Koloniale geschiedenis van Amerika in het kort
Als er één land is dat al jarenlang een gigantische impact heeft op het reilen en zeilen in de wereld, dan zijn het de Verenigde Staten van Amerika wel. Historisch gezien is dit knap, omdat er pas aan het begin van de 17de eeuw de eerste kolonisten zich vestigden in het 'land van belofte'. Lees hieronder het eerste deel over de koloniale geschiedenis.
De eerste Noord-Amerikaanse kolonies
De Spanjaarden waren de eerste Europese kolonisten in Noord-Amerika. In 1526 probeerde een Spanjaard genaamd Lucas Vazquez de Ayllon een kolonie te stichten in Carolina. Hij bracht daarmee tevens de eerste zwarte slaven op het continent. (Hij bracht ook de eerste zwarte slaven naar Noord-Amerika). De poging tot koloniseren mislukte omdat veel Spanjaarden stierven door ziekte en de overlevenden de kolonie verlieten.
In 1565 was het Pedro Menendez de Aviles die een nederzetting stichtte bij St Augustine, Florida, de eerste permanente Europese nederzetting in wat nu de Verenigde Staten is.
De eerste Engelse poging om Noord-Amerika te koloniseren werd gemaakt door een man genaamd Sir Humphrey Gilbert. In 1578 verleende Koningin Elizabeth hem toestemming om een kolonie te stichten. In 1583 zeilde Gilbert met een kleine scheepsvloot naar Newfoundland.
Zijn halfbroer, Walter Raleigh, maakte ook een poging om een kolonie te stichten. In 1584 stuurde hij twee schepen langs de kust om het te verkennen. Daar vonden ze een geschikte plek voor een kolonie. In januari 1585 stond Koningin Elizabeth toe om de kolonie haar voornaam te geven; Virginia. In april 1585 werd een expeditie gestuurd onder leiding van Richard Grenville. Ze arriveerden in juli 1585 waar Grenville enkele mannen achterliet op Roanoke Island om vervolgens naar Engeland terug te keren om meer mannen en voorraad te halen. Terwijl hij weg was slonk het rantsoen van de kolonisten dusdanig dat ze Virginia verlieten om terug te keren naar Engeland.
In 1587 was er een nieuwe poging om een kolonie te stichten door een man genaamd John White. Hij leidde een expeditie van mannen, vrouwen en kinderen naar Virginia. White keerde echter terug naar Engeland om meer steun voor de kolonie te zoeken. Door de gevolgen van een oorlog tussen Engeland en Spanje was hij pas in staat om in 1590 terug te keren naar Virginia. Daar vond hij de kolonie verlaten, zonder ooit het lot van de kolonisten te kennen.
Jamestown en Virginia
De eerste pogingen om een kolonie te stichten in Noord-Amerika werden ondernomen door avonturiers. Succes kwam pas toen een groep mannen elkaars krachten bundelden om een kolonie te stichten. De Virginia Compagnie werd opgericht in 1606. Ze stuurden twee expedities naar Noord-Amerika. Raleigh Gilbert (zoon van de eerder genoemde Sir Humphrey Gilbert's) leidde een van deze expedities. Ze landden in Maine maar gaven hun missie daar snel op en keerde in 1609 terug naar Engeland. De tweede expeditie was wel succesvol en leidde tot de oprichting van Jamestown op 14 mei 1607.
Meer kolonisten arriveerden in 1609. Het was echter een gebrek aan voedsel, het opdoemen van ziektes en conflicten met de inheemse bevolking dat een tol eisten onder de kolonisten. In 1610 stonden de overlevenden op het punt om de kolonie te verlaten, maar kregen nieuwe hoop toen er meer schepen uit Engeland arriveerden. In 1611 werd Sir Thomas Dale de gouverneur van de Jamestown. Hij introduceerde een strikte discipline dat werd bekrachtigd door een code van wetten genaamd 'Laws, Divine, Moral and Martial'. De straffen die werden uitgedeeld bij ongehoorzaamheid waren ernstig.
