In de naam van... Wilgenroosje
Kruidengeneeskunde is zeer oud, maar toch ook heel hedendaags. Bekijk nu eens die Wilgenroosjes en Basterdwederikken, twintig jaar terug leiden zij een ordinair leven als akker- en bosonkruid, nu zijn het waardevolle medicinale planten geworden. Dus mag ik weer wat feiten en fictie bij mekaar rapen over deze Wilgenroosjes, Basterdwederikken en andere Epilobiums.
In de naam van... Wilgenroosje
Wilg en roosje, komt natuurlijk omdat het smalle blad op het wilgenblad lijkt en roosje, omwille van de roze bloemkleur, maar mogelijk ook omdat men vroeger veel planten met een rode kleur roos noemde, zoals Klaproos bijvoorbeeld. Niet zo’n spannende verklaringen, dan lijkt Basterdwederik wel meer tot de verbeelding te spreken. We moeten dan alweer naar Dodonaeus om deze naam te begrijpen.
Dit cruydt houdt men ook voor een soorte van Wederick oft Lysimachium... Het is nochtans geen oprechte Wederick, maar een bastaert oft onrechte soorte. Hij geeft ook een verklaring voor de toen oude naam Chamaenerion, wat nu weer de nieuwe, wat ingekorte naam is Chamerion angustifolium.
Om de gelijkenisse die het enigzins schijnt te hebben met Oleander die Nerion pleegt te heten. Ik hoop dat je het begrijpt!
Het wilgenroosje behoort tot de Teunisbloemfamilie, maar werd vroeger tot het geslacht basterdwederik (Epilobium) gerekend. Van dit plantengeslacht zijn ca. 200 soorten over bijna de gehele wereld verspreid; in Nederland en België komen een tiental soorten voor en bovendien veel bastaarden. Waar men twee soorten bijeen vindt, zal men vaak ook de bastaard
aantreffen. Het meest algemeen zijn het Harig wilgenroosje (Epilobium hirsutum), Wilgeroosje Epilobium angustifolium, nu dus Chamerion angustifolium, kleinbloemige basterdwederik (Epilobium parviflorum) en moerasbasterdwederik (Epilobium palustre).
Antoniuskruid en Dondertoren
Een bijzondere volksnaam, die ook voor andere planten gebruikt werd, is Antoniuskruid, ook in andere landen vinden we Epilobe de St Antoine, Antonikraut. En zelfs in oudere kruidenboeken bvb bij Bauhinus (1651) vinden we een Antonii herba. Waarschijnlijk is hier ook weer een verwarring ontstaan met Teunisbloem, beide geslachten horen bij de familie van de Onagracaea (Teunisbloemachtigen).. Al is de verleiding groot om de naam te verbinden met de grote natuurheilige St Antonius.
Een andere betekenisvolle naam is Dondertoren, omdat de plant gebruikt werd om donder en bliksem af te weren, maar nog interessanter voor een herborist, omdat de plant verwerkt werd in de zogenaamde kruidwissen. Een bundel van kruiden die geplukt werd en opgehangen om het huis tegen bliksem maar ook tegen duivelse krachten te beschermen. Nog andere volksnamen voor het wilgenroosje zijn volgens Vandebussche slangebloem en vuurkruid (massaal groeiend na bosbrand, of na het kappen van bomen), sluimwederik, hardijzers, witbeen (gebleekte scheuten werden als groente gegeten) en wilde salie.
Maria Treben en wilgeroosje
De vele soorten Wilgenroosjes en de verandering van de naam heeft nogal eens verwarring veroorzaakt, vooral ook bij het medicinaal gebruik, en dat kan zelfs gevaarlijk zijn. Toen het fameuze boek van Maria Treben in het Nederlands vertaald werd, is de Duitse benaming Weidenröschen letterlijk als Wilgenroosje vertaald, terwijl Treben de Basterdwederik bedoelde. Omdat die plant toen bij ons nog niet verkrijgbaar was als gedroogd kruid, wilden de mensen deze plant in de natuur plukken. Alleen waarschuwde Treben dat alleen de ‘kleinbloemige wilgenroosjes’ mochten gebruikt worden. Met als gevolg grote verwarring. Met een verkeerde naam, gebrek aan kennis, en misplaatste hoop op genezing van prostaatkanker kwamen de mensen bij mij aan de deur om hen te helpen. Juiste informatie was dan wel nodig. Hoe plezierig ook het spelen met plantennamen is, soms is het ook wel een zeer serieuze zaak.
Andere namen
Engelse benamingen: Willowherb, Fireweed, California-fuchsia, Codlins and cream, Spike-primrose, Hummingbird Flower, and Hummingbird Trumpet.
Bij BONNIER vindt men voor Epilobium angustifolium o.m. als volksnamen:
- Frans: Laurier de Saint-Antoine, Osier de Saint Antoine, Antoinette,
- Duits Antoni-Kraut, Nederlands S.-Antoniuslelie, Italiaans Erba di S. Antonio, Antoniana.
- Duits voor Epilobium angustifolium : Schmalblättriges Weidenröschen, Staudenfeuerkraut, Wald-Weidenröschen, Waldweidenröschen