De Zwarte Dood - een verwoestende bacterie
De Zwarte Dood was een pestepidemie die in de middeleeuwen voor een ramp zorgde. In Europa werden miljoenen mensen slachtoffer van deze toen ongeneeslijke ziekte. De pest verspreidde zich snel en had grote gevolgen. De bevolking zocht naar redenen van de Zwarte Dood, maar de ware reden konden zij niet vinden. Hierdoor werden onschuldige mensen slachtoffer van deze zoektocht naar ‘de zondebok’.
Wat was de Zwarte Dood?
De Zwarte Dood was een epidemie die vele doden veroorzaakte tegen het eind van de middeleeuwen. Al vele jaren werd gedacht dat het hierbij om de pest ging en niet om een virus, maar dit vermoeden werd pas kortgeleden bevestigd. De pest werd veroorzaakt door een bacterie genaamd Yersinia pestis. Hij werd verspreid door vlooien, die vooral de zwarte rat vaak bij zich droeg. In de middeleeuwen waren zwarte ratten overal te vinden, waardoor de epidemie zich gemakkelijk kon uitbreiden. Mensen die besmet raakten met de pest kregen zwarte vlekken op hun lichaam; vandaar dat de ziekte de Zwarte Dood werd genoemd. Daarnaast kregen ze builen, wat erop wijst dat het hier specifiek om de builenpest ging. De slachtoffers hoestten ook bloed op en het duurde niet lang voor zij stierven.
Waar kwam de Zwarte Dood vandaan?
De Zwarte Dood kwam halverwege de veertiende eeuw uit Azië en bereikte in 1347 ook Europa. Mogelijk had een Mongools leger op de Krim (een Oekraïens schiereiland) de pest. Zij schoten besmette lichamen met een katapult over de muren van een Italiaanse handelspost die zich daar bevond. Toen de Italianen van deze handelspost terugkeerden naar Genua (Italië) namen zij de bacterie mee en bereikte de pest Europa in 1347. Er is echter niet te zeggen of dit verhaal klopt. In ieder geval kon de Zwarte Dood zich ook verspreiden via de scheepvaart. Op de schepen zaten vaak zwarte ratten die besmet waren met de bacterie. De schepen deden verschillende havens aan zodat de pest vele plekken bereikte. Na Italië werden andere landen ook snel getroffen. Zo kwam de pest in 1348 aan in Engeland, en in 1349 ook in Ierland, Schotland en Wales. In hetzelfde jaar bereikte de epidemie Spanje, Frankrijk en Duitsland, en in 1350 was ook Scandinavië aan de beurt. In 1351 werd Rusland getroffen.
Dat de Zwarte Dood zich zo snel kon verspreiden kwam door de vaak slechte hygiënische situatie in middeleeuwse steden en dorpen. Veel afval kwam op straat terecht en er waren weinig sanitaire voorzieningen. Voor ratten dus een ideale leefomgeving. De inwoners hadden hier echter geen idee van en niemand kon de pest genezen. Wanneer een dorp of stad getroffen werd, werden grote kruizen op deuren gezet waar de Zwarte Dood slachtoffers had geëist. Vaak vluchtten de andere inwoners vervolgens naar andere plaatsen, maar hierdoor zorgden ze juist voor verdere verspreiding van de ziekte.
In 1353 neemt de epidemie uiteindelijk af. Wel komen er nog tot rond het jaar 1400 meerdere uitbraken voor. Tegen die tijd had de Zwarte Dood vele mensenlevens geëist. Over de hele wereld hebben door deze pestuitbraak zo’n 75 tot 100 miljoen mensen de dood gevonden. In Europa vielen waarschijnlijk tussen de 25 en 50 miljoen dodelijke slachtoffers. Naar schatting was dit ruim dertig procent van de gehele Europese bevolking.
Gevolgen van de Zwarte Dood
Beroepsbevolking
Niemand werd door de Zwarte Dood gespaard. Kinderen en volwassenen, mannen en vrouwen, ‘gewone’ mensen en geestelijken, iedereen kon besmet raken. Dit had grote gevolgen voor de maatschappij. Door de vele doden slonk de beroepsbevolking aanzienlijk en op sommige plaatsen ontstond een tekort aan arbeiders die op het land werkten. Dit leidde bijvoorbeeld (samen met andere redenen) tot de Boerenopstand in Engeland in 1381. De arbeiders eisten hogere lonen en kortere werktijden. Veel arbeiders kregen wat ze wilden omdat de heren de weinige arbeiders die ze nog hadden niet wilden verliezen.
Joden
De bevolking zocht naar een reden of oorzaak van de Zwarte Dood. Veel christenen dachten dat God hiermee de mensen wilde straffen. Sommige christenen geselden zichzelf in reactie daarop, als boetedoening. Er stierven echter net zoveel streng gelovigen en geestelijken, dus was dit niet voor iedereen een afdoende verklaring. Wat veel mensen opviel was dat er relatief weinig joden stierven. Reden hiervoor was de betere hygiëne van de joden, maar dat wist toen niemand. Daarom werden joden ook wel aangewezen als zondebok: zij konden wel eens waterbronnen hebben vergiftigd. Om deze reden werden vele joodse gemeenschappen, vooral in Duitsland en Zwitserland, compleet uitgemoord.