In 1612 begon een man genaamd John Rolfe de tabaksteelt. In 1614 werd de eerste 'Virginian' tabak verkocht in Engeland. De export van tabak werd al snel de steunpilaar van de economie in Virginia.
Geleidelijk werd de kolonie uitgebreid. In 1618 bood het bedrijf 50 hectare grond aan voor iedereen die de oversteek van de Atlantische Oceaan kon betalen. Als ze dit niet konden, maar toch wilden gaan, werden ze contractarbeiders. Dit hield in dat ze voor een aantal jaar moesten werken om de kosten van hun passage terug te betalen.
In 1624 werd de Virginia Company ontbonden en namen de Engelsen de kolonie over. Mede hierdoor groeide de bevolking van Virginia naar een aantal van 27.000 in het jaar 1660. In het jaar 1710 was dit aantal zelfs gestegen tot 78.000. In 1699 werd de zetel van de regering van Virginia verplaatst van Jamestown naar Middle Plantation ( Williamsburg ). Dit luidde het verval van Jamestown in.
De pelgrimsvaders en New England
Een nieuwe Engels kolonie werd in 1620 gesticht door een groep mensen die op de vlucht waren van religieuze vervolging. Zij waren het niet eens zijn met de leer van de Engelse Kerk. Zij noemden zichzelf geen 'pelgrims'. De kolonisten vaarde uit in een schip genaamd 'The Mayflower' en kwamen aan op 11 december 1620. De helft van de kolonisten overleefde het eerste jaar in Noord-Amerika niet. De andere helft overleefde dankzij de oorspronkelijke bewoners van het gebied, die hen leerden hoe zij gewassen konden telen. Salem, een andere kolonie, werd gesticht in 1628.
De 'Massachusetts Bay Company' werd in 1629 opgericht. Dit leidde er toe dat vanaf 1630 er grote aantallen kolonisten werden vervoerd naar New England en de bevolking groeide. De Engels kolonisten verspreidde zich tevens over de kust van Noord-Amerika. In 1634 stichtte mensen uit Massachusetts de stad Wethersfield in Connecticut.
In 1636 verliet een groep mensen de Massachusetts Bay kolonie en vestigden zich op Rhode Island. De eerste nederzetting was in Providence.
Inmiddels was in 1623 in New Hampshire een vissersdorp werd opgericht. In 1629 werd het gebied tussen de Merrimack rivier en de rivier Piscataqua toegekend aan een man genaamd Mason. Dit gebied werd New Hampshire genoemd en Portsmouth, New Hampshire werd opgericht in 1630. Officieel was New Hampshire tot 1679 onderdeel van Massachusetts.
In tegenstelling tot de zuidelijke staten, waar overwegend boeren waren, ontwikkelde New England een handelseconomie. De visserij was in deze tijd een belangrijke industrie, net als de export van hout en vaten. Onder andere dankzij de groeiende economie floreerde de scheepsbouw in New England.
De Europese kolonisten namen vele ziekten met zich mee waarvoor de inboorlingen weinig of geen weerstand hadden. Dit had als gevolg dat veel inboorlingen stierven en hun aantal sterk afgenomen. De snelle groei van de Britse kolonies werkte dit alleen maar sterker en sneller in de hand. De 'Pequot War' werd uitgevochten in 1637-1638 en eindigde in de vernietiging van de Pequot stam. De hardhandige behandeling van de inboorlingen door de kolonisten leidde tot de 'King Philip's War'. King Philip was eigenlijk een inheemse genaamd Metacom en de oorlog eindigde met zijn dood. Hoewel grote verliezen werd geleden aan beide zijden, betekende het verlies van de inboorlingen dat de kolonisten heerschappij grepen New England.
