Hoe verwerk je flashbacks en flash forwards in een verhaal?
Flash forwards en flashbacks worden technisch gezien prolepsis en analepsis genoemd. Een bekend voorbeeld van de eerste is in het verhaal van A Christmas Carol waarin Ebeneezer Scrooge met de geest naar de toekomst gaat en getuige is van zijn eigen begrafenis. Over het algemeen is het zo dat een flash forward of flashback alleen gebeurt in gedachten van de persoon. Een flash forward gaat vaak over zich iets voorstellen dat nog niet is gebeurd terwijl een flashback gewoonlijk een herinnering is, hoewel de herinnering vervormd kan zijn. Maar waarom gebruik je het in een verhaal, hoe wordt het gebruikt en wat is de beste manier om het in een verhaal te verwerken?
Waarom gebruik je het?
Flash forwards en flashbacks hebben verschillende manieren van gebruik. De flashback kan gebruikt worden om noodzakelijke informatie over een karakter te geven, om spanning op te bouwen, om diepte of betekenis te geven aan iets dat in het heden gebeurt en meer. De flash forward kan ons informatie geven over de wensen of angsten van het karakter voor de toekomst; het kan gebruikt worden om een scene meer schrijnend te maken. Bijvoorbeeld; een karakter gelooft dat ze stervende is en ziet een toekomst in gedachten waarin haar kinderen opgroeien zonder haar.
De belangrijkste regel over flashbacks en flash forwards is dat ze alleen gebruikt mogen worden als er een goede reden is. Als schrijver moet je een duidelijk idee hebben over waarom je deze techniek gebruikt. Het kan saai zijn voor de lezer als er geen reden voor het gebruik lijkt te zijn. Het kan echter ook een krachtige manier zijn om belangrijke informatie te geven aan de lezer. Flashbacks zijn soms nodig omdat het vertellen van een verhaal in chronologische volgorde niet altijd de beste keuze is. Ze zijn gelijk aan gebeurtenissen in het heden van het verhaal; je kan gebeurtenissen laten zien en voelen in plaats van alleen te vertellen over de gebeurtenis. De setting van een flash forward kan effectiever emotionele lading geven aan een gebeurtenis dan twee zinnen die simpel vertellen dat de stervende aan haar kinderen dacht, hoe ze moesten opgroeien zonder haar en zich verdrietig voelde.
Hoe gebruik je het?
Je moet de flashbacks en flash forwards duidelijk aangeven in het verhaal om je lezers niet te verwarren. Er zijn verschillende manieren om dit te doen. Of het nu een flashback of een flash forward is, iets moet het triggeren. Het kan zoiets zijn als een geur of een andere herinnering van de zintuigen, een object of een liedje. Neem de lezer mee en maak duidelijk dat het karakter zich iets aan het herinneren is of vooruitkijkt naar iets.
Grammatica in flashbacks
De grammatica in flashbacks kan lastig zijn. Het is het beste om eerst te veranderen naar de voltooid verleden tijd. Voltooid verleden tijd is een tijd die ons laat zien dat de gebeurtenis eerder plaatsvond dan de andere gebeurtenis uit het verleden die wordt beschreven. Bijvoorbeeld:
Magaret rende happend naar adem langs de weg. De bloemen stonden in bloei, net als tien jaar geleden. Toen was ze niet ouder geweest dan acht jaar en ze was nog nooit in haar leven zo bang geweest.
De eerste zin is in verleden tijd. Het eerste gedeelte van de tweede zin is ook in de verleden tijd; beide zinnen spelen zich af gedurende de huidige gebeurtenis van de scene. De 'was' toegevoegd aan de werkwoorden die volgen, in dit geval 'geweest', duiden aan dat de rest van de passage eerder plaatsvond.
Voltooid verleden tijd maakt dit hier duidelijk, maar als de flashback erg lang is kan het ook verwarrend worden. Je kan een flashback starten in voltooid verleden tijd en naar de verleden tijd schakelen als je eenmaal duidelijk hebt gemaakt dat het nog steeds de flashback is.
Grammatica in flash forwards
Flash forwards kunnen worden geschreven in verschillende grammaticale tijden, het is maar net in wat voor stijl je wil schrijven. Bijvoorbeeld:
- Toekomstige tijd: We zullen samen dansen en verliefd worden.
- Tegenwoordige tijd: We dansen samen en worden verliefd.
- Toekomstige niet-echte voorwaardelijke tijd: We zouden samen dansen en verliefd worden.
Waar je de flashback of flash forward in het boek plaatst is ook belangrijk. Over het algemeen moeten ze na een sterke scène komen. Er zijn een paar redenen hiervoor. Een sterke scène houdt de lezer vast zodat de passage die daarna komt meer betekenis heeft. De goede voorgaande scène betekent ook dat de lezer waarschijnlijk meer bereid is om een rustigere scène te lezen die de vaart er iets uit haalt.
Dit is een belangrijk punt om te onthouden. Je haalt de lezer even weg uit de hoofdactie van het verhaal, het moet het waard zijn om te lezen. Je kan erover denken om cruciale informatie toe te voegen in de flashback of flash forward die de voorgaande passage uitlicht. Dit zorgt ervoor dat de lezer het gevoel heeft dat het het waard was om het hoofdverhaal even te onderbreken en het geeft de lezer vertrouwen voor als je het later in het verhaal weer moet doen.
Wees voorzichtig met het gebruik van deze technieken
Terwijl het voor allebei de technieken zo is dat ze spaarzaam gebruikt zouden moeten worden moet je vooral heel voorzichtig zijn met het aantal keren dat je de flash forward gebruikt. In sommige gevallen kunnen de flashbacks grote gedeelten van het verhaal beslaan. Dat is echter zeldzaam het geval bij flash forwards, deze kunnen emotionele lading versterken of ongebruikelijke doelen dienen zoals in het verhaal van Scrooge, maar over het algemeen zal de lezer ze minder interessant vinden omdat ze gaan over gebeurtenissen die nooit gebeurd zijn en misschien nooit zullen gebeuren.