Ruïnestad Zimbabwe ooit slavencentrum?
Het grootste stenen monument in Afrika (ten zuiden van de Sahara) heeft historici en archeologen al eeuwenlang voor een raadsel gesteld. Dit monument wordt wel in verband gebracht met koning Salomo en de koningin van Sheba. Maar tot nog toe heeft de citadel Zimbabwe haar geheim niet prijsgegeven.Geschiedenis
Lang voor dat - in de 11de eeuw voor Christus - Arabische handelaren Afrika bezochten, waren er al bloeiende beschavingen. Daarvan getuigen honderden stenen ruïnes die ontdekt zijn tussen de rivieren de Zambezi en de Limpopo. Het meest indrukwekkende daarvan is echter de ruïne van de stad Zimbabwe. De naam van de moderne staat Zimbabwe in Afrika is ontleend aan de naam van dit momument. Voorheen heette Zimbabwe Zuid-Rodesië.Eerste Europeanen
PortugezenPortugese handelaren die in de 16de eeuw op zoek waren naar goud, waren de eerste Europeanen die iets over de ruïnestad vernamen. Een Portugees historicus (João de Barros) heeft in 1552 een boek gepubliceerd waarin hij rijke goudvelden beschreef en grote gestapelde gebouwen die de plaatselijke bevolking 'simbaoe' noemde. Ongeveer 50 jaar later vermeldde een Portugese missionaris (João dos Santos) over deze bouwwerken, die sommige Afrikanen als de resten van goudmijnen van de koningin van Sheba of van koning Salomo beschouwden. João zag er de goudmijnen van Ophir in, waar volgens de bijbel het goud van koning Salomo vandaan kwam. Geen enkele Portugees had Zimbabwe zelf gezien. De verhalen waren afkomstig van Afrikaanse handelaren. Niettemin dachten de Portugezen dat het om het bijbelse land Ophir ging en andere Europeanen hielden deze legende in hun geschriften levend.
Nederlanders
De Nederlanders die zich reeds medio 17de eeuw in Zuid-Afrika hadden gevestigd, poogden de stenen ruïnes van Ophir te vinden. Ze slaagden daar echter niet in.
Duitsers
De Duitse geoloog Karl Mauch bezocht in 1867 de citadel Zimbabwe en concludeerde dat het om de resten ging van het paleis van koningin van Sheba.
Britten
David Randall-MacIver, een Britse archeoloog verwierp die veronderstelling en begon in 1905 met de opgraving van het omheinde terrein en de heuvelvesting. David stelde vast dat de bouw van het complex geduurd had van de 11de tot de 15de eeuw. Door later archeologisch onderzoek werd deze bevinding van David bevestigd, al ontdekte men dat het terrein zelf al in de 3de eeuw moet hebben bestaan.
Herkomst van de naam
'Zimbabwe' is een verengelst woord van het Afrikaanse 'simbaoe' en betekent 'stenen huizen'. De resten van steen (een ongewoon bouwmateriaal in Afrika) liggen verspreid over een gebied van 24 ha aan het begin van een dal.Omheind terrein
Het meest in het oog springend is een omheid terrein omgeven door een 250 m lange elliptische muur met drie smalle openingen erin. Door middel van stenen muren, gangen en kamers is het binnengedeelte verder onderverdeeld en bevat het een zeer interessante kegelvormige toren bij de buitenmuur.
De binnenmuur
Evenwijdig aan de buitenmuur van de omheining loopt een tweede muur, waardoor een smalle gang ontstaat. Deze binnenmuur is een restant van een oudere, kleinere muur. De binnenmuur was slechter gebouwd.
De buitenmuur
De buitenmuur bestaat uit neergelegde stukken graniet en is zonder metselverband. Het is een prachtig voorbeeld van stapelbouw van 9 m hoog en onderaan 17 m in omtrek. Het oostelijk deel van deze muur met zijn hoogte van 10,7 m en dikte van 5 m is het imposantst.
De kegelvormige toren
De kegelvormige toren blijft een raadsel. De vorm doet denken aan de graanschuren die de boeren van de plaatselijke Shona-stam bouwen, maar omdat het monument helemaal massief is, begrijpen de archeologen niet waar hij voor gediend heeft. Er zijn diverse theorieën geopperd omtrent het doel. Het zou een vruchtbaarheidssymbool kunnen zijn (vanwege de fallusvorm), een wachttoren of een religieus symbool.