New York en New Jersey
In 1624 richtte de Nederlandse West-Indische Compagnie een kolonie genaamd Nieuw Nederland. De eerste nederzetting werd opgericht op Fort Oranje (Albany). In 1638 vormden de Zweden een kolonie bij Fort Christina (Wilmington). De Nederlanders veroverden deze kolonie in 1655 en maakte het onderdeel van Nieuw-Nederland. De Britten veroverden Nieuw-Nederland in 1664 en noemde het New York, ter ere van de Konings broer, de hertog van York. King Charles II schonk de kolonie aan zijn broer. Hij schonk op zijn beurt het land tussen de Delaware en de Hudson aan Lord John Berkeley (1607-1678) en Sir George Carteret (1615-1680). Carteret kwam van het eiland Jersey in het Engelse Kanaal en vernoemde het gebied naar zijn woonplaats, New Jersey. In 1676 werd de kolonie verdeeld in Oost en West Jersey. Carteret nam East Jersey. In 1681 verkocht de weduwe van Carteret het aan William Penn en elf andere Quakers. Penn hoopte deze nieuwe kolonie om te turnen in een soort toevluchtsoord van religieuze tolerantie voor Quakers en anderen. In 1682 werd het gebied dat nu Delaware heet afgestaan aan William Penn. In 1704 kreeg het gebied een eigen regering en tot de revolutie hadden Delaware en Pennsylvania één gouverneur. Ondertussen werd in 1702 Oost en West Jersey herenigd.
Maryland
Maryland werd opgericht als een toevluchtsoord voor katholieken, ondanks dat niet alle kolonisten destijds katholiek waren. Sommige waren protestant. Een man genaamd Cecil Calvert kreeg grondgebied ten noorden van de rivier Potomac. Zijn broer Leonard ging er met 200 kolonisten heen en stichtte een kolonie in 1634. De kolonie werd Maryland genoemd naar de Konings vrouw, Henrietta Maria. Rond 1640 woonden er ongeveer 500 mensen in Maryland en vrij snel daarna werd het een tabaksteeltkolonie.
Carolina en Georgia
Carolina kwam tot bestaan nadat King Charles II in 1663 land schonk aan acht eigenaars. De kolonisten kwamen uit eilanden in het Caribisch gebied, Virginia en New England. Charleston werd opgericht in 1670. Carolina werd al snel een slavenstaat. Vanaf het einde van de 17de eeuw werden veel Afrikaanse slaven ingevoerd om op de plantages te werken. In het begin van de 18e eeuw steeg het aantal Afrikaanse slaven Noord-Amerika snel. In 1701 werd Carolina verdeeld in Noord-en Zuid-Carolina.
Georgia werd in 1732 opgericht toen George II het een manifest gaf. Het gebied werd naar hem vernoemd. De eerste nederzetting in Georgië was Savannah, die in 1733 werd opgericht.
Het Britse conflict
Terwijl de Noord-Amerikaanse koloniën groeiden, groeide de onvermijdelijke spanningen met Groot-Brittannië. De Britten vonden dat de koloniën er waren ten (financiële) gunste van het moederland. In 1651 stelde het Britse parlement de 'Navigation Act' op. Dit hield in dat alle goederen die op één of andere wijze in het buitenland werden vervaardigd, naar Engeland getransporteerd moesten worden. Andere Navigation Acts volgde. De Navigation Act van 1660 verklaard dat bepaalde goederen (katoen, indigo, suiker en tabak) alleen naar Engeland of andere Britse kolonies kon worden uitgevoerd. De Britten deden echter weinig om deze handelingen af te dwingen en werden zelfs op grote schaal genegeerd door de kolonisten.
In het begin van de 18de eeuw groeide de bevolking van de Noord-Amerikaanse koloniën snel. Aan het eind van de 17de eeuw was het inwoneraantal 300.000 en in 1760 meer dan 1 miljoen. In 1780 was dit aantal nog eens verdubbeld. In het begin van de 18de eeuw werd groeide de bevolking plotseling door immigranten uit Noord-Ierland en Schotland. In het begin van de 18e eeuw waren er ook veel Duitse immigranten. Land was namelijk goedkoop in Noord-Amerika en veel mensen trokken naar het land van belofte in de hoop op een beter leven.
