Schilders 20e eeuw: de Oostenrijkse schilder Egon Schiele
Egon Schiele, zoon van een stationschef, bleek tijdens zijn jeugd over een opmerkelijk tekentalent te beschikken. Dankzij ondersteuning door zijn welgestelde peetoom kon hij studeren aan de Weense kunstacademie. Na zijn studie werd hij geïnspireerd door het impressionisme en het werk van Gustav Klimt. Hij ontwikkelde een eigen stijl. Zijn schilderijen hebben vaak iets verontrustends: sombere landschappen, verwrongen gezichten en obscene naakten. Zijn werk, met zijn dramatische vervlechting van liefde en dood, werd in zijn tijd als schokkend ervaren. Veel zelfportretten tonen de toeschouwer een door het leven gekwelde schilder.
De jeugd van Egon Schiele
Egon Schiele werd in 1890 geboren in Tulin, een stadje ten Westen van Wenen. Zijn vader was daar stationschef. Schiele had twee oudere zussen, Melanie en Elvira (die op tienjarige leeftijd stierf). Vier jaar later werd zijn zus Gertrude geboren.
In 1902 werd Schiele leerling van het atheneum in Klosterneuburg. In 1904 verhuisde het hele gezin naar Klosterneuburg. Egons vader, die gestopt was met werken wegens een geestesziekte, overleed in 1905. Egons peetoom Czihaczek, een ingenieur bij de spoorwegen, nam de voogdij op zich.
Tekeningen van de tienjarige Schiele van treinen en locomotieven tonen veel oog voor details en een groot talent voor tekenen. In 1905 begon Schiele te schilderen. Hij werd in 1906 toegelaten tot de kunstacademie in Wenen. Zijn oom en voogd Leopold Czihaczek financierde zijn studie en bestaan.
Opleiding
Studenten aan de kunstacademie begonnen hun opleiding met het tekenen en schilderen naar het voorbeeld van de klassieke oudheid. Door die droge leerstof verloor Schiele snel zijn interesse. Hij ging buiten de academie op zoek naar voorbeelden. In cafés kwam hij in contact met geestverwanten uit de Weense kunstwereld.
Vijver met weerspiegelde bomen /
Bron: Egon SchieleInvloed van het impressionisme
Vrij schilderen in de natuur maakte geen onderdeel uit van het onderwijs aan de academie. Schiele besloot om met zijn schildersezel op pad te gaan en de natuur te schilderen. Bij zijn impressionistische studies veroorloofde Schiele zich op de academie gemiste vrijheden. Zijn manier van verf aanbrengen was zeer on-academisch. Zijn palet vertoonde soms oplichtende kleuren. Met snelle, korte penseelstreken probeerde hij het wezenlijke vast te leggen. De fragmentarische weergave van het schilderij
Vijver met weerspiegelende bomen (1907) is kenmerkend voor de impressionistische stijl. Het toevallig lijkende fragment is een studie van licht en beweging. De beweging wordt opgeroepen door dichtgeplaatste, bochtige penseelstreken.
Invloed van Klimt
Klimt, die zich in 1894 afzette tegen de academische traditie en die werd gekozen tot voorzitter van de Weense Sezession, werd zijn vriend en mentor. Schiele ontmoette zijn grote voorbeeld voor het eerst in 1907. Klimt ondersteunde Schieles talent. Hij kocht tekeningen van hem, zorgde voor modellen en bracht hem in contact met mogelijke mecenassen (rijke geldschieters). Ook bezorgde Klimt hem werk bij de Wiener, Werkstätte, een afsplitsing van de Weense Sezession. Schiele ontwierp ansichtkaarten en herenmode.
In de jaren na de ontmoeting met Klimt imiteerde Schiele diens stijl. Dat blijkt onder andere uit het schilderij
Vrouw met zwarte hoed (1909). Het is vervaardigd met olieverf met bladgoud en zilver. Zowel de vlakheid als het kostbare oppervlak van de jurk doen denken aan Klimt. Op het schilderij dat als voorbeeld diende,
Adele Bloch-Bauer II (1909), is de gekleurde achtergrond voorzien van ornamenten. De lichte achtergrond van zijn eigen schilderij was en idee van Schiele. De vrouw op het schilderij van Klimt staat rustig, terwijl de vrouw op het schilderij van Schiele eerder verstard lijkt.
Adele Bloch-Bauer II /
Bron: Gustav Klimt, Wikimedia Commons (Publiek domein)Vrouw met zwarte hoed /
Bron: Egon Schiele
Een eigen stijl
Schiele kiest, na het verlaten van de academie in 1909, voor een bestaan als kunstschilder. Omdat zijn oom in 1910 afstand deed van zijn voogdijschap, moest Schiele voortaan financieel op eigen benen staan.
Door te kiezen voor hoekige lijnen omtrekken maakte hij zich los van de stijl van Klimt. Beide schilders hadden belangstelling voor naakte lichamen. De verfijnde erotiek van Klimt werd bij Schiele een welhaast wanhopig en zeker voor die tijd schokkend erotisme.
Zelfportret met zwarte kruik /
Bron: Egon Schiele, Wikimedia Commons (Publiek domein)Zelfportretten
Schiele maakte opvallend veel zelfportretten. In zijn circa honderd zelfportretten legde hij niet, zoals gebruikelijk was, zijn emotionele of sociale situatie vast. Hij legde het vreemde, het onbekende, de schaduwzijde van zijn eigen persoon vast. De meeste zelfportretten, met een gelaat dat vervormd is door grimassen of een bizarre mimiek, met excentrieke poses en extreme gebaren, geven een vervreemdend beeld.
