WO I: de do(o)dendraad tussen België en Nederland

WO I: de do(o)dendraad tussen België en Nederland De "doodendraad" (dodendraad) was een door de Duitsers geïnstalleerde elektrische afscheiding tussen Nederland en België tijdens Wereldoorlog I. De draad, waarop 2000 volt stond, moest mensen afschrikken om van het bezette België naar het neutrale Nederland te gaan. Families werden door de draad gescheiden en velen van diegenen die er toch probeerden over te raken, verloren er het leven door elektrocutie. Om door de doodendraad te kruipen werd vaak een houten, inklapbaar kader gebruikt.

De dodendraad (doodendraad)

Elektrische scheiding tussen België en Nederland

April 1915. Het Duitse leger had België bezet. Om te vermijden dat mensen uit het bezette België zouden overlopen naar het neutrale Nederland, werd een elektrische grensafscheiding geplaatst van 2000 volt. Deze afsluiting werd niet in een keer opgetrokken. Eerst werd het juiste traject bepaald, werden gebouwen gesloopt en werden bepaalde gebieden ontbost. De eerste stukken kwamen er op strategische en gevoelige plaatsen, later werden de andere stukken aangebracht. Duitse geniesoldaten en vrijwillige Belgische werklieden klaarden de klus. Tijdens het werk namen heel wat Belgische vrijwilligers de benen en vluchtten naar het neutrale Nederland. Eind juli 1915 werden de bestaande stukken onder stroom gezet. De Belgische bevolking werd hierover geïnformeerd door gouverneur-generaal Moritz von Bissing, die de werken mee had geleid.

Ontsnappen werd quasi onmogelijk

Midden 1916 was de draad pas volledig. Wie tijdens een ontsnapping de draad raakte, verloor het leven door elektrocutie. Al gauw kreeg deze hermetische afsluiting daarom de bijnaam "doodendraad". Verder sprak men ook nog over "den elektrieken draad", "den vervloekten draad", het dodenhek of kortweg de draad. In het Duits heette de versperring officieel "Grenzhochspannungshindernis". Door de dodendraad hadden de Duitsers minder werk met het bewaken van de grenzen en konden ze worden ingezet als kanonnenvlees. De doodendraad was de grens tussen oorlog en vrede, tussen armoede en welvaart, tussen vrijheid en gevangenschap en zelfs tussen leven en dood.

Na de oorlog

Bij het einde van de eerste wereldoorlog werd de versperring sneller afgebroken dan ze ooit was opgebouwd, door onder andere de boeren. Ze gebruikten de materialen om nieuwe omheiningen rond hun akkers te maken. Wanneer het de gemeente was die de draad afbrak, werden de materialen verkocht.

Hoe zag de doodendraad er uit?

De doodendraad bestond uit dennenhouten palen (die België had moeten aanleveren) met hierop vijf à zes porseleinen isolatoren. Op de isolatoren werden koperen of verzinkte stroomdraden bevestigd, zo'n 30 centimeter uit elkaar. Daarboven kwam de Speiseleitung, twee draden die dienden voor de stroomvoorziening. De elektriciteit werd opgewekt door verschillende kleine bedrijven langs de grens. Langs het traject stonden ook transformatiehuizen en elke twee kilometer was er een schakelhuis. Hier kon de elektriciteit worden op-en afgezet en kon worden beslist op welke draden er juist elektriciteit moest worden gezet. De totale hoogte van de doodendraad bedroeg tussen anderhalve en drie meter. Aan beide kanten van de hoogspanningsdraad werd een stroomvrije prikkeldraad aangebracht, die mens en dier moest beschermen en de ontsnappingspogingen moesten bemoeilijken. In 1915 kenden vele mensen nog geen elektriciteit en de twee buitenste draden moesten verhinderen dat ze per ongeluk tot bij de hoogspanningslijn zouden geraken. Op de versperring hingen op bepaalde plaatsen witte borden met waarschuwingen in drie talen. Hierop kon je lezen: danger de mort - doodsgevaar - hochspannung en lebensgefahr. Leerkrachten en priesters deden hun best om volwassenen en kinderen te informeren over de gevaren van de doodendraad. Ook in de kranten werden er regelmatig artikelen gewijd aan de doodendraad en werd er op het gevaar gewezen. Aan Belgische zijde lag naast de prikkeldraad ook nog eens een pad voor de patrouilles. Wanneer er werd geschoten, moest dit zijdelings gebeuren. De kogels mochten niet in het neutrale Nederland terechtkomen.

