Rituelen in het Oude Egypte

Rituelen in het Oude Egypte Rituelen namen in het oude Egypte een belangrijke plaats in. Ze waren nauw verbonden met de wereldbeschouwing van de Egyptenaren, die het universum als dualistisch zagen. Er heerste een permanent spanningsveld tussen kosmische tegenstellingen, zoals goed en slecht, licht en donker, dorheid en vruchtbaarheid, en bovenal tussen harmonieuze orde en chaos. Het universum zelf maakte deel uit van een kringloop van herhaalde patronen: het dagelijks opkomen en ondergaan van de zon, het wisselen van de seizoenen, het jaarlijks overstromen en weer zakken van de Nijl. Als de harmonie verloren ging, dan volgde de chaos: wanneer de overstroming van de Nijl uitbleef, leed het land hongersnood. De Egyptenaar vond het niet meer dan logisch dat de mensen zich met rituelen probeerden te verzekeren van het behoud van de kosmische orde en de welwillendheid van de goden en godinnen die het universum beheersten.

De farao was het grote middelpunt van de rituelen en in theorie was hij degene die alle heilige rituelen in de tempels uitvoerde. In de praktijk droegen zijn religieuze plaatsvervangers, de priesters, voor de dagelijkse diensten, terwijl de farao in reliëfs en muurschilderingen als de officiant wordt afgebeeld. Zelfs de grafoffers voor de ziel van een dode werden in de naam van de farao gebracht, ongeacht wie de offers in werkelijkheid aanbood. Vanaf het Middenrijk wordt de rol van de farao duidelijk uitgedrukt door zijn titel van ‘Heer van daden’.

Het allerbelangrijkste ritueel in het oude Egypte was de ‘Aanbieding van Maät’, een godin die de verpersoonlijking was van het concept ‘Maät’ (waarheid en kosmische orde). In de taferelen van dit ritueel van de regering van Thoetmosis III tot in de Romeinse Periode biedt de gever, bijna altijd de farao, een veer of een beeldje van de godin aan. Dit gebaar is een uitdrukking van de belofte van de farao aan de goden om de door hen ingestelde kosmische orde te handhaven.

Functie rituelen

De Egyptische rituelen waren primair gericht op het onderhoud van het beeld van de godheid door het voedsel en verzorging te geven. De idee dat het aanbidden van een god hem gunstig zou stemmen ziet men terug in het feit dat het Egyptische woord ‘hetep’ zowel ‘offergave’ als ‘in goede verstandhouding zijn’ betekent. Vanwege het herhalende karakter vormt elk ritueel steeds een echo van voorgaande rituelen. Het ritueel gaf vorm aan het verleden, dat de Egyptenaren met grote eerbied beschouwden. Bij de schepping zou de toestand van de wereld volmaakt geweest zijn; veranderingen werden niet als een vooruitgang gezien, maar als een ongewenste afwijking. Als de wederopvoering van gebeurtenissen, daden en uitspraken droegen de rituelen bij aan het behoud van een ideaal universum.

Het dagelijkse offer

Het dagelijkse tempelritueel was het meest voorkomende ritueel dat in de oude Egyptische religie werd uitgevoerd. Het vond driemaal per dag in elke tempel plaats: bij zonsopkomst, midden op de dag, en 's avonds. Dit ritueel werd van essentieel belang geacht voor de verzorging van de god, wiens afbeelding in de vorm van een cultusbeeld in het tempelheiligdom werd bewaard. Hoewel men niet geloofde dat het beeld ook werkelijk de godheid was, dacht men wel dat zijn geest in het beeld huisde. De rituelen die de priesters in het heiligdom uitvoerden, waren niet alleen bedoeld om de god of godin te eren, maar ook om het cultusbeeld te zuiveren zodat het voor de goddelijke geest aantrekkelijk was om er te verblijven.

