Nederlandse zinken munten tijdens de Tweede Wereldoorlog
Tijdens de Tweede Wereldoorlog besloot de Duitse bezetter in 1942 over te gaan tot een geldzuivering. Alle munten van het Koninkrijk der Nederlanden moesten verplicht bij de Duitse bezetter worden omgewisseld tegen papiergeld en zinken muntgeld. Vanaf 1941 was men namelijk begonnen zinken munten van 1 cent, 2½ cent, 5 cent, 10 cent en 25 cent in Utrecht aan te maken. Dit moest voornamelijk de zilveren en gouden munten met daarop de beeltenis van koningin Wilhelmina gaan vervangen. Tussen 1941 en 1944 zijn er 682 miljoen zinken munten geslagen en in omloop gebracht.
Nederland bezet door nazi-Duitsland
Op 10 mei 1940 valt nazi-Duitsland met een grote troepenmacht Nederland aan. Drie dagen later vertrekt de koninklijke familie onder leiding van koningin Wilhelmina het land en gaat in ballingschap naar Londen. Eén dag later, op 14 mei 1940, moet Nederland capituleren. Het betekende het begin van een vijf jaar durende Duitse bezetting.
Het vooroorlogse geld
Op de munten van het Koninkrijk der Nederlanden was grotendeels koningin Wilhelmina afgebeeld. Dit betrof de volgende munten: 10 cent, 25 cent, halve gulden, 1 gulden, 2½ gulden, 5 gulden en 10 gulden. Op de andere munten staat de Nederlandse leeuw (½ cent, 1 cent, 2½ cent,) of een vruchtdragende oranje tak (5 cent). De vijf en tien gulden zijn van goud. De rest is van zilver (10 cent, 25 cent, halve gulden, 1 gulden en 2½ gulden) of van brons (halve en hele cent).
1940 en 1941
In het eerste bezettingsjaar zijn nog steeds de oude munten die onder koningin Wilhelmina geslagen werden gemaakt. Het betroffen het kwartje, de gulden en de rijksdaalder. Dit gebeurde nog steeds in zilver. In 1941 gebeurde dit ook voor het dubbeltje en opnieuw het kwartje. Uiteindelijk kozen de Duitsers ervoor om de oude munten te vervangen door nieuwe munten. Hiervoor hadden ze verschillende redenen. Ten eerste waren metalen noodzakelijk voor de Duitse oorlogsindustrie. Ten tweede ging de wet van "Bad money drives out good money": slecht geld verdrijft goed geld. Mensen gingen zilveren en gouden munten hamsteren. Men betaalde liever met papiergeld. Verder wilden de Duitsers alle herinneringen aan het Koninklijk Huis verwijderen. Dit betekende niet alleen het hernoemen van straten met Oranje-namen, maar ook de verwijdering van alle munten van het Koninkrijk der Nederlanden. Verder werd ook de naam van het Koninklijk Munt- en Penningkabinet gewijzigd, namelijk in Rijks Penningkabinet.
Op 29 maart 1941 werd de handel in gouden munten door de Duitse bezetter verboden. De burgers van Nederland werden gesommeerd om hun gouden vijfjes en tientjes bij De Nederlandse Bank (DNB) in te leveren. Daarvoor in de plaats kreeg men voor een gouden tientje 12 gulden 14 aan papier geld. Er werd voor 21 miljoen gulden aan gouden munten ingeleverd. In totaal is ongeveer 6,5% van alle ooit aangemaakte Nederlandse gouden munten (sinds koning Willem I tot en met koningin Wilhelmina) bij DNB ingeleverd. De waarde van de munten steeg echter continu. In 1944 kon men voor één gouden tientje zo'n driehonderd gulden krijgen.
Op 18 december 1941 werd de Muntwet 1901 gewijzigd met de komst van de zinken stuiver. Op 15 januari 1942 was in de Nederlandse Staatscourant ook de invoering van de zinken 1 cent, 2½ cent, 10 cent en 25 cent te lezen. In dit jaar werd via een aantal besluiten de intrekking van de koninkrijksmunten aangekondigd. Nederlanders kregen tot uiterlijk 5 oktober 1942 de tijd om het in te leveren. Het betrof een verplichte inlevering. Voor illegaal bezit kon men een celstraf van een half jaar krijgen of een geldboete van duizend gulden. Er werd niet veel ingeleverd; van alle in omloop zijnde rijksdaalders slechts 2,7%, van de guldens 10% en van de één centen 9,8%.
De ontwerpen van de zinken munten zijn afkomstig van Nico de Haas (1907-1995). Deze kunstenaar was voor de oorlog communist en verzorgde o.a. voor de Communistische Partij Holland de omslagen van brochures. Na geïnterneerd geweest te zijn, vlak na de Duitse inval, is Nico de Haas nationaal-socialist geworden. Begin 1941 werd hij hoofdredacteur van het nationaal-socialistische blad
Storm. Verder trad hij toe tot de Nederlandse SS. Na de oorlog is hij naar het buitenland ontsnapt en vanaf 1958 heeft hij zich gevestigd in de Bondsrepubliek Duitsland.
