Hermitage-Guggenheim Museum: Kunst met een grote K
De hoofdstad van Litouwen, Vilnius, bereidt zich voor om onderdak te bieden aan een Hermitage-Guggenheim Museum. Vilnius is culturele hoofdstad van Europa in 2009.
Hebben we het nodig of niet? Wat zouden de voordelen zijn? Hoe zullen de stad Vilnius en
Litouwen profiteren? Zal het toegankelijk zijn voor alle liefhebbers van cultuur? Brengt het bestaande musea niet in de verdrukking? Deze vragen over de stichting van het
Hermitage-Guggenheim Museum worden vaak gesteld door de aanhangers van dit project en door de sceptici.
Terwijl die discussie gaande was, werd de basis voor de mogelijke uitvoering van het project al gelegd: er werd een haalbaarheidsstudie uitgevoerd.
Guggenheim museum: Het eerste culturele project met een business plan
Het plan voor de opening van een vestiging van dit wereldberoemde museum is niet alleen een hersenspinsel. Tot dusver had geen enkel cultureel project in Litouwen een uitgebreid business plan.
De
Guggenheim en
Hermitage musea, de potentiële partners van het nieuwe museum in
Vilnius, zijn momenteel bezig met het uitvoeren van een haalbaarheidsstudie, terwijl de economische kansen voor het project in Vilnius worden geanalyseerd door de internationale consultants van
Booz Allen Hamilton.
Eén van de sterkste argumenten ten gunste van het project is het economische voordeel dat het Hermitage-Guggenheim Museum kan hebben voor de stad, het land en de gehele hele Baltische regio. De potentiële voordelen zijn zichtbaar gemaakt in een studie, uitgevoerd door deskundigen, met betrekking tot de effecten op lange termijn van het museum voor de economie van de stad en het land. De toename van de jaarlijkse uitgaven in
Vilnius wordt geraamd op 74 miljoen dollar. De nationale overheid zou aan extra BTW-inkomsten meer dan tien miljoen dollar per jaar kunnen bijschrijven en bijna drie miljoen dollar aan jaarlijkse inkomstenbelasting. Negenhonderd nieuwe banen zouden worden gecreëerd.
De mogelijkheid om wereldwijd naam te maken
Het belangrijkste principe van het Guggenheim is de unieke identiteit die elk van haar vestigingen moet hebben. De beroemde Litouwse kunstenaars
Jurgis Mačiūnas en
Jonas Mekas in combinatie met de Fluxus beweging kunnen de identiteit van de vestiging in Vilnius vormen. De kunstwerken van deze kunstenaars worden de as van de vestiging, terwijl Vilnius zich zou transformeren tot een centrum voor de avant-garde.
Een museum op deze schaal zou een gelegenheid zijn om de wereld een blijvende herinnering aan een aantal cult-figuren in de kunst te geven. De initiator van het project,
Arturas Zuokas, is er van overtuigd dat het museum ook kunstwerken van hedendaagse Litouwse kunstenaars van wereldklasse zal tentoonstellen. Hun kunst zal zichtbaar worden voor een grote groep deskundigen en invloedrijke curatoren van tentoonstelling wereldwijd.
Litouwen heeft kunstenaars van wereldklasse, maar zij zijn nog niet echt bekend op het internationale toneel. Het nieuwe museum kan de deur open zetten naar wereldwijde erkenning.
Ruimte voor kunstenaars en liefhebbers
Het centrum wordt een belangrijke plaats voor zowel kunstenaars als kunstliefhebbers. Zowel de lokale bevolking als bezoekers krijgen de kans om de rijke collecties van het Guggenheim en de Hermitage te ontdekken. Als dit museum wordt geopend, worden grote kunstwerken toegankelijk gemaakt voor iedere inwoner van Litouwen. Er zullen niet alleen tentoonstellingen zijn, maar ook niet-commerciële bioscoop zalen, bibliotheken en centra voor jeugd, onderwijs en cultuur. Het zal geen traditioneel museum zijn, maar een arena voor kunstenaars en consumenten om intensief en doelgericht cultuur te beleven.
Toeristische attractie
De oprichting van het museum zou een aanvulling en verbetering van de nationale uitstraling betekenen en Litouwen zou wereldwijd veel meer naamsbekendheid krijgen. Het nieuwe
museum in
Vilnius, in samenwerking met partners zoals de
Hermitage en het
Guggenheim, moet een magneet worden voor culturele toeristen uit het buitenland.
De ervaring van andere vestigingen van deze musea leert dat steden veel geld verdienen aan de toeristen die de collecties en de architectonisch indrukwekkende gebouwen komen bekijken. Daarbij bezoeken zij ook altijd andere culturele instellingen.
De vestiging van het Guggenheim in
Bilbao heeft die stad bijvoorbeeld nieuw leven ingeblazen en het staat symbool voor de ingezette veranderingen. Een toerist geeft hier nu ongeveer 172 dollar per dag uit.
Vilnius kan die inkomsten uit het toerisme gebruiken voor de renovatie van haar culturele instellingen en voor voorzieningen voor de sociale infrastructuur van de stad. Het museum zal ook belangrijk zijn voor de gehele Baltische regio, omdat een bezoek aan Vilnius,
Riga en
Tallinn vaak wordt gecombineerd door buitenlandse toeristen. Het museum zal extra interesse opwekken.
Het ontwerp is goedgekeurd
Terwijl een verhitte discussie met betrekking tot het nieuwe museum in samenwerking met de Hermitage-Guggenheim in volle gang is, gaat de planvorming voor het potentiële museum in hoog tempo verder. Een paar stadia van de haalbaarheidsstudie, gestart door Arturas Zuokas, de voormalige burgemeester van
Vilnius, zijn reeds voltooid.
In april is één van de belangrijkste fasen, een architectuurwedstrijd, voltooid. Er werden drie wereldberoemde architecten uitgenodigd om deel te nemen aan de wedstrijd:
Daniel Libeskind, de ontwerper van onder meer het gedenkteken voor de slachtoffers van 11 september in New York,
Zaha Hadid en de Italiaanse architect
Massimiliano Fuksas, welke van Litouwse afkomst is. Hun werk is tentoongesteld in het
Jonas Mekas Visual Arts Center.
Nu al weten de Litouwers hoe het gebouw er uit zal komen te zien. Een opvallend gebouw, ontworpen door Zaha Hadid, moet een plaats gaan innemen naast de Witte Brug.
Zaha Hadid, die werd geboren in
Irak in 1950, studeerde architectuur in Londen. Nog steeds woonachtig in Londen, ontwerpt zij architectonische projecten voor diverse prestigieuze instellingen over de gehele wereld.