Schrijvers 20e eeuw: Romans van Gerard Reve
Gerard Reve, sinds 1973 de schrijversnaam van Gerard van het Reve, wordt samen met Harry Mulisch en Willem Frederik Hermans, gerekend tot de grootste schrijvers van na de Tweede Wereldoorlog. Zijn roman De avonden maakte hem in een klap beroemd. Niet alle critici konden het boek, waarin hij een somber beeld geeft van zijn ouderlijk milieu, positief waarderen. In veel andere boeken schreef hij openhartig over homoseksualiteit. Een ander thema in zijn boeken is de angst voor verval en de dood. Veel titels van zijn boeken verwijzen naar verval en de dood. Romans van Gerard Reve worden nog steeds gelezen voor de boekenlijst op de middelbare school.
Jeugdjaren van Gerard Reve
De in 1923 geboren Gerard Reve was de tweede zoon van de communistische journalist Gerard van het Reve. Twee jaar eerder was zijn eerste zoon Karel geboren, die hoogleraar Slavische talen in Leiden zou worden. Met zijn broer had Gerard geen al te beste verhouding. Hun geboortehuis stond in Watergraafsmeer, ook bekend als betondorp. De grauwe armoede van de crisisjaren was er duidelijk zichtbaar. Het heeft ongetwijfeld een grote indruk op Gerard gemaakt. Hij schiep een eigen wereld, waarin hij zijn fantasieën kon uitleven. In zijn romans, die vaak een sterk biografische inslag hebben, heeft hij veel herinneringen aan zijn ongelukkige jeugd verwerkt. Zelf vond Reve dat een ongelukkige jeugd voor een schrijver een goudmijn was, zo blijkt uit het motto bij een van zijn brieven uit zijn brievenboek
Nader tot u: 'An unhappy youth is a writer's gold mine'.
Opleiding en werkzaamheden
Na vier jaar gymnasium volgde hij de patroonsopleiding aan de Amsterdamse grafische school. Van 1945 tot 1947 werkte hij bij de redactie van
Het Parool. Een in 1951 verstrekte reisbeurs werd ingetrokken toen zijn novelle
Melancholia (1951) onzedelijk werd gevonden. In Londen, waar hij van 1952 tot 1957 woonde, werkte hij onder andere als verpleger in een psychiatrisch ziekenhuis. Ook volgde hij er cursussen drama. Van 1959 tot 1967 was hij redactiesecretaris van het literaire tijdschrift
Tirade.
Thematiek
Herinneringen aan zijn jeugd in de crisis- en oorlogsjaren komen steeds weer in zijn boeken terug. Hij is de eigenlijke hoofdpersoon in zijn vaak sterk autobiografische boeken. De onvrede manifesteert zich in zijn boeken vooral door opstandigheid tegen vooral kleinburgerdom, zich uitend in (vaak) zwarte humor. Ook religie speelt in zijn boeken een belangrijke rol. Homo-erotiek en godsliefde (Reve werd in 1966 katholiek) gaan vaak op een wonderlijke manier samen.
Naast seksualiteit (homo-erotiek) en religie is de dood een belangrijk thema. Het hele werk van Reve is doordrenkt van de angst voor verval en de dood. De realiteit van verval en de dood brengt Frits van Egters, de hoofdpersoon in zijn roman
De avonden er telkens toe om naar het kaal worden van zijn kennissen te kijken. Boektitels als
De ondergang van de familie Boslowits,
Op weg naar het einde en
Nader tot u verwijzen naar (angst voor) de dood. In
Nader tot u schrijft Reve dat het bij zijn schrijven gaat om 'seks, drank en dood, deze drie; maar het meeste van deze is de dood'.
Romans van Gerard Reve
De ondergang van de familie Boslowits
Deze novelle is zijn eigenlijke debuut. Het werd namelijk in 1946 gepubliceerd in het tijdschrift
Criterium. De boekuitgave volgde pas in 1950. Bij verschijnen kreeg de novelle, gepubliceerd onder het (gedeeltelijke) pseudoniem Simon van het Reve, weinig aandacht van de critici. Het verhaal speelt zich deels af in de Tweede Wereldoorlog. Op aangrijpende wijze worden de lotgevallen van een bevriende Joodse familie beschreven.