De farao wordt altijd als officiant afgebeeld, maar uit begeleidende teksten blijkt dat de hogepriester die het ritueel in diens naam uitvoerde, aan de god meedeelde: ‘ik ben gezonden door de farao.” Na een aantal zuiveringsrituelen, waaronder het zich wassen met water en natron, verbrak de officiant de zegels van de deur van het heiligdom en betrad de heilige plek. Er werden gebeden uitgesproken en er werd wierook geofferd aan de ‘uraei’, de beschermende maar ook onheilspellende beelden van zich verheffende cobra’s die het heiligdom sierden.

Daarna stak de priester een fakkel aan die diende om de godheid uit zijn of haar slaap te wekken en die ook de opkomst van de zon symboliseerde, en zo dus de hernieuwing van de kosmos. Na het uitspreken van nog meer gebeden werd de lucht gezuiverd met wierook. De priester nam het cultusbeeld uit het heiligdom en plaatste het op een hoop schoon zand die het symbool was van de oerheuvel die aan het begin van alle leven stond. Hij ontdeed het beeld van zijn kleding en verwijderde restanten oliën van het vorige ritueel. Na nogmaals een zuivering met wierook werd het godsbeeld met schone kledij getooid en gezalfd met parfums en cosmetica. Tot slot werd het versierd met weefsels van witte, groene en rode stof, halskettingen, kronen en scepters.

Vervolgens sprak de priester een aanroeping uit tot de geest van de god om in het beeld te treden en deel te hebben aan het voedsel dat ervoor was klaargelegd: ‘kom in uw lichaam! Kom naar de majesteit, uw dienaar die zijn taak in uw feesten niet vergeet! Breng uw macht, uw magie en uw eer tot dit brood dat warm is, tot dit bier dat warm is, tot dit vlees dat warm is!’
Na de symbolische maaltijd werd het beeld opnieuw gereinigd met wierook, oliën en vloeistoffen en in fijn wit linnen gewikkeld. Er werd schoon zand over de vloer van het heiligdom uitgestrooid (het is niet bekend wie dit deed). De priester verliet achteruitlopend en al buigend het vertrek, terwijl hij met een rietbezem zijn voetsporen uitveegde. Tenslotte werden de deuren van het heiligdom weer gesloten en verzegeld, zodat de godheid tot de volgende dag van zijn rust kon genieten.

Maät

Van de vele offers die de farao aan de goden brengt, is de meest abstracte maar desondanks de belangrijkste ‘het aanbieden van Maät’, waarbij de farao een klein beeldje van deze godin offerde als symbool van zijn handhaving van de orde die door de goden was gevestigd. Als godheid stond Maät voor waarheid, orde, evenwicht, correctheid, rechtvaardigheid, kosmische harmonie en andere kwaliteiten die de verantwoordelijkheid van de rol van farao belichaamden. Door het aanbieden van Maät erkende de farao dus niet alleen zijn verantwoordelijkheid op dat gebied, maar onderhield hij ook daadwerkelijk Maät door de kracht van het ritueel zelf. Het aanbieden van Maät door de farao kan in feite worden beschouwd als het ultieme offer, waarin alle andere offers opgingen.

Speciale rituelen

De rituelen die werden uitgevoerd bij de geboorte van een kind zijn slechts uit enkele bronnen bekend. Volgens een tekst uit het Middenrijk hield de koningin zich aan een ‘reiniging van 14 dagen’. In de tekst wordt ook gesuggereerd dat de zwangere moeder vóór de geboorte haar kleren losser of binnenstebuiten draagt, zoals in bepaalde grafrituelen; dit is mogelijk een zinspeling op de cyclus van geboorte, dood en wedergeboorte.

Er is geen bewijs dat er rituelen plaatsvonden rondom het pasgeboren kind. Wel zijn de rituelen die de baring moesten vergemakkelijken en besmetting van de moeder moesten voorkomen bekend. Evenmin schijnen bepaalde hoogtepunten in het leven zoals de besnijdenis van jongens, klaarblijkelijk vlak voor de puberteit, of het huwelijk, gebonden te zijn geweest aan zekere rituelen.