Waar liep de dodendraad juist?


De dodendraad liep grofweg van Knokke in België tot aan de voorsteden van Aken in Duitsland. Hij was zo'n 300 kilometer lang. De hoogspanningsdraad lag op Belgisch grondgebied en volgde niet altijd perfect de grens. Gevolg hiervan was dat grote stukken Belgische grond achter de dodendraad kwamen te liggen. Zo had je bijvoorbeeld de drie bulten ten noorden van Antwerpen, boven Brecht en Turnhout. Deze bulten lagen achter de dodendraad. Zulke gebieden waren echter geen niemandsland. De Duitsers eisten de woningen in deze gebieden op en gingen er zelf wonen.

Gevolgen voor mens en dier

Familiebezoek

De toegang tot Nederland was volledig afgesloten. Families werden gescheiden en moesten toestemming vragen aan de Duitse bezetter om naar de andere kant te mogen. Dit werd wel of niet toegestaan, afhankelijk van de goodwill van de betrokken ambtenaar. Ook de verblijfsduur werd bepaald en moest strikt worden nageleefd, anders werd er wraak genomen op achtergebleven familieleden. Naarmate de oorlog vorderde, werd het steeds moeilijker om aan een passierschein (doorgangsbewijs) te geraken. Mannen tussen 15 en 55 jaar mochten sowieso niet meer naar Nederland.

Kinderen

Kinderen konden vaak niet meer naar hun vertrouwde school aan de andere kant van de versperring en bleven dan maar thuis. Dit kwam hun schooleducatie natuurlijk niet ten goede.

Aangezien kinderen kleiner zijn dan een volwassene en ze zich vaak niet bewust waren van het gevaar van de doodendraad , gebeurde het wel eens dat een kind per ongeluk in de doodendraad terecht kwam.

Landbouw

Bij het optrekken van de doodendraad werd helemaal geen rekening gehouden met percelen. Zo kwam het dat landbouwers akkers hadden die door de doodendraad in twee werden gedeeld. Ze konden dan wel naar het andere deel door kilometers ver om te gaan. Ook hiervoor hadden ze toestemming nodig van de Duitse bezetter en die kregen ze niet altijd.

Economie

De economie viel stil. Niet alleen konden werkkrachten de grens niet meer over, ook de goederen geraakten het land niet meer in of uit. Gebouwen werden afgebroken waar de dodendraad moest komen en percelen werden in twee gedeeld.

Dieren

Vele kleine dieren en vogels werden het slachtoffer van de draad. Geregeld moest de stroom worden afgezet omdat er kadavers opgeruimd moesten worden.

Hoeveel mensen stierven er precies door de doodendraad?

Het juiste aantal slachtoffers van de doodendraad is niet gekend. Wel kan men stellen dat 50% van de doden Belgen waren, 25% Duitsers, 10% Nederlanders, 10% Russische krijgsgevangenen, 4% Fransen en 1% een andere nationaliteit hadden.

75% van de slachtoffers kwamen om door elektrocutie, 20% door vuurgevechten en 5% door een onbekende doodsoorzaak.

Smokkelen

Het spreekt vanzelf dat niet iedereen zich liet afschrikken door de doodendraad. Rond de grensstreek waren er al gauw heel wat smokkelaars actief. Kranten, brieven, berichten voor het verzet, voeding, kleren en zaaigoed vonden hun weg naar de andere kant door de dodendraad. Ook mensensmokkelaars deden gouden zaken. Geschat wordt dat zo'n 25.000 mensen door de draad vluchtten. Om door de doodendraad te geraken werd een passeursgat gebruikt, een houten constructie waar een mens door kon kruipen en die tussen de draden werd geschoven. Het handige van het passeursgat was, dat je de constructie kon opvouwen en onder je kleding kon verbergen. Erg groot was het passeursgat niet, hooguit zo'n 60 op 40 centimeter. Gelukkig waren de mensen 100 jaar geleden kleiner en had de oorlog hen uitgehongerd en sterk vermagerd. Toch moest er erg opgelet worden. Je kon nog altijd de draad raken met een hoed, vrouwen met hun dotje of kapje en kinderen vergaten soms dat ze de draad niet mochten aanraken. Het passeursgat werd ook gebruikt voor het doorgeven van post, kranten en levensmiddelen. Later werd rubber uitgevonden. Dit was handig. Het volstond vanaf dan om