Vier taalgebieden in België en vaststelling taalgrens
België heeft een bijzondere indeling wat het spreken van de taal betreft. Meestal wordt er gesproken over twee talen waarbij de taalgrens horizontaal op de kaart dwars door België loopt met in het noorden (Vlaanderen) een andere taal dan in het zuiden (Wallonië). Maar er wordt ook een derde taal gesproken in het oosten van België en er is ook een tweetalig gebied. Een bijzonderheid is dat België zogenaamde faciliteitengemeenten kent. Dat zijn gemeenten die weliswaar tot een bepaald taalgebied horen maar waar op verzoek van de burgers ook diensten in de andere taal moeten worden verleend.België met drie gebieden eentalig en een gebied tweetalig
België kent dus vier taalgebieden. In het noorden een gebied met de Nederlandse taal en in het zuiden de Franse taal. Een gebied dat in het oosten aan Duitsland grenst is Duitstalig en in de hoofdstad Brussel is zowel Nederlands al Frans de officiële taal. Sinds 1962 is tot op de centimeter precies bepaald tot welk taalgebied een streek of stad behoort. Het is dus een misverstand om te denken dat België een tweetalig (Nederlands en Frans) land is. Met uitzondering van de stad Brussel is elk gebied eentalig. De taalgrens in België heeft eigenlijk te maken met de al eeuwen bestaande grens tussen het Romaanse taalgebied in het zuiden en het Germaanse in het noorden.Tienjarige tellingen en twijfels over uitkomsten
In de eerste helft van de twintigste eeuw werden in de Belgische steden elke tien jaar tellingen gehouden hoeveel inwoners er Frans en hoeveel Nederlands spraken. Vanaf 1921 kon een gemeente aan de hand van die tellingen het taalregime vaststellen. Maar de resultaten van die tellingen gaven dikwijls aanleiding tot veel politieke heibel. Dat was vooral het geval met de laatste telling die werd gehouden in 1947 wat mede oorzaak was van het weigeren van een aantal Vlaamse burgemeesters om nog een telling in de vijftiger jaren te houden. De juistheid van de tellingen werd bijvoorbeeld in twijfel getrokken toen bleek dat in het stadje Edingen in 1930 nog 51% Nederlandstaligen werden geteld en in 1947 slechts 11%. In de Voerstreek waren er in 1930 81,2% inwoners die Nederlands spraken en in 1947 maar 42,9%.Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Ook al werd de manier van tellen soms betwist leidde die in 1954 toch tot de toevoeging van drie gemeenten bij het Brussels Hoofdstedelijk Gewest te weten Evere, Ganshoren en Sint-Agatha-Berchem. Het gewest is met ver over de een miljoen inwoners inmiddels zo verstedelijkt en aaneen gebouwd dat het als één stad wordt beschouwd.De 19 gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zijn:
- Anderlecht
- Brussel (stad)
- Elsene
- Etterbeek
- Evere
- Ganshoren
- Jette
- Koekelberg
- Oudergem
- Schaarbeek
- Sint-Agatha-Berchem
- Sint-Gillis
- Sint-Jans-Molenbeek
- Sint-Joost-ten-Node
- Sint-Lambrechts-Woluwe
- Sint-Pieters-Woluwe
- Ukkel
- Vorst
- Watermaal-Bosvoorde