Simon, de ik-figuur leert als jongetje van zeven de familie Boslowits kennen. Oom Hans, de vader, is verlamd en Otto, een van zijn kinderen, is geestelijk onvolgroeid. Als tien jaar later de oorlog uitbreekt verkeert de Joodse familie Boslowits in gevaar. Otto wordt overgeplaatst naar een kindertehuis in Apeldoorn en oom Hans wordt in een ziekenhuis opgenomen. Als de razzia's beginnen worden mevrouw Boslowits en haar zoon Hans weggevoerd. De in het tehuis in Apeldoorn wonende kinderen worden ook weggevoerd. Een vriend zorgt dat oom Hans vanuit het ziekenhuis naar een onderduikadres gaat. Daar pleegt hij zelfmoord door veel slaaptabletten in te nemen.
De avonden
De sterk autobiografische roman
De avonden, die in 1947 werd uitgegeven, maakte de schrijver in een klap beroemd. ook dit boek werd geschreven onder het (gedeeltelijke) pseudoniem Simon van het Reve. De roman is voor een deel een zelfportret. Zijn broer Joep (in het boek) lijkt sterk op zijn broer Karel, en diverse vrienden van Frits (in het boek) zijn gebaseerd op bestaande personen.
In het boek staat de zinloosheid van het bestaan centraal. Thema is de totale verveling van de hoofdpersoon Frits van Egters en zijn afkeer van het milieu waarin hij opgroeit.
Het boek riep bij verschijnen uiteenlopende reacties op. Er waren positieve reacties van critici, die de levensechtheid waarmee de mentaliteit van de hoofdpersoon, de kantoorbediende Frits van Egters, was verbeeld wel konden waarderen. Andere critici ergerden zich mateloos aan de cynische beschrijving, vol somberheid en grauwheid, die de schrijver gaf van zijn ouderlijke milieu.
Tijdens de laatste tien dagen van 1946 brengt de 23-jarige kantoorbediende Frits van Egters, die nog bij zijn ouders woont, zijn dagen door met vrienden te bezoeken, zijn ouders (vooral zijn vader) te plagen met gruwelijke verhalen, en met het vertellen van mopjes.
De verhalen zijn vaak komisch en ook het treiteren van zijn vader is vermakelijk. Elk hoofdstuk van het boek beschrijft een dag. Bijna ieder hoofdstuk eindigt met een droom. De droom heeft twee functies. De eerste functie is het vergroten van de (in het boek beperkte) ruimte. De tweede (belangrijkste) functie is het openbaren van het onderbewuste. Die openbaring maakt angst voor eenzaamheid, ouderdom en dood zichtbaar. In het laatste hoofdstuk ontbreekt de droom. Op oudejaarsavond zijn enkele vrienden die Frits wil bezoeken niet thuis. Hij keert terug naar zijn ouders. In zijn geest vindt een soort verzoening plaats: hij aanvaardt het leven en hij denkt vol medelijden en liefde aan zijn ouders. De in zijn boek ironisch beschreven afkeer voor zijn ouders wordt in het laatste hoofdstuk vervangen door een even ironisch beschreven liefde voor zijn ouders. Het slot van
De avonden geeft aan het pessimistische boek een enigszins positief einde.
Werther Nieland
De novelle
Werther Nieland (1949) beschouwde Gerard Reve als zijn beste werk. De jongenswereld uit zijn jeugd, met zijn strooptochten in de omgeving en met zijn geheime clubs, wordt met veel aandacht voor de onderlinge verhoudingen beschreven. De ik-figuur, het elfjarige jongetje Elmer, kan niet zonder meer gelijkgesteld worden met Gerard Reve zelf, maar het verhaal heeft ongetwijfeld een deels autobiografisch karakter. Elmer wordt in het verhaal geconfronteerd met de wereld van de volwassenen, in dit verhaal de geheimzinnige familie Nieland waar dingen gebeuren die Elmer niet begrijpt.
Elmer is in dit verhaal voorzitter van de club. Hij moet zich waarmaken in een jongenswereld: ze moeten luisteren en hem als leider erkennen. Hij kan het gedrag van de volwassenen niet altijd verklaren. Dan trekt hij zich terug in zijn schuilplaats op zolder (de grot), waar hij ongestoord planten en dieren kan martelen. Hij maakt kennis met de moeder van zijn vriendje Werther. Ze maakt gekke pasjes en ze grijpt Elmer in zijn kruis. Niet veel later wordt ze buiten medeweten van haar kinderen naar een inrichting gebracht. De familie Nieland verhuist naar een andere buurt. Een tante neemt de zorg voor de kinderen op zich.
