Pier Paolo Pasolini en zijn films - La ricotta (1963)
Pier Paolo Pasolini (1922-1975) was een Italiaans schrijver en tekenaar, maar de meesten zullen hem kennen als regisseur van films. In deze reeks van artikelen over het filmwerk van Pasolini bespreek ik drie van zijn films wat uitvoeriger: "La ricotta", "Il fiore delle 1001 notte" en "Salò". Als eerste "La ricotta" (1963).
Inleiding
La ricotta is het der de deel van een vierluik dat luister naar de naam
RoGoPaG, naar de vier medewerkende cineasten:
ROsselini,
GOdard,
PAsolini en
Gregoretti. We beperken ons hier tot Pasolini's bijdrage, waarvan eerst de algemene gegevens.
Filmgegevens
- Titel: La ricotta
- Italië/Frankrijk 1963
- Duur: 35 minuten
- Scenario en regie: Pier Paolo Pasolini
- Co-regisseurs: Sergio Citti en Carlo Di Carlo
- Montage: Nino Baragli
- Muziek: Carlo Rustichelli
- Producer: Alfredo Bini voor Arco Film Cineriz (Rome) en Lyre Film (Parijs)
- Distributie: Cineriz (later Nuova Comunicazione-Arci)
- Hoofdrollen: Mario Cipriani (Stracci), Orson Welles (de regisseur), Laura Betti (diva); met verder o.a. Ettore Garofolo, Enzo Siciliani, Elsa do Giorgi.
- Opgenomen in 1962 in Cinecittà (Rome) en op locatie langs de Via Appia (net buiten Rome).
Gebruikte muziek:
- Alessandro Scarlatti, Sinfonia uit de Cantata profana nr.75
- Giuseppe Verdi, Sempre libera degg'io uit La Traviata
- Francesco Biscogli, Largo uit het concert in D voor hobo, trompet, fagot, strijkers en basso continuo
- Tomasso da Celano, Sequenza per la Messa dei defunti Dies irae Dies illa
- Michelangelo Antonioni/Giovanni Fusco, Eclisse Twist
- Carlo Rustichelli, Rogopag Twist
Standpunten
Voordat we verder in detail treden over de film eerst even iets meer over Pasolini's ideeën. Pasolini raakte met zijn onbegrepen standpunten steeds verder verwijderd van wie hem omringde. Ook nam hij steeds duidelijker afstand van de politieke partijen, zelfs van de communistische partij. Uitermate lastig was het met hem in discussie te gaan, bijvoorbeeld over de vraag hoe hij als marxist een film over Jezus Christus kan maken. Hij raakte steeds meer verwonderd en verbitterd over alles wat hij om hem heen in de wereld, met name dan in Italië zag gebeuren. Hij werd er wanhopig van. Niet lang voor zijn dood noemde hij het de sociale homogenisatie, het tot eenheidsworst maken van de samenleving. En dit alles leidde voor Pasolini onontkoombaar tot zijn laatste film
Salò, waarover we in een ander artikel in deze special nog uitgebreid komen te spreken. Maar we blijven nu nog even in de jaren 60. Pasolini's gifpijlen richten zich vooralsnog op de schijnheiligheid van de kerk en van onwaarachtig religieus gedrag en daarnaast op de kruiperige collaboratie van de bourgeoisie met de machthebbers, zoals we dat merken aan de media, schrijvende pers, radio, tv. En hoewel hij van Berlusconi nog geen weet had - wij wel intussen - zag hij toen al in dat de media het volk vergiftigden met nietszeggende praatjes en onwerkelijkheden die alleen maar als enig doel konden hebben de machthebbers in het zadel te houden, de status quo te bestendigen. Hij filmt
La ricotta.
Plot
Ricotta is een Italiaanse zachte kaassoort, maar daar gaat het verder niet om. Het gaat om een mediaconcern dat een film laat opnemen over de kruisiging van Christus, uitmondend in de kruisafneming, ongeveer weer te geven zoals de schilder Rossi Fiorentino dat in 1521 had geschilderd. Het gaat een druiperige, kitscherige film-in-een-film worden, hetgeen Pasolini onder meer onderstreept door extra felle kleuren, terwijl de rest van zijn film in zwart-wit is.
