De gevangenis van Port Arthur in Tasmanië
De gevangenis van Port Arthur gelegen op het eiland Tasmanië werd in 1830 geopend. Tien jaar later waren er al meer dan 2000 gevangenen die getransporteerd werden uit Engeland. In totaal zijn er 12000 mannen, vrouwen en kinderen naar toe gebracht. Port Arthur is thans een plaats waar veel toeristen die Tasmanië bezoeken een kijkje in de geschiedenis nemen. Men raakt onder de indruk van de geschiedenis van de gevangenen die zowel in Port Arthur maar ook in andere delen van Australië gevangen gezeten hebben.
Ligging van Port Arthur
Port Arthur is gelegen ongeveer 60 km zuidoost van de hoofdstad Hobart in Tasmanië. Het is gemakkelijk te bereiken per auto of met openbaar vervoer. Het complete terrein is 40 ha groot en er zijn 30 ruïnes. Ook is er een kerk (zonder dak) die in 1837 door de gevangenen zelf werd gebouwd. In het informatiecentrum kan men de geschiedenis lezen van wat zich hier vroeger heeft afgespeeld.
Het ontstaan van Port Arthur
Port Arthur is genoemd naar de Engelsman George Arthur. Aan het einde van de negentiende eeuw zaten de gevangenissen in Engeland overvol. Het was de tijd van de industriële revolutie en er waren veel arme mensen die van het stelen een beroep maakten om in leven te kunnen blijven. Maar er heerste ook wetteloosheid en de regering wist niet waar ze de mensen moesten onderbrengen. Ook waren er veel politieke gevangenen die bij verweer als oproerkraaiers werden beschouwd. George Arthur ontdekte dat in "het nieuw ontdekte land" ruimte was. Tasman Peninsula was een schiereiland wat omgeven was door hoge kliffen en hier zou het mogelijk zijn om gevangenen onder te brengen zonder dat de bewaking veel geld zou kosten. Daarom werd hier de gevangenis gesticht. Deze werd in 1833 geopend. In 1840 waren hier al méér dan 2000 gevangen naar toe gedeporteerd. In totaal 20% van de gevangenen waren vrouwen en er waren ook kinderen bij. Er gingen soldaten mee om de gevangenen te bewaken en er werd veel gereedschap meegevoerd om de gevangenis in het nieuwe land zoveel mogelijk zelfvoorzienend te maken. In 1877 werd Port Arthur gesloten. Er hadden in die tijd 12000 mensen gevangen gezeten. In 1897 is een deel van de gevangenis door brand verwoest. De gevangenis kende diverse afdelingen zo was er het:
- Separate Prison
- Paupers depot
- Ziekenhuis
Separate Prison
Separate Prison werd gebouwd op een heuvel aan de rand van Port Arthur. Iedere gevangene die vanuit Engeland arriveerde verbleef hier de eerste maanden. Hij kreeg een nummer, verloor zijn of haar naam en mocht alleen communiceren met het personeel. In isoleercellen moesten werkzaamheden worden verricht in afzondering. De gedachte was dat als men gevangenen zou straffen met zweepslagen dit alleen maar tot verharding zou leiden. Daarom koos men voor een psychologische manier van straffen waarbij men extra voeding kreeg bij goed gedrag. In plaats van brood en water kon men bij extra goed gedrag suiker en tabak verdienen. Maar vooral de isolatie die men hier toepaste heeft tot veel psychische ziekten geleid. Mensen moesten met een grote kap op lopen zodra zij met anderen in contact zouden komen. Men kon de ander niet zien en het is vooral dit isoleren wat tot grote problemen bij mensen kan leiden.
Paupers depot
Dit was een ziekenhuis waar de oude mannen verbleven die niet meer konden werken. Velen raakten psychisch in de war door de ontberingen. Hier werd nog wel gewerkt door de mensen die ertoe in staat waren zoals koken, hout zoeken etc. In 1877 werd dit deel gesloten en de mensen werden overgebracht naar Hobart.
