School doorheen de tijd
Hoe raar het ook klink maar het woord school komt van het Grieks en betekent " vrije tijd". Je moest om naar school te gaan tijd hebben. De meeste kinderen begonnen gewoon te werken bij hun ouders in plaats van naar school te gaan. Zo'n honderd jaar geleden is het basisonderwijs verplicht geworden.
Altijd al leraren
Als sinds de klassieke oudheid met de Romeinen en de Grieken liepen er leraren rond. Alleen was school toen enkel toegankelijk voor de welgestelde jongens. Net zoals de hedendaagse lagere school moesten zij leren lezen, rekenen en schrijven. Deze lessen werden gegeven door een magister, schoolmeester. Dit beroep had een slechte reputatie en het verdiende weinig. Het rekenen en schrijven gebeurde op papyrus of perkament. Papyrus was afkomstig van de papyrusplant die groeit aan de oevers van de Nijl. Perkament was een veel ingewikkelder proces dat gemaakt werd van dierenhuiden en om die reden ook duurder was. Hun middelbaar begon vanaf 15 jaar. Hier leerden ze zowel hun eigen taal als een vreemde taal beheersen. Er was ook de nodige aandacht voor geschiedenis en aardrijkskunde. Deze lessen werden gegeven door een grammaticus. Later werd er vooral aandacht gespendeerd aan de welsprekendheid die nodig was bij een politieke loopbaan, de "Cursus honorum". Dit leerde je allemaal op een retorenschool. Meisjes moesten zich enkel bezighouden met de huishoudelijke taken en hopen dat ze goed konden trouwen.
De middeleeuwen
Vooral tijdens de 8ste en de 9de eeuw ,de tijd van de Karolingers werden heel wat scholen gesticht. Deze scholen werden geleid door geestelijken zoals priesters en monniken. In de begin jaren van hun schooljaren werd de grammatica in het Nederlands gegeven. Naarmate ze verder gingen doorstuderen werd het Latijn meer veralgemeend. Voor de echte slimme was er plaats voor de universiteit. Toch waren de leerlingen vaak kinderen van rijke komaf of toekomstige priesters. Sinds de middeleeuwen nam eindelijk het analfabetisme in grotere mate af. Een telraam om te rekenen was er nog niet. Als vervangmiddel gebruikte ze een touw waarin knopen werden gelegd die men gebruikte om te rekenen. Wie zijn les niet kende of stout was kreeg met een stok of een zweep een goede klap. Schrijven gebeurde op wastabletten. Boeken waren zeldzaam omwille van de hoge kostprijs. Met het bepekt materiaal leverde de middeleeuwse scholen toch goede stadsambtenaren, priesters en leraren.
De Franse revolutie
Na de Franse revolutie van 1789 veranderde het onderwijssysteem drastisch. Iedereen moest naar school kunnen gaan zowel arm als rijk maar ook meisjes. Steeds meer kinderen gingen naar school. Ook de eenvoudige schuren of huizen van de leerkracht zelf veranderde in relatief moderne scholen. Naast de Christelijke scholen kwamen er ook scholen die geleid werden door niet-geestelijke. Men noemde dit lekenscholen. De kinderen moesten de leraar in een lekenschool zelf betalen maar aangezien zijn loon laag was kluste deze nog wat bij. Omdat het werken toch vaak nog een belangrijke rol had sloot de school voor ongeveer 3-4 maanden zodat de kinderen konden helpen als seizoensarbeiders. Buiten dit verschil van een enorme " vakantie" was er ook nog het verschil dat kinderen van alle leeftijden in één klas zaten. De ouderen moesten de jongeren helpen.
De 20ste eeuw
Slechts 50% haalde het tot het 4de leerjaar daarna moesten ze echt werken. In 1914 werd het basisonderwijs verplicht. In Pruisen was er al schoolplicht vanaf 1819. De schoolplicht moest zorgen voor gehoorzaamheid. Naast leren lezen en schrijven hielden ze zich ook bezig met catechese, zedenleer,vaderlandsliefde. Er was zelfs een vak waarin je respect voor de ouders moest leren. Rond 1950-1960 schreef men met stalen pennen waarbij men de inkt er zelf moest indoen met de nodige knoeiboel inclusief. De kinderen moesten dan oefenen om tussen de dunne lijntjes van hun schrift te schrijven. Ze schreven ook met een griffel op een lei. De klasfoto's waren altijd eentonig omdat de kinderen allemaal houten klompen droegen en een schort om de inktvlekken te bedekken. Tijdens de speeltijd werd meestal geknikkerd,gespeeld met een tol of bikkel,hinkelen,...
De hedendaagse school
De leerlingen nu in Europese landen zijn verplicht om tot hun 18de naar school te gaan. De enige uitzondering zijn de leerlingen die op 16 jaar een leercontract hebben en ook al een deel werken. De lijfstraffen om discipline bij te brengen zijn ook al uit den boze. Misschien het meest veranderd is dat jongens en meisjes zelfs in de zelfde klas mogen zitten. Al zijn er toch sommige scholen die ze tijdens de L.O lessen scheiden. In de moderne tijd van tegenwoordig maken ook steeds meer computers hun intrede. Zo bestaat er "Smartschool" waarbij leerlingen hun huiswerk kunnen vinden en zelf mails kunnen sturen naar leraren voor eventuele vragen. Dit is een grote tegenstelling met de middeleeuwen waar de monniken 4 maanden de tijd nodig hadden om een boek te kopiëren. Het belangrijkste van vandaag in het huidige onderwijssysteem is het zelfstandig en verantwoordelijk worden.