De brievenboeken van Gerard Reve
In de jaren zestig schreef Reve een groot aantal brieven. De brieven werden onder andere gepubliceerd in
Op weg naar het einde (1963) en in
Nader tot u (1966). In de brieven schreef hij met een in die tijd ongekende openhartigheid over zin homoseksualiteit. Vooral in
Nader tot u is de homoseksualiteit, die in de roman
De avonden nog versluierd naar voren kwam, het centrale thema. De behoefte om de vroegere jongenswereld te doen herleven komt in de brieven tot uiting in het overmatig gebruik van alcohol en het seksueel samenzijn met de 'Meedogenloze Jongen'. Reve heeft het openhartig schrijven over zijn seksuele ervaringen ongetwijfeld als een bevrijding ervaren.
Het brievenboek
Nader tot u (de titel verwijst naar het kerkelijk lied Nader tot u, mijn God) veroorzaakte bij verschijning veel opschudding. In het boek wordt beschreven dat God de gedaante heeft aangenomen van een ezeltje. De ik-figuur heeft gemeenschap met de ezel (God). Die beschrijving leidde in 1967 tot een proces wegens smalende godslastering. Uiteindelijk besloot de Hoge Raad in 1968 tot volledige vrijspraak.
Moeder en zoon
Gerard Reve ging in 1966 over naar het katholieke geloof. in de roman
Moeder en zoon (1980) wordt zijn worsteling beschreven die hij heeft moeten doormaken, voordat hij besloot om katholiek te worden.
De roman
Moeder en zoon is een soort geestelijke biografie. De ik-figuur gaat terug naar zijn kindertijd. Hij werd in zijn kindertijd al geboeid door het kerstfeest, terwijl daar bij hem thuis met veel minachting over gesproken werd. Omstreeks zijn veertigste ging hij zich in het katholicisme verdiepen. Hij bezocht regelmatig kerkdiensten en hij kwam in contact met een priester.
Het boek is niet alleen en feitelijk verslag van de groeiende belangstelling van de auteur voor het katholicisme. Het boek bevat ook een autobiografisch gekleurde beschrijving van een ontmoeting die hij omstreeks zijn veertigste heeft met een jongen die hij Matroos Vos noemt. Ze krijgen een relatie. Hij belooft Matroos om katholiek te worden.
Het boek eindigt met een scène die doet denken aan aan de scène met de ezel in
Nader tot u. Aan het slot van
Moeder en zoon heeft de ik-figuur in een droom geslachtsgemeenschap met de Maagd Maria.
De vierde man
De roman
De vierde man (1981) was eigenlijk bedoeld als boekenweekgeschenk. Protestant-christelijke boekhandelaren tekende echter protest aan tegen de homoseksuele thematiek. Bovendien was de CPNB, de uitgever van het boekenweekgeschenk, bang dat de openhartige liefde tussen twee mannen veel lezers zou afschrikken. De uitgave (niet als boekenweekgeschenk) werd een groot succes. In 1993 werd het boek verfilmd.
In dit thrillerachtige verhaal maakt de hoofdpersoon, een schrijver, kennis met een jonge weduwe. Hij raakt in haar netten verstrikt. Haar vorige minnaars zijn onder geheime omstandigheden om het leven gekomen. In haar bureau ontdekt hij een foto van een mooie jongen, die hij graag zou willen leren kennen. Als de vrouw de mooie jongen op de foto gaat opzoeken blijft de hoofdpersoon alleen in haar huis achter. Snuffelend tussen haar papieren ontdekt hij een kistje, dat hem een macaber geheim onthult.
Bezorgde ouders
In de roman
Bezorgde ouders zijn alle vaste thema's van Reve te vinden; dood, drankzucht, seks en godsdienst. Het boek wordt daarom wel beschouwd als een samenvatting van zijn schrijverschap.
Hoofdpersonen in
Bezorgde ouders (1988) zijn de dichter Hugo Treger en zijn veel jongere liefdesvriend Eenhoorn. De dichter Treger mist poëtische inspiratie. Daarom wil hij zich aan het proza gaan wijden. Hij komt echter tot het besef dat hij alleen iets weet te verteller over zichzelf en over zijn jonge vriend. Daar interesseert niemand zich voor.
Lees verder