Ringrijden: folkloretraditie met oorsprong in middeleeuwen
De provincie Zeeland doet er alles aan om het de toeristen naar de zin te maken. Vooral dorpen van Walcheren lijken elkaar de loef af te willen steken met een bepaalde activiteit. In de zomer vinden in diverse dorpen wedstrijden plaats als een soort folkloretraditie genaamd ringrijden. Ringrijden vindt zijn oorsprong al eeuwen geleden. Maar ooit werd het verboden door de classis. Toeschouwers kunnen zich afvragen of het ringrijden bestaat bij de gratie van toeristische attractie of dat het vooral gaat om het wedstrijdelement voor de bevolking zelf.
Spannende folkloretraditie in Zeeland
Maar welke motivatie ten grondslag ligt aan het organiseren van de folkloristische sport doet er niet toe. Het blijft een spannende traditie. Naast
Walcheren wordt ringrijden ook op enkele plaatsen op
Zuid-Beveland beoefend. Elders in de Provincie vinden wel eens demonstratiewedstrijden plaats tijdens folkloredagen. Heel sporadisch zijn er ook wel aankondigingen te vinden van ringrijden elders in het land.
Twee soorten ringrijden
Er bestaan twee soorten wedstrijden. Bij de ene zitten de deelnemers op een paard en bij de andere in een rijtuig. In beide gevallen moet vanuit een bepaalde snelheid worden getracht een lans door een hoog opgehangen ring te steken. Ringrijden wordt daarom ook wel ringsteken genoemd. Als ringrijden vanuit een rijtuig (sjees) wordt beoefend wordt dat ook sjeesrijden genoemd. Gaandeweg de wedstrijd worden de ringen steeds kleiner en is degene die het beste resultaat heeft over de hele wedstrijd de winnaar.
Folklore met pracht en praal en klederdracht
Ringrijden wordt in
Zeeland als oude maar nog steeds springlevende sport ook wel gecombineerd met folkloristische dagen. Ondanks de gezelligheid op zo’n dag is de competitie een bloedserieuze zaak. Maar ook het folklore element krijg alle aandacht en wordt vooral bij het sjeesrijden ondersteund door speciale kleding en versiering. De deelnemers in de sjezen zijn gestoken in de Zeeuwse
klederdracht. Ook worden de paarden en de wagens versierd met bloemen. Bij de wedstrijden met deelnemers te paard is het dragen van witte pakken met een oranje sjerp voorgeschreven.
Oorsprong van het ringrijden in middeleeuwen
Ringrijden zou zijn oorsprong hebben in de
middeleeuwen en zijn voortgekomen uit de strijd om een jonkvrouw. Volgens een uiteraard niet meer verifieerbaar verhaal werd de ring van een jonkvrouw opgehangen en moesten
ridders die zien te steken zoals ook bij het huidige ringsteken het geval is. De ridder die de eerste keer drie maal de ring had gestoken werd naar de jonkvrouw geleid en ontving daar geknield voor de dame zijn prijs. Het verhaal vertelt niet welke prijzen voor de winnaars beschikbaar waren.
Oudste vermelding en verbod door classis
De oudste schriftelijke verwijzing naar het ringrijden stamt uit de 17e eeuw en betreft een klacht van de kerkenraad. Naar aanleiding daarvan werd ringrijden verboden door de classis. Maar niet iedereen hield zich aan dat verbod. Ook is er een vermelding van ringrijden in documenten van het schuttersgilde.
Klacht kerkenraad
In 1687 heeft de Middelburgse kerkenraad een klacht ingediend bij de classis Walcheren met de tekst: “Dat voorleden Pinkster op verscheidene dorpen op Walcheren van de boersche jeugd en andere, dien het minst betaamt, den ring gestoken is, en bij gevolge van dien vele wulpsche en ongerijmdheden van danserijen, drinkerijen, gepleegd worden.”
Classis
Een classis is een regionale vergadering binnen een protestants kerkgenootschap waarbij afgevaardigden vertegenwoordigd zijn van elke kerk uit het gebied van de classis. De taak van de classis is om die zaken te behandelen die niet door de plaatselijke kerken afgehandeld kunnen worden.
Verbod van classis
De classis van Goes verbood in 1703 alle ringrijders met een gereformeerde achtergrond om mee te doen aan het ringrijden. Vijf kerken weigerden echter om dat bevel op te volgen waarna het ringrijden uiteindelijk toch bleef doorgaan.
Vermelding schuttersgilde
Een andere oude vermelding is te vinden in documenten uit 1767 van het
schuttersgilde van Sint Joris uit Middelburg. Daarin werd eveneens gewag gemaakt van het ringrijden door leden van dat gilde.
Zeeuwse Ringrijders Vereniging
Hoewel het spel al in vroegere eeuwen bestond is ringrijden pas echt bekend geworden als kermisvermaak vanaf het begin van de twintigste eeuw en werd het vanaf die tijd ook in verenigingsverband beoefend. In 1950 werd de ZRV (Zeeuwse Ringrijders Vereniging) opgericht door Piet Brasser die in 1914 als twaalfjarige jongen zijn eerste wedstrijd op de Veerse kermis had gereden.
Nog voldoende deelnemers
De deelnemers aan het ringrijden zijn hoofdzakelijk agrariërs. De paarden die zij daarvoor gebruiken zijn boerenwerkpaarden. Maar met de opkomst van de mechanisatie van de landbouw kwam er steeds minder behoefte aan werkpaarden en verminderde dus ook het aantal paarden dat ingezet kon worden voor de wedstrijden. Toch tellen de wedstrijden nog steeds voldoende paarden en deelnemers.
Spannende wedstrijd door kleinere ringen
Een speeldag verloopt altijd met veel spanning. Vooral spannend is het als de ring van aanvankelijk 38 millimeter wordt vervangen door steeds kleinere ringen. Het publiek stroomt soms in groten getale toe en beleeft de spanning urenlang mee.