Op dit
Zelfportret met zwarte kruik (1911) staat de figuur links in beeld. De ruimte is onduidelijk. Bovendien zijn de voorwerpen niet direct te herkennen. Schiele kijkt de toeschouwer aan met grote ogen en met gefronst voorhoofd. De betekenis van de gelaatsuitdrukking is moeilijk te bepalen. Ook de betekenis van de uitgespreide vingers is onbekend. Hij houdt een zwarte kruik vast. De kruik, die de vorm heeft van en hoofd, verwijst wellicht naar een duistere persoonlijkheid.
Dode stad IV /
Bron: Egon Schiele, Wikimedia Commons (Publiek domein)Landschappen in Krumau
Schiele had genoeg van Wenen. Vanaf 1910 reisde hij regelmatig naar het Zuid-Boheemse stadje Krumau. In dit pittoreske stadje richtte hij zich op het landschap. Schiele beschouwde Krumau als een dode stad. Zijn vader had er enkele maanden voor zijn dood in de Moldau willen springen. Op de door hem geschilderd landschappen in Krumau is in de samengeperste gevels van de huizen en in de nauwe straatjes geen leven te bekennen.
De werkelijke natuur is in
Dode stad IV genegeerd. De dicht op elkaar staande huizen vormen een donkere, onheilspellende massa. Niemand lijkt er tussendoor te kunnen lopen. Het vogelperspectief is niet juist toegepast, want diepte ontstaat door de opeenstapeling van de huizen. Het pittoreske van het stadje wordt niet getoond. Integendeel, door de licht-donkercontrasten krijgt het stadje iets onheilspellends. De bruine, donkere kleuren versterken die onheilspellende indruk.
Het kind Rainer /
Bron: Egon Schiele, Wikimedia Commons (Publiek domein)Kinderportretten en naakten
Schiele heeft veel portretten van kinderen geschilderd en getekend. Hij had vooral interesse in jonge meisjes. Het liefst beeldde hij die jonge meisjes, die op de drempel stonden van hun puberteit en ontluikende seksualiteit, half ontkleed of helemaal naakt af. Veel tekeningen zijn duidelijk erotisch getint. Hij maakt ook officieel verboden tekeningen. Zo is er een tekening bewaard gebleven van een masturberend meisje.
Schiele heeft overigens ook gewone kinderportretten gemaakt, zoals het vermoedelijk in opdracht gemaakte portret
Het kind Rainer (1910). De jongen is, net als in al zijn portretten uit 1910, geplaatst tegen een lege achtergrond. Zijn handen komen door de lichte huid goed uit tegen de donkere achtergrond. Het gezicht is, waarschijnlijk omdat het in opdracht was vervaardigd, niet vervormd. Bovendien is het door de jongen gemaakte gebaar veel minder onnatuurlijk dan in andere portretten van Schiele.
Obscene portretten
Schiele heeft veel erotische kunstwerken getekend en geschilderd. Niet zelden gaf hij het mannelijke en het vrouwelijke geslachtsdeel of de seksuele daad ondubbelzinnig weer. De schilderijen en tekeningen ontlokten in zijn tijd heftige reacties. De schilder werd zelfs gearresteerd vanwege zijn verderfelijke invloed op kinderen.
Rustend liggend naakt /
Bron: Egon Schiele, Wikimedia Commons (Publiek domein)Ook andere kunstenaars, zoals Klimt, Degas en Manet, maakten het menselijk naakte lichaam tot object van hun kunst. Nieuw en schokkend was de aanstootgevende vertoning van het geslachtsdeel. Door zijn modellen in allerlei posities te zetten vestigde hij de aandacht op de kern van de erotiek, terwijl het in naaktstudies uit de negentiende eeuw ondenkbaar was om schaamhaar en vagina af te beelden.
Niet alle vrouwelijke naakten van Schiele vond men afkeurenswaardig. Het door hem geschilderde
Rustend vrouwelijk naakt (1917), geschilderd tijdens een rustige periode in de korte carrière van Schiele, toont de toeschouwer een vrouwelijk naakt dat positief obsceen is.
De dood en het meisje /
Bron: Egon Schiele, Wikimedia Commons (Publiek domein)Liefde en dood in het werk van Egon Schiele
In het werk van Egon Schiele zijn liefde en dood met elkaar vervlochten. In 1915 verliet hij zijn vriendin Wally en trouwde in datzelfde jaar met Edith Harms, vlak voordat hij werd opgeroepen voor het keizerlijke leger. Het contrast tussen liefde en dood werd zo een schrikwekkende, persoonlijke realiteit.
In 1915 schilderde hij
De dood en het meisje. De handen van de in het zwart geklede man (de dood), met lange vingers in een V-vorm, zijn kenmerkend voor zelfportretten van Egon Schiele. Hij houdt het meisje haast teder in zijn armen. De omarming vertoont geen extase of vervoering, maar veeleer melancholie. Ondanks hun nabijheid heeft hun lichaamshouding iets afstandellijks. De dood benadrukt de eeuwigheid van hun verbinding. De man is een zelfportret van Egon Schiele. De vrouw is Wally Neuzil, de vriendin die hij in 1915 definitief verliet.
De laatste jaren van Egon Schiele
Schiele was vanaf 1915 in Wenen gestationeerd. Hij hoefde nooit naar het front en kon blijven schilderen. Hij maakte onder andere tekeningen van Russische krijgsgevangen en van interieurs.
Medio oktober 1918 kreeg zijn zwangere vrouw Edith Schiele de Spaanse griep. Ze bezweek aan de ziekte. Drie dagen later volgde Egon Schiele haar in het graf.
Lees verder