Huismerk en handmerk als middeleeuwse herkenningstekens
Vanaf de vroege middeleeuwen was het gebruikelijk dat de adelstand een wapen voerde. Door een wapen was een ridder of adellijke familie herkenbaar. De boerenstand kende geen wapen maar had voor de herkenbaar wel een zogenaamd huismerk. Dat huismerk was bedoeld voor de herkenning van een bepaalde boerderij maar werd soms ook voor andere doeleinden gebruikt. In andere gevallen was een handmerk alternatief voor een huismerk.
Huismerk als kleine abstracte tekening
Een huismerk was een soort kleine
abstracte tekening. Het kenmerkte zich door de eenvoud van de lijnen en was naast herkenningsmiddel voor een bepaalde boerderij ook een herkenning van de boer en zijn bezit. Huismerken werden ook gebruikt als brandmerk voor vee of om waardepapieren te ondertekenen en werden soms als herkenning op zerken geplaatst zoals die soms nog te vinden zijn op zerken van belangrijke burgerlijke geslachten. Huismerken waren erfelijk en gingen over van vader op oudste zoon. Andere zonen die een eigen boerderij bezaten voegden een extra teken aan het huismerk toe om onderscheid te kunnen maken.
Huismerken verwant aan runen
Huismerken hebben een zekere verwantschap met runen van het runenschrift. Het runenschrift is ontwikkeld vanaf de derde eeuw en heeft bestaan tot ongeveer de zestiende eeuw. Het werd gebruikt door Germaanse volkeren van Noord-Europa, Groot-Brittannië, Scandinavië en IJsland. De runen die voor het schrift werden gebruikt zijn een soort letters met meestal rechte en hoekige lijnen die makkelijk ergens in kunnen worden gekrast. Huismerken bestaan uit enigszins vergelijkbare tekens. Omdat de meeste boeren niet konden lezen en schrijven was het moeilijk voor hen om letters te maken.
Alternatief voor wapen van adelstand
Soms was een huismerk een alternatief voor een wapen zoals de adelstand die voerde. Zo mochten in Engeland niet-adellijke families geen wapen voeren maar wel een huismerk. In Frankrijk was het registreren van een wapen erg duur waardoor gekozen werd voor een huismerk. Later in de
middeleeuwen, toen ook de boerenstand wapens ging voeren, werden de huismerken soms overgebracht op de
wapenschilden.
Simpele vormen
Als onderdeel van een huismerk werd heel vaak het cijfer 4 gebruikt. Daarbij had het cijfer geen betekenis als aantal maar was gewoon een makkelijk te tekenen figuur door analfabeten die niet geleerd hadden om lettervormen te maken. De vorm van het cijfer 4 kan in een haal worden verkregen en geeft een uitgebreider beeld dan een streep die ook in één haal kan worden gemaakt. Andere simpele en veel voorkomende vormen waren andreaskruisen, gewone kruisen en cirkels. Vanwege het analfabetisme bevatten de huismerken geen initialen of monogrammen en vanwege de eenvoud werden ook geen ingewikkelde figuren of dieren opgenomen.
Handmerk als alternatief
Een handmerk was evenals een huismerk een teken dat diende als herkenning maar had een beperktere toepassing. Handmerken werden door analfabeten gebruikt om bijvoorbeeld akten te ondertekenen. Handmerken zijn pas ontstaan in de loop van de middeleeuwen omdat het voorheen nauwelijks voorkwam dat een boer iets moest ondertekenen. Analfabete edelen ondertekenden met monogrammen die soms wel op handmerken leken maar al meer weg hadden van lettertekens.
Onzorgvuldig kraswerk
Omdat de meeste boeren niet over een geoefende hand beschikten zijn veel handmerken niet strak maar lijken beverig op papier gezet te zijn. Zoals onzorgvuldig neergezette handtekeningen leken twee handmerken van een boer soms ook erg weinig op elkaar. Handmerken werden soms ook in deurkozijnen gekrast ter herkenning van de eigenaar. Dit duurde tot ongeveer het begin van de negentiende eeuw toen in grote steden huizen steeds meer werden
genummerd. Handmerken gingen evenals huismerken over van vader op zoon waarbij jongere zonen iets toevoegden.
Lees verder