De 'Great Proclamation'
De betrekkingen tussen de kolonisten en het moederland verslechterde na 1763. De Britten waren net klaar met het strijden in de Zevenjarige Oorlog tegen Frankrijk. Ze hadden Canada gewonnen, maar de oorlog was een kostbare voor de Britten. Daarom probeerden ze conflicten met de indianen, die tevens kostbaar konden zijn, te voorkomen. In 1763 kwam er een Koninklijke proclamatie, bekend als de 'Great Proclamation'. Deze proclamatie legde een verbod op eventuele verdere westelijke uitbreiding. Het verbood mensen om zich te vestigen in 'alle landen buiten de hoofden of de bronnen van een van de rivieren die uit het westen of noordwesten in de Atlantische Oceaan uitmonden'. Deze proclamatie werd genegeerd door de kolonisten en zette kwaad bloed. De kolonisten waren fel tegen het feit dat de Britse regering hun verbood om naar het westen konden uitbreiden.
No taxation without representation
Tot 1763 betaalde Amerikanen weinig belastingen, in ieder geval minder dan de Britten. De Britten vonden dat de Amerikanen een grotere bijdrage aan de kosten van hun verdediging zou moeten betalen. In 1764 introduceerde de Britse premier, George Grenville, de 'Sugar Act'. (Dit werd zo genoemd omdat het de invoer van melasse uit West-Indië beïnvloedde. Zijn eigenlijke naam was de American Revenue Act.) De wet verlaagde accijnzen op melasse, maar de regering zorgde er voor dat deze allemaal werden geïnd. Dit werkte de opkomst van smokkelaars sterk in de hand. De Sugar Act zorgde voor veel woede onder de Amerikanen en ze raakten verder vervreemd door de 'Currency Act' van 1764. De kolonies begonnen hun eigen geld te drukken als gevolg van een tekort aan geld, maar de Britse wet verbood de uitgifte van papieren geld in Amerikaanse koloniën en belemmerde daarmee dus de handel.
De meeste strafbare feiten werden veroorzaakt na de Stamp Act van 1765, dat een directe belasting oplegde voor de Brits-Amerikaanse kolonies. Dit zorgde voor frustratie bij de Amerikanen en ze voelde zich beschaamd in hun constitutionele rechten. Zij stelden dat zolang de Amerikanen niet in het Britse parlement vertegenwoordigd waren, zij geen recht had om belastingen op te leggen aan de Amerikaanse kolonies. Dit werd met de onsterfelijke woorden 'no taxation without representation' bekrachtigd. De invoer van Britse goederen werd geboycot en schulden aan Britse handelaren werden opgeschort. Uiteindelijk werden de Britten begin 1766 gedwongen om de Stamp Act in te trekken.
De Britten leerde niet snel van hun fouten. In 1767 legde de minister van Financiën, Charles Townshend, accijnzen op lood, glas, verf, olie en thee. De kolonisten stelden weer een boycot in op de invoer van Britse goederen en de Britse regering werd wederom gedwongen om het terug te trekken. In maart 1770 werden alle accijnzen, behalve die op de thee, verwijderd.
De 'Bosten Tea Party'
Toen in 1773 de Britse Oost-Indische Compagnie 298 kisten thee naar de de Amerikaanse kolonies zond om te verkopen, stuitten ze in Bosten op een hevig verzet tegen de Britten. Op 16 december 1773 gingen mannen verkleed als indianen aan boord van de schepen en gooiden de thee in de zee.
De Britse premier, Lord North, gedroeg zich zeer onverstandig. In 1774 werd een reeks van wetten aangenomen genoemd de 'Coercive of Intolerable Acts'. De haven van Boston werd gesloten en de zetel van overheid werd verplaatst naar Salem. Het handvest van Massachusetts werd veranderd om de Koninklijke gouverneur meer macht te geven.
De Amerikanen kregen ook te maken met de Quebec Act van 1774. Dit was een poging van het Britse parlement om de Franse katholieken voor de Britse zijde te winnen. De wet breidde de grenzen van Quebec uit richting het zuiden en westen. De Amerikanen vreesden dat de Koning Franstalige katholieken in het westen wilde om zijn macht in de regio te vergroten.
