensraum' te verwezenlijken vermoordde het regime honderdduizenden Polen in wat 'Befriedigungsaktionen' werden genoemd. De bezittingen van de slachtoffers werden aangeslagen. De naar schatting drie miljoen Poolse Joden liet Frank overbrengen naar getto's.
Voor de Polen was eenvoudigweg geen plaats meer op hun eigen grondgebied dat in de toekomst alleen nog door Ariërs bewoond zou worden. Ongeveer een miljoen Polen deporteerde men bovendien naar Duitsland om er als arbeidskracht in de oorlogsindustrie te werken.
Plunderingen
Frank liet de regio systematisch leegplunderen om zichzelf en zijn familie te verrijken. De roofzucht liep zo erg de spuigaten uit dat men in Berlijn zei: "Im Westen liegt Frankreich, im Osten wird der Frank reich" ('In het westen ligt Frankrijk, in het oosten wordt Frank rijk')
Een dagelijkse dosis doodvonnissen
Vooral de intellectuele klasse moest het ontgelden. Volgens de nazi-doctrine waren Slavische volkeren minderwaardig aan het Arische ras. Deze mensen waren enkel van nut om te werken en hadden bijgevolg geen denkers nodig. Zo werden de hoogleraren van de universiteit van Krakau naar een concentratiekamp gedeporteerd.
Bij voorrang liet het regime artsen, leerkrachten, priesters, wetenschappers en juristen executeren. Hans Frank voerde de politiek van het nazi-regime efficiënt en met enthousiasme uit en ondertekende dagelijks doodvonnissen.
De gouverneur maakte nooit een geheim van zijn plannen met het 'Generalgouvernement'. Reeds een paar dagen voor zijn benoeming verklaarde hij in het openbaar:
"Na de bezetting van Polen komt alleen nog maar het volgende in aanmerking: de benutting van het land door een nietsontziende uitbuiting, de afvoer van alle voor de Duitse oorlogseconomie belangrijke voorraden, grondstoffen, machines en productie-installaties, het vorderen van arbeidskrachten ten behoeve van de inzet in het Rijk, de liquidatie van de gehele Poolse economie tot een niveau waarbij alleen het meest noodzakelijke voor de allerarmsten overblijft en de sluiting van alle onderwijsinstellingen, in het bijzonder de technische scholen en hogescholen met het doel om het opgroeien van een nieuwe generatie Poolse intellectuelen te voorkomen.
Als we de oorlog eenmaal hebben gewonnen, dan kan wat mij betreft van de Polen, de Oekraïeners en wat hier nog verder rondzwerft, gehakt worden gemaakt. We kunnen dan met ze doen wat we maar willen.”
Hans Frank en zijn echtgenote Brigitte Herbst namen hun intrek in de koninklijke burcht Wawel in Krakau, vanwaar ze zich gedroegen als een koningspaar. Regelmatig reden ze in een open Mercedes door de Poolse getto's en Herbst noemde zichzelf trots 'de koningin van Polen'.
Het einde van Frank
Arrestatie en proces
Op 4 mei 1945 arresteerden de geallieerden Frank. Na zijn opsluiting verscheen hij in het beroemde Proces van Neurenberg, waar hij samen met topfiguren als Hermann Göring en Rudolf Hess in de beklaagdenbank zat. Het hof veroordeelde hem ter dood wegens oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid.
Tijdens zijn opsluiting had Frank zich bekeerd tot het katholicisme. Op het proces zei hij:
"Aan het begin van onze weg hadden wij geen vermoeden dat zich afwenden van God zulke verderfelijke, dodelijke gevolgen zou kunnen hebben en dat wij steeds dieper in onze schuld verstrikt zouden geraken.
Wij roepen het Duitse volk, welks machthebbers wij zijn geweest, terug van deze weg waarop wij en ons stelsel volgens goddelijk recht en gerechtigheid moesten verongelukken en waarop een ieder zal verongelukken die hem probeert te bewandelen, overal ter wereld. Er zullen nog duizend jaar voorbijgaan en de schuld van Duitsland zal nog steeds niet zijn uitgewist"
Terechtstelling
Op 16 oktober 1946 werd Frank opgehangen. Hij was de enige die de kamer met een glimlach op het gezicht binnenging. Rustig bevestigde hij zijn naam en fluisterde als laatste woorden: "Ik vraag God mij in genade aan te nemen".
Zoon Niklas rekent af met zijn vader
Boek over Hans Frank
In 1987 schreef zijn zoon Niklas Frank het boek 'Der Vater: Eine Abrechnung' een vernietigend werk waarin hij van zijn vader geen spaander heel liet. Het boek werd ook in het Nederlands vertaald onder de titel 'Vader, ik haat je'. Volgens Niklas stond zijn vader erop om persoonlijk elk doodvonnis en executiebevel te ondertekenen en was zijn berouw op het proces van Neurenberg niet meer dan komedie. Hij omschreef zijn vader ook ronduit als 'een slijmbal van een Hitlerfanaticus'.
Niklas beschrijft in het boek de herinneringen uit zijn jeugd. Zo nam zijn vader hem mee naar een concentratiekamp waar hij zag hoe gevangenen op een wilde ezel werden gezet om er door het dier telkens weer te worden afgegooid. Hij beschrijft ook hoe diepgeworteld de haat tegenover zijn vader zit.
Ophef en kritiek
Het boek leidde in Duitsland tot veel controverse en kritiek. Een groot deel van het lezerspubliek vond dat een zoon zijn eigen vader niet op deze manier door het slijk mag halen, hoe erg zijn misdaden ook zijn geweest.
Lees verder