Ziekenhuis
Er was een apart ziekenhuis voor mensen die ernstig ziek werden. Veel gevangenen kregen last van ademhalingsproblemen. Maar er waren ook veel klachten van reumatische aard omdat mensen vaak met vochtige kleding in hun cellen moesten verblijven.
De hoogte van de straf voor de gevangenen
Voor een klein vergrijp kon men in het Engeland van die jaren al snel een gevangenisstraf van 7 tot 12 jaar tegemoetzien. De deportatie gebeurde op nauwe schepen waar men geen enkele privacy had. De overtocht duurde 5 tot 6 maanden. Pas bij aankomst in Port Arthur kon men beginnen met het aftellen van de straf. Als de straf was uitgezeten dan kon men kiezen voor een terugtocht naar Engeland of proberen een bestaan op te bouwen in Tasmanië. De meeste gevangenen kozen voor dit laatste.
Productie
In de gevangenis werden de mensen aan het werk gezet. Men produceerde zelf schoenen, kleding, meubels maar ook was er een steenfabriek en men verbouwde zelf groenten en fruit. Er werd ook in de kolenmijnen gewerkt. Als men niet aan het werk was dan verbleven de gevangenen in cellen. Men werd geïsoleerd. Contact met andere gevangenen werd geheel vermeden. Bij de recreatie kregen de mensen een masker op.
Ontsnappen uit de gevangenis
Ontsnappen uit deze gevangenis was nauwelijks mogelijk. Wel is er een verhaal bekend van George Hunt. Een man die zich met een kangoeroehuid had bedekt en probeerde als kangoeroe weg te springen. Hij werd echter opnieuw gevangengezet en kreeg 150 zweepslagen.
Mary Wade
Al vanaf het einde van de achttiende eeuw vervoerde men gevangenen naar Australië. Dit gebeurde ook met Mary Wade. Zij werd geboren op 5 oktober 1777 en ze was de jongste gevangene die naar Australië overgebracht werd. Zij was pas 11 jaar oud toen ze werd gedeporteerd op het schip de Lady Juliana. Dit was het tweede schip dat naar Australië vaarde met gevangenen. Mary was eigenlijk ter dood veroordeeld na het stelen van kleding. Maar ze kreeg gratie van Koning George de Derde en werd gedeporteerd naar Australië. Na haar gevangenschap trouwde ze en kreeg in totaal 21 kinderen. Ze kreeg haar certificaat van vrijheid in september 1812.
Mary Bryant
Een ander bekende vrouw is Mary Broad, later Mary Bryant. Zij had een zilverkleurige zijden stola gestolen en wat juwelen omdat ze er zelf op haar bruiloft mooi uit wilde zien. Mary werd hiervoor veroordeeld tot zeven jaar en in 1787 aan boord van de Charlotte naar Australië gedeporteerd. Tijdens de reis kreeg ze een dochter die ze Charlotte noemde. Ze trouwde in 1788 met William Bryant. Mary en haar man waren een van de weinigen die wisten te ontsnappen. Op 28 maart 1791 heeft het echtpaar een schip gestolen en ze vertrokken samen met twee kinderen en zeven andere gevangenen. Na een reis van 66 dagen en 5000 kilometer kwamen ze aan in Oost-Timor. Ze werden herkend als gevangenen en teruggestuurd naar Groot-Brittannië. Ze werd weer gevangen gezet maar kreeg op 2 mei 1793 gratie. Er is door Anthonie van Kampen een boek geschreven in 1968 over het leven van Mary met als titel:
Het leven van Mary Bryant. Ook is er een musical die het verhaal vertelt.
Toeristen
Ieder jaar komen rond de 250.000 mensen om hier de ruïnes en de overgebleven delen van de voormalige gevangenis te bezoeken. De ligging is bijzonder mooi. Veel prachtige natuur in de omgeving. Men raakt diep onder de indruk van de geschiedenis van deze historische plaats. Ook is het mogelijk om een bezoek te brengen aan de brug die geheel door gevangenen werd gebouwd.