Het continentale congres
In september 1774 kwam het Continentale Congres bijeen om beleid te maken. Zij eisten de afschaffing van de Coercive Acts en van de Quebec Act. Het Congres stelde ook de Britse inmenging in de Amerikaanse aangelegenheden aan de kaak en ondernamen het recht om wetten en belastingen te heffen, zoals zij nodig achtten.
De Britten weigerde om compromissen te sluiten met de Amerikanen. Op 5 februari 1775 verklaarde ze Massachusetts in een staat van rebellie. Britse troepen kregen daarom de vrije hand om in te grijpen.
De Amerikaanse koloniën beschikte echter over milities samengesteld uit burgers en zij verzette zich tegen de Britten. Het vechten begon op 19 april 1775 toen Britse soldaten probeerden om een koloniaal wapenopslag in de buurt van Concord te veroveren. De Britten openden het vuur en doodden acht Amerikanen. De Britse vorderde verder tot Concord en bestreed de Amerikaanse militie, maar trokken terug naar Boston met een schietende Amerikanen achter hen aan. Tijdens deze terugtrekking leden de Britten een stevig verlies: 73 doden en 200 gewonden of vermisten. De Amerikaanse Revolutie was begonnen!
Van april 1775 tot maart 1776 werd het Britse leger in Boston belegerd. Ze werden vanaf zee bevoorraad door de Britse marine, maar dit mocht uiteindelijk niet baten. Uiteindelijk werden ze over zee geëvacueerd naar Canada.
Het Continentale Congres was in mei 1775 overeengekomen om het leger uit te breiden. George Washington werd opperbevelhebber. Het Congres hoopte dat ze de Britten konden dwingen om te onderhandelen, maar George III weigerde compromissen te sluiten. In plaats daarvan verklaarde hij in augustus 1775 dat alle Amerikaanse koloniën in een staat van rebellie waren.
Ondertussen werd de regering van de Koninklijke gouverneur gebroken en eisten de mensen een regering zonder koninklijke inmenging. In mei 1776 besloot het Congres dat de Britse overheid moest staken met de militaire acties en dat de overheid onder het gezag van het volk moest komen. Dit leidde tot vervanging van de staatsgrondwetten van de kolonies.
Op 7 juni 1776 presenteerde Richard Henry Lee van de 'Virginia Assembly' het Congres de resolutie waarin de onafhankelijkheid van de kolonies werd verklaard. Hierin werd opgeroepen tot een confederatie en gewezen op de noodzaak om buitenlandse bondgenoten te vinden voor een oorlog tegen Engeland. Op 11 juni benoemde het Congres een commissie om een onafhankelijkheidsverklaring te schrijven. Deze werd op 4 juli 1776 ondertekend.
© 2013 - 2024 Amoroso, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen
Staten van AmerikaDe naam zegt het al: de Verenigde Staten van Amerika bestaan in feite uit een aantal afzonderlijke staten. Elke staat he…
Bronnen en referenties
- http://en.wikipedia.org/wiki/Stamp_Act_1765
- http://www.let.rug.nl/usa/essays/before-1800/boston-teaparty-cassandra-jansen.php
- http://virginiageneralassembly.gov/
- http://en.wikipedia.org/wiki/Richard_Henry_Lee
- http://en.wikipedia.org/wiki/Quebec_Act
- http://en.wikipedia.org/wiki/Intolerable_Acts
- http://en.wikipedia.org/wiki/Boston_Tea_Party
- http://en.wikipedia.org/wiki/Currency_Act
- http://nl.wikipedia.org/wiki/Geschiedenis_van_de_Verenigde_Staten
- http://www.allesamerika.com/geschiedenis-amerika-algemeen.html
- http://www.allesamerika.com/geschiedenis-amerika.html
- http://en.wikipedia.org/wiki/Pequot_War
- http://colonialwarsct.org/index.htm
- http://en.wikipedia.org/wiki/Royal_Proclamation_of_1763
- http://www.digitalhistory.uh.edu/disp_textbook.cfm?smtID=3&psid=159
- http://www.bl.uk/onlinegallery/features/americanrevolution/timeline.html
- http://en.wikipedia.org/wiki/Timeline_of_the_colonization_of_North_America