Moord op Marietje Kessels: Tilburgs mysterie uit 1900
Het is 1900, katholiek Tilburg is in shock. De elfjarige Marietje Kessels wordt vermist en later dood gevonden in de Heilige Hartkerk. Ze blijkt verkracht en met haar eigen kousje gewurgd. De politie start een onderzoek, maar kan geen dader aanwijzen. Pastoor Van Zinnicq Bergmann wordt, gezien zijn positie, nooit als verdachte ondervraagd. Vanuit het Vaticaan volgt jaren later een verlossende boodschap, maar familie Kessels wordt geacht te zwijgen. Ruim 111 jaar later brengt Godelieve Kessels de zaak opnieuw onder de aandacht en publiceert haar boek ‘De moord op Marietje Kessels – waarom de ouders moesten zwijgen’.
Verdwijning van de elfjarige Marietje Kessels uit Tilburg
Maria Catharina Wilhelmina Kessels, ofwel Marietje, werd in 1889 geboren in Tilburg. Ze kwam uit een welgesteld gezin met vader Mathijs Kessels, directeur van de Koninklijke Nederlandsche Fabriek van Muziekinstrumenten, aan het hoofd. Elf jaar later, op woensdag 22 augustus 1900, gebeurt het meest verschrikkelijke dat een ouder kan overkomen. Marietje vertrekt om een brief te posten en haar pianoleraar te bezoeken, maar komt vervolgens nooit meer thuis. Haar oudere zus gaat op zoek, maar komt met lege handen thuis. Later worden ruim tweehonderd arbeiders uit de fabriek van Mathijs Kessels op pad gestuurd, maar ook deze zoektocht blijkt tevergeefs. Marietje’s moeder schakelt de hulp van pastoor Van Zinnicq Bergmann in, die zijn huishoudster de kerk laat doorzoeken. Marietje is onvindbaar. Is haar iets ergs overkomen? Wat is er gebeurd? En waar bevindt het arme meisje zich? Haar pianoleraar had haar die dag niet gezien en ook de brief blijkt nooit te zijn aangekomen. Dit is genoeg aanleiding voor een grootschalig politieonderzoek, onder leiding van commissaris Caarls.
Moord wordt Tilburgs mysterie
Lang hoeft familie Kessels niet op antwoord te wachten. Wanneer de eigenaresse van café De Zwarte Ruiter verklaart een man in het kerkportaal gezien te hebben die de aandacht van Marietje trok, volgt een doorbraak. Twee dagen na haar verdwijning wordt het dode lichaam gevonden, in het gewelf van de Heilige Hartkerk van de Noordhoek. Het ontzielde lichaam is naakt en bevat sporen van verkrachting. Arme Marietje is gewurgd met haar eigen kousje. Katholiek Tilburg is in shock!
Al snel zijn er drie verdachten: schilder Gasparus Mutsaers, koster Van Isterdaal en pastoor Van Zinnicq Bergmann. Deze laatste blijkt echter onschendbaar. Anno 1900 wordt een pastoor niet ondervraagd in zaken als deze. De pastoor wordt dan ook nooit officieel verdacht. Speculaties volgden: de schilder was de dader. De koster hielp met het opruimen van het lichaam. Een lange tijd van processen en onderzoeken volgt. Echter komt uit het politieonderzoek naar voren dat ze allebei niet schuldig zijn, de mannen hebben geen van beiden geslachtsgemeenschap gehad met Marietje. De zaak wordt als onopgelost beschouwd, er is nooit een dader opgepakt en veroordeeld. De moord wordt een Tilburgs mysterie en familie Kessels wordt gevraagd de zaak te laten rusten.
Graf Marietje Kessels op begraafplaats ‘t Heike
Op dinsdag 28 augustus 1900 vindt de uitvaartdienst plaats, met het voltallig personeel van de muziekinstrumentenfabriek. Langs de route staat een menigte mensen die bidden of een kruis slaan. De dienst wordt begeleid door pastoor Van Zinnicq Bergmann. Marietje wordt begraven op de begraafplaats ‘t Heike aan de Bredaseweg. Haar graf heeft nummer A11/45. Door de Tilburgse bevolking wordt geld ingezameld voor een monument, welke een katholieke signatuur heeft en een kind dat een kruis omarmt toont. Op nog geen tien meter afstand van haar graf worden later ook haar ouders en politiecommissaris Caarls begraven. Ook pastoor Van Zinnicq Bergmann komt uiteindelijk vlakbij Marietje te liggen op de begraafplaats.
Vaticaan brengt verlossende boodschap over moordenaar
Familie Kessels geeft gehoor aan het verzoek en laat de zaak met rust. Voornamelijk omdat de kerk nogal wat druk op de familie uitoefent en Mathijs Kessels vreest dat openlijk tegen de kerk keren weleens het faillissement van zijn fabriek zou kunnen betekenen. Wat, gezien de belangrijke rol van religie destijds, geen onrealistische gedachte was. Enkele jaren later, in 1908, melden twee afgevaardigden van het Vaticaan zich bij familie Kessels. Zij geven toe dat pastoor Van Zinnicq Bergmann zich aan Marietje heeft vergrepen. Namens de paus wordt de familie gevraagd om te zwijgen. Een beschuldiging van een pastoor betekent namelijk dat de hele katholieke kerk terechtstaat. Mathijs Kessels vreest voor de gevolgen van zijn fabriek en de honderden gezinnen die een boycot van de kerk zou treffen. De macht van de kerk zou zover reiken dat het katholieken verboden wordt om muziekinstrumenten van Kessels te kopen. Mathijs Kessels wil voorkomen dat de moordenaar van zijn dochter ook nog eens zijn fabriek, en hiermee het leven van zijn werknemers, kapot zou maken. Zwijgen was de beste optie en familie Kessels stopt het geheim in de doofpot.
Godelieve Kessels publiceert boek ‘De moord op Marietje Kessels – waarom de ouders moesten zwijgen’
In 2011 wordt het stilzwijgen van familie Kessels doorbroken. Godelieve Kessels, de dochter van Marietje’s broer, zoekt de openheid en publiceert het boek ‘De moord op Marietje Kessels – waarom de ouders moesten zwijgen’. Het manuscript lag eind jaren tachtig al klaar, maar toen durfden uitgevers de publicatie niet aan. Het boek is gebaseerd op de gesprekken die Godelieve met haar vader had. Hij beloofde zijn ouders het nooit aan iemand te vertellen, maar moest toch zijn verhaal kwijt. Beetje bij beetje neemt hij Godelieve in vertrouwen en spreekt met haar over de dingen die gebeurd zijn. Vlak voor zijn dood vraagt hij haar het openbaar te maken wanneer de tijd daarvoor rijp zou zijn. De onthullingen over misbruik in de katholieke kerk stimuleerde Godelieve om met het familiegeheim naar buiten te treden. Hoewel de kerk er volgens haar alles aan heeft gedaan om de moord onder het tapijt te vegen, weet ze honderd procent zeker dat pastoor Van Zinnicq Bergmann de dader is geweest. Harde bewijzen zijn hiervoor echter nooit gevonden, noch is de pastoor ooit veroordeeld. Toch weet Godelieve ruim 111 jaar later meer inzicht te geven in het Tilburgse mysterie.