Visuele uitvinding: de bril
Al een aantal eeuwen dragen mensen brillen om beter te kunnen zien. Voordat de bril kon worden uitgevonden, moest men echter eerste de kennis hebben die het vergroten van bijvoorbeeld letters mogelijk maakte. Meerdere mensen speelden hierbij een belangrijke rol, waaronder een aantal Europese monniken. Door de eeuwen heen werden verschillende typen brillen ontwikkeld, vaak als optisch hulpmiddel, maar ook als modeaccessoire.
Keizer Nero
Bij iedereen die ouder wordt, vermindert het gezichtsvermogen. Dat is nu zo en dat was vele eeuwen geleden ook al zo. Andere mensen worden geboren met een niet optimaal zicht. Lang geleden waren er echter nog geen brillen die dit konden compenseren, terwijl nu zeer veel mensen een bril of lenzen hebben. Er wordt gezegd dat keizer Nero, die in de eerste eeuw na Christus leefde in het Romeinse Rijk, gladiatorengevechten zou bekijken door een smaragd die geslepen was. Hierdoor werden de beelden vergroot en kon keizer Nero de gevechten beter zien. Zelfs enkele decennia voor Christus werd er dus al nagedacht over het corrigeren van een beperkt gezichtsvermogen, hoewel de smaragd van Nero nog niets weghad van een bril. Meer dan vergroting was het niet.
Arabieren en Italianen
De Arabische wiskundige en astronoom Aboe Ali-al-Hazin al Haitham, die in 965 geboren werd, ontdekte de wet van refractie. Dit was een belangrijke ontdekking voor het ontwikkelen van optische hulpmiddelen. Refractie is de breking van een lichtstraal, die Aboe Ali-al-Hazin al Haitham bereikte via glas en water. Hij merkte dat een halve bol die gevuld werd met water voor vergroting zorgde. De ontdekking van deze Arabische wiskundige verspreidde zich naar Italië. In de twaalfde en dertiende eeuw gingen monniken in Venetië hiermee aan de slag. Zij bezaten al veel kennis over glas en het transparant maken hiervan. Waar de Arabieren nog dachten dat de vergroting werd veroorzaakt door het water in de bol, toonden de Italiaanse monniken aan dat de bolle vorm van het glas hiervoor zorgde en dat het water dus overbodig was. Zij ontwikkelden dan ook geslepen glazen met een bolle vorm, een soort vergrootglazen. De glazen die Aboe Ali-al-Hazin al Haitham en de Italianen gebruikten, werden gemaakt van het mineraal beryl. Hier komt waarschijnlijk het woord bril vandaan.
Engelse en Italiaanse monniken
Vanuit de Italiaanse monniken werd de kennis ook verspreid in Duitse en Engelse kloosters. De Engelse monnik Roger Bacon speelde vervolgens een belangrijke rol bij het ontwikkelen van brillen. In 1267 toonde hij namelijk aan dat kleine letters met bol gespelen glazen vergroot konden worden. Roger Bacon legde zijn bevindingen vast in zijn ‘Opus Majus’, waarin hij aangaf dat deze geslepen glazen een goed hulpmiddel zouden kunnen zijn voor mensen die kleine letters niet meer goed konden lezen. Er was dan wel aangetoond dat geslepen glazen een optisch hulpmiddel konden vormen, een echte bril was nog niet ontwikkeld. Dit gebeurde nog wel in dezelfde eeuw. Wie de daadwerkelijke uitvinder is, ligt niet helemaal vast. Er worden in dit verband twee namen genoemd: Alessandro della Spina en Salvino d’Armato degli Armati, beide Italiaanse monniken. Alessandro della Spina zou een bril hebben ontworpen, waar twee glazen in een houten soort montuur werden geplaatst. Op de grafsteen van Salvino d’Armato degli Armati zou echter hebben gestaan dat hij de uitvinder van de bril was, maar waarschijnlijk klopt dit verhaal niet. De Italiaanse monnik Giordano da Rivalto sprak begin veertiende eeuw over de bril, waarna de uitvinding zich begon te verspreiden over Europa. Deze vroege brillen hadden glazen in een dik soort montuur van hoorn of hout, met aan één kant een soort steel die scharnierde. Voor de productie van brillen was de glasfabriek van Murano in Venetië belangrijk; zij waren namelijk de eersten die glazen konden produceren die geschikt waren voor brillen.
Verdere ontwikkeling van brillen
Vanaf deze tijd werd de bril een steeds vaker gebruikt product, dat verschillende ontwikkelingen doormaakte. Zo werden de glazen bijvoorbeeld steeds verder verbeterd. Waar in de begintijd alleen brillen bestonden voor verziendheid, werden in de vijftiende eeuw ook brillen ontwikkeld voor bijziendheid. Er ontstonden langzaam brillen die lijken op de brillen van nu. Ze kregen een montuur bestaande uit één deel en er werden brillen gemaakt met twee vaste zijpoten eraan om achter de oren te doen. Er werden neusbruggen aan gemaakt en het draagcomfort werd langzaamaan steeds groter. Ook werden er nog verschillende typen brillen ontworpen die er heel anders uitzien dan de brillen van tegenwoordig, zoals de monocle, de pince-nez en de lorgnet.
Monocle
Vanaf de achttiende eeuw werden veel monocles geproduceerd, brillen met maar één rond glas, met een ring eromheen. Makkelijk om te dragen waren monocles niet. Hij moest namelijk worden vastgehouden door de drager zelf, die hem vastklemde tussen zijn jukbeen en wenkbrauw. Verder zat er een koord aan dat werd vastgemaakt aan de kleding, om de monocle niet te verliezen. Vooral in Duitsland en Engeland waren monocles populair, waar ze werden gedragen door rijke mensen.
Pince-nez
In Frankrijk was de pince-nez populairder. Deze was voorzien van twee glazen met een soort klemmetje ertussen dat op de neus werd gezet. Ook deze bril was niet erg comfortabel om te dragen, zoals de naam pince-nez, dat ‘neusknijper’ betekent, al aangeeft. Hij werd ook alleen bij het lezen gedragen en niet de hele dag.
Lorgnet
De lorgnet, veel gebruikt in de negentiende eeuw, was een bril met twee glazen, en aan één kant een soort steel of handvat. Deze bril moest dus ook met de hand vastgehouden worden om er doorheen te kunnen kijken. Vooral welgestelde vrouwen hadden een lorgnet, die ze vaak gebruikten wanneer ze naar de opera gingen. In feite was het meer een sieraad dan een hulpmiddel om beperkt zicht te corrigeren.
Tegenwoordig zijn brillen in allerlei varianten verkrijgbaar. Daarnaast werden natuurlijk lenzen ontwikkeld die mensen direct op het oog dragen en die niet opvallen. Er worden voor brillen veel materialen gebruikt, evenals verschillende kleuren en vormen. Naast een optisch hulpmiddel is het voor veel mensen ook een modeaccessoire.