Rituele gebarentaal

De voorstellingen van rituelen in de Egyptische kunst geven vaak gebaren en houdingen te zien die belangrijke symbolische informatie verschaffen. Iemand die knielt voor een persoon of god, is lager in rang of status; buigen is een uitdrukking van eerbetoon en respect; een houding met de armen gestrekt naar voren, en de handpalmen naar buiten gekeerd, betekent aanbidding; een omarming door een god betekent bescherming.

Andere gebaren zijn voor de huidige toeschouwer moeilijker te vatten. Een hand die tegen een wang gehouden wordt, duidt bijvoorbeeld een zanger aan; vuil over het hoofd werpen wijst op verdriet; een uitgestrekte arm met de handpalm naar boven is een groet; de ene hand ineengevouwen tegen de borst gekeerd en de andere opgeheven met de handpalm naar buiten gekeerd, is een teken van verering. Soms is van gebaren ook niet meteen duidelijk dat ze een rituele betekenis hebben. Het tafereel van een man en een vrouw die aan een lotusbloem ruiken, zinspeelt bijvoorbeeld op het verjongingsproces in de Egyptische grafrituelen; de lotus, waarvan de bloembladen in het warme ochtendlicht opengaan, zich sluiten tegen de avonden de volgende ochtend weer opnieuw opengaan, wordt in verband gebracht met de cyclus van geboorte, dood en wedergeboorte.

Een aantal gebaren zijn alledaagse rituelen, zoals in de bootscènes uit het Oude Rijk, waar de mannen met wijsvinger en duim naar een krokodil wijzen. Dit gebaar was bedoeld als afschrikmiddel tegen de krokodillen, die veel voorkwamen in de Nijl. Een dergelijk gebaar is ook te zien in tempelreliëfs, waar de koning met wijsvinger en pink naar een godheid wijst. Deze daad zou tegenwoordig opgevat kunnen worden als een gebrek aan respect, of zelfs als iets vulgairs, maar hiermee wordt alleen maar aangegeven dat de koning een geurende olie op het godsbeeld strijkt.

Het branden van wierook was een belangrijk ritueel, en dus ook vaak afgebeeld. Wierook gold als bovenaardse godengeur, die de demonische krachten kon verdrijven. Op die manier kon men zeker weten dat bijvoorbeeld bij het stellen van vragen aan een orakel de antwoorden ook werkelijk van de goden kwamen.
© 2008 - 2024 Melod, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen
Kunst in het Oude EgypteDe cultuur van het Oude Egypte is doordronken met verschillende kunstzinnige hoogstandjes. De tempels werden rijkelijk v…
Achnaton en de verering van de AtenDe Egyptenaren kenden een geloof met veel goden (polytheïsme). Elke stad had zijn eigen beschermgod. In de tempels gewij…
British Museum: Beeld Ramses IIRamses II (ook wel Ramses de Grote genoemd), was een Egyptische farao. De titel van dit beeld wat hij van zichzelf liet…

De tempel van KhonsuDe tempel van KhonsuKhonsu was een God in het Oude Egypte. Hij was de zoon van Amon en Moet, samen met hen vormde hij de Thebaanse Triade. K…
Chinese terracottaleger voor bange keizerChinese terracottaleger voor bange keizerQin Shi Huangdi, de eerste keizer van China (221 - 210 v.C.), was net als zijn onderdanen zeer bijgelovig. Maar de angst…
Melod (654 artikelen)
Laatste update: 09-08-2011
Rubriek: Kunst en Cultuur
Subrubriek: Geschiedenis
Per 2021 gaat InfoNu verder als archief. Het grote aanbod van artikelen blijft beschikbaar maar er worden geen nieuwe artikelen meer gepubliceerd en nog maar beperkt geactualiseerd, daardoor kunnen artikelen op bepaalde punten verouderd zijn. Reacties plaatsen bij artikelen is niet meer mogelijk.