Maar er gebeurt meer. Zo wordt de regisseur, Orson Welles, op schandalig kruiperige wijze geïnterviewd door een domme journalist, zien we hoe de crew zich tijdens en rond de opnamen verveelt, misdraagt, uitdaagt. Links en rechts van Christus komen, zoals het hoort, de goede en de slechte moordenaar te hangen. De goede moordenaar lijdt aan de eetziekte en denkt aan niets anders dan maaltijden verslinden. Aan het slot blijkt hij zich te hebben doodgegeten. Al met al krijgen we het verfilmen te zien van een draak van een film die meer aan een slapstick dan een religieus product doet denken.
De film leverde Pasolini een omvangrijk proces op, voornamelijk wegens godslastering. Directe aanleiding was de striptease die hij Maria Magdalena laat uitvoeren voor een stel mannen van de crew die zich stierlijk vervelen. Bovendien meende de aanklager te hebben gezien dat de goede moordenaar, Stracci, die ook al in
Accattone een rol vertolkte, aan het kruis gebonden hangt en bij het zien van die stiptease met losse handen klaarkomt. Ieder zinnig mens ziet dat Stracci teveel en te haastig heeft gegeten, de hik krijgt en er uiteindelijk in blijft. Pasolini werd veroordeeld tot vier maanden, ging in hoger beroep en werd alsnog vrijgesproken.
Techniek
De film toont enkele technische bijzonderheden die de moeite van het vermelden waard zijn.
Allereerst filmt Pasolini
La ricotta net als zijn vorige films in
zwart-wit, maar voor het eerst zien we ook passages in kleur verschijnen. Het zijn die scènes die onderdeel uitmaken van de Christusfilm die wordt opgenomen. Door zijn "eigen" scènes in zwart-wit te filmen en de scènes van Orson Welles in kleur ontstaan er twee effecten: de toeschouwer weet precies in welk kader het beeld moet worden geplaatst, en verder dragen de overdreven felle kleuren sterk bij aan het kitscherige karakter van de film-in-de-film.
Een volgend opmerkelijk feit is dat Pasolini in
La ricotta voor het eerst gebruik maakt van de
zoom die hij met zijn Arriflex camera kon realiseren. Hij was, in sterke tegenstelling tot "gestileerde" cineasten als Fellini, wars van technische hoogstandjes en trucages en wilde in principe zo sober en levensecht mogelijk filmen. Omdat bovendien Pasolini geen opleiding tot cineast had gevolgd, moest hij elk element van het filmen als het ware zelf uitvinden. Zo ook het gebruik van de zoomfunctie. Het verklaart ook dat zijn films niet passen in een bepaalde "school" of "stijl", maar dat ze zijn te karakteriseren als een mengeling van stijlen.
Tenslotte het gebruik van de
muziek in de film. Pasolini had heel strikte opvattingen over de rol van muziek in zijn films en zocht vaak ook zelf de fragmenten uit die erin moesten worden opgenomen. Over die opvattingen staat meer te lezen in het artikel
Pier Paolo Pasolini en zijn films - muziek, onderdeel van deze special. In
La ricotta fungeren de muziekstukken als codes, als een soort tunes waardoor duidelijk wordt in welk kader de scène moet worden gezien:
De twee
twists horen bij de volkse momenten als de crew niks te doen heeft en zich amuseert; de
sinfonia van Scarlatti begeleidt de scènes waarin de kitschfilm wordt opgenomen; het
Dies irae Dies illa, bekend uit de liturgie voor overledenen, is te horen bij de scènes waarin de kruisiging wordt nagespeeld; de muziek uit
La traviata heeft een dubbele functie: quasi plechtig wordt het aan het einde gespeeld als de bobo's het resultaat van de opnamen komen bekijken, maar dan wel slecht gespeeld door een amateurisisch orkest; eerder al verminkt Pasolini de muziek in een scène waarin de hongerige Stracci door het veld loopt op weg naar het door hem verborgen lunchpakket: om het slapstickachtige karakter van de film te accentueren wordt die scène versneld afgespeeld, en dat geldt daarmee ook voor de muziek.