De zinken 1 cent
In de jaren 1941 tot en met 1944 worden er in totaal zo'n 370 miljoen zinken centen in Utrecht geslagen. Deze munten, zoals ook de andere zinken munten tijdens de Duitse bezetting, hebben, op de 2½ cent na, geen muntmeesterteken. Het muntteken is die van Utrecht, namelijk de Mercuriusstaf. Deze is te vinden op de keerzijde, waar de waarde-aanduiding staat.
Op de voorzijde staat een rechtskruis afgebeeld. Onderaan staat op een lint de tekst 'Nederland'. Op de achterzijde is het getal 1 en de aanduiding 'ct' afgebeeld. Verder vindt men hier vier golven, drie korenaren en de aanduiding van het jaar. De munt weegt slechts 2 gram, heeft een diameter van 17 mm en de rand is gekarteld.
De zinken 2½ cent
De laatste 2½ cent van het Koninkrijk der Nederlanden is geslagen in 1929. Op de voorkant stond de Nederlandse leeuw afgebeeld. In de jaren dertig verschenen geen nieuwe munten van dit type. In 1941 besloot de Duitse bezetter om opnieuw de 2½ cent te slaan en wel in het grote aantal van bijna achtentwintig miljoen stuks. Dit is ook het enige zinken muntstuk met een muntmeesterteken de druiventros. De druiventros is het muntmeesterteken van de heer W.J. van Heteren, die van 1933 tot en met 1942 muntmeester was. In 1942 zijn er opnieuw 200.000 van dit munttype gemaakt, maar is op enkele stuks na de volledige productie omgesmolten. De specificaties van deze munt zijn: gewicht 2,8 gram en een diameter van 20 mm. De rand van de munt is glad. Op de voorkant van de munt is een Friese ûleboerd afgebeeld. In het Nederlands vertaald als uilenbord. De nokken van Friese boerderijen werden eeuwenlang hiermee versierd. Het is een driekant bord waarop twee zwanen zijn afgebeeld. Het moest de kwetsbare uiteinden van een rieten dak beschermen. De Duitse bezetter greep dus terug op een Friese traditie.
De zinken 5 cent
De zinken vijf cent was evenals haar voorganger vierkant en elke zijde meet 1,8 cm. Het muntje weegt 3,6 gram en heeft een diameter van 18 mm. Op de voorzijde zijn in een vierkant twee Saksische paardenkoppen onder een stralende zon afgebeeld. Daaronder staat in een lint 'Nederland'. Op de keerzijde staat 5 c vermeldt. Deze aanduiding staat in een veld van horizontale arcering. In de heraldiek wordt dit azuur genoemd. Verder staan aan de linkerkant negen golven en aan de rechter kant twee korenaren. De rand van de munt is glad. In de jaren 1941, 1942 en 1942 zijn hiervan zo'n vijftig miljoen stuks geslagen.
De zinken 10 cent
De vierde munt in de reeks zinken munten tijdens de Duitse bezetting is het 10 cent-stuk. Op de voorkant zijn drie gestileerde tulpen afgebeeld en op de keerzijde de aanduiding '10 cents', met aan weerszijden een twijg, een buigzame tak. Van deze 3,3 gram wegende zinken munt met een diameter van 22 mm zijn er in de jaren 1941, 1942 en 1943 zo'n 155 miljoen stuks geslagen en in omloop gebracht. De rand is gekarteld.
De zinken 25 cent
Van de reeks zinken munten is de 25 cent de hekkensluiter. In de jaren 1941, 1942 en 1943 zijn er ongeveer 75 miljoen van gemaakt. Het is met 5 gram de zwaarste en met een diameter van 26 mm de grootste munt van de reeks. Op de voorkant is een zeilschip in de golven te zien. Daarboven staat in grote letters 'Nederland' te lezen. Op de achterkant staat de aanduiding '25 cents' met aan de linker- en rechter kant een twijg afgebeeld.
Overzicht aantallen geslagen en in omloop gebrachte zinken munten 1941-1944
| 1 cent | 2½ cent | 5 cent | 10 cent | 25 cent | Totaal |
1941 | 31.800.000 | 27.600.000 | 32.200.000 | 29.800.000 | 34.600.000 | 156.000.000 |
1942 | 241.200.000 | 0 | 11.8000.000 | 95.600.000 | 27.800.000 | 376.400.000 |
1943 | 71.000.000 | 0 | 7.000.000 | 29.000.000 | 13.600.000 | 120.600.000 |
1944 | 29.600.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 29.600.000 |
Totaal | 373.600.000 | 27.600.000 | 51.000.000 | 154.400.000 | 76.000.000 | 682.600.000 |