Geschiedenis keramische tegels
Met de term keramiek wordt gebakken aardewerk bedoeld. Meestal bestaat keramiek uit klei die tussen 800 en 1250 graden is gebakken. Het woord keramiek komt van het Griekse keramos wat drinkvat of aardewerkvat betekent. Keramiek kent zeer veel toepassingen. Er worden veel gebruiksvoorwerpen van gemaakt die al dan niet van een glazuurlaag zijn voorzien. Veelvoorkomende voorwerpen van keramiek zijn tegels voor talrijke toepassingen. De geschiedenis van de keramiek begint al duizenden jaren geleden.
Keramische gebruiksvoorwerpen en tegels
Al duizenden jaren worden allerlei gebruiksvoorwerpen uit
keramiek gemaakt en ook tegels die bestaan uit platte schijven die meestal vierkant of rechthoekig van vorm zijn. Maar gebakken klei is poreus en daardoor niet voor alle toepassingen geschikt. Zo kunnen geen vloeistoffen worden bewaard in aardewerk zonder dat de buitenlaag eerst bewerkt is.
Ontdekking glazuur
Daarom is de ontdekking van glazuur van groot belang geweest voor de ontwikkeling van aardewerk. Nadat een laag glazuur is aangebracht en het voorwerp opnieuw in een hete oven is gebakken kan geen vloeistof meer doordringen. Die eigenschap is vooral belangrijk voor tegels omdat die meestal een beschermende functie hebben tegen vocht en vuil.
Eerste toepassing glazuur
Ongeveer 1000-600 jaar voor Christus werd in het Midden-Oosten reeds tinglazuur toegepast. Daardoor kregen de voorwerpen na het bakproces een ondoorzichtige en witglanzende oppervlakte. Vanaf die tijd werden op die witte ondergrond vaak prachtige schilderingen aangebracht. Die kunstvorm breidde zich uit naar Egypte, Noord-Afrika en Spanje.
Grote bloei tegelindustrie in zuiden
Zeer beroemd zijn de betegelde muren van het veertiende eeuwse Alhambra dat zich in het Zuid Spaanse Granada bevindt en wat oorspronkelijk het paleis was van Moorse koningen. De Spaanse tegelindustrie ontwikkelde zich vanaf die tijd totdat de productie van tegels in de vijftiende eeuw tot zeer grote bloei kwam. Vanuit Spanje werd veel aardewerk naar Italië geëxporteerd en ontstond ook daar een belangrijke aardewerkindustrie.
Tegelindustrie naar noorden
In het noorden ontwikkelde zich als eerste in Antwerpen een keramiekindustrie doordat die stad in de zestiende eeuw een belangrijke havenstad werd en daardoor Italiaanse makers van keramiek aantrok. In Antwerpen werden vooral veelkleurige tegels vervaardigd met ornamentele patronen in de kleuren blauw, groen, heldergeel, oranjebruin en paars. Maar aan het eind van de zestiende eeuw kwam de handel in Antwerpen tot stilstand tijdens de 80-jarige oorlog en trokken veel handwerklieden naar elders. Zo vestigden zich pottenbakkers en ook tegelbakkers in de Noordelijke Nederlanden in steden als Middelburg, Rotterdam en Haarlem.
Verder naar noorden
Aanvankelijk hebben de Noord Nederlandse tegels nog veel kenmerken van de Antwerpse maar naast de veelkleurigheid ontstond er in het begin van de zeventiende eeuw steeds meer een eigen karakter. Geliefde onderwerpen op de tegels waren portretten, soldaten, dieren, vruchten en bloemen. Ook werden tegels in een serie van vier tot één patroon bij elkaar gebracht met blauwwitte hoekversieringen. Na plaatsen als Middelburg, Rotterdam en Haarlem ontstonden ook tegelbakkerijen in Bolsward, Delft, Gouda, Enkhuizen, Harlingen, Hoorn, Makkum en Utrecht.
Opkomst blauwe tegels
Vanaf 1620 werden veel tegels gemaakt met een ondoorzichtige ondergrond van tinglazuur waar voorstellingen in het blauw op werden geschilderd. Deze tegels zijn de zogenaamde blauwe tegels. Die blauwe kleur werd gekozen omdat vanaf het begin van de zeventiende eeuw veel blauw Chinees porselein naar Holland werd verscheept en hier verkocht of verder door naar heel Europa verhandeld. Tegelbakkers lieten zich inspireren door het populaire porselein en namen de decors van het Chinese porselein over.
Grote bloei tegelindustrie in noorden
Gaandeweg zorgde een grotere welvaart er voor dat er steeds meer vraag kwam naar tegels die vooral werden toegepast in gangen, traplokalen, keukens en als plinten en in schouwen. De voorstellingen werden uitgebreid met dagelijkse taferelen, landschappen en Bijbelse gebeurtenissen. Zeer veel tegels werden op bestelling gemaakt door tegelbakkers uit Amsterdam, Delft, Harlingen, Makkum en Rotterdam voor kerken, kloosters en paleizen over de hele wereld.
Terugval productie en herstel
Maar door de slechter wordende economische toestand van de negentiende eeuw ging de productie van tegels sterk achteruit. Rond 1900 was er nog een opleving door de toepassing van tegels in de Jugendstil boven ramen, in portieken en in bogen. Tegenwoordig worden er weer zeer veel tegels toegepast in woningen, ziekenhuizen en allerlei werkruimten waarbij de decoratieve functie vaak minder belangrijk is dan de hygiënische. Een speciaal soort tegel met een eigen functie is de
spreukentegel waarbij een door de klant zelf te bepalen spreuk op de tegel wordt gezet.
Tegels in musea
Nederland kent een aantal tegelverzamelingen in diverse musea. De belangrijkste zijn:
- Alkmaar - De Nieuwe Doelen
- Amsterdam - Rijksmuseum
- Amsterdam - Museum Willet-Holthuysen
- Delft - Huis Lambert van Meerten
- Enkhuizen - Het Zuiderzeemuseum
- Gouda - MuseumgoudA
- ’s Gravenhagen - Gemeentemuseum
- Harlingen - Het Hannema Huis
- Hoorn - Westfries Museum
- Leeuwarden - Fries Museum
- Leeuwarden - Het Princessehof
- Leiden - De Lakenhal
- Otterlo - Nederlands Tegelmuseum
- Rotterdam - Museum Boymans van Beuningen
- Rotterdam - De Dubbele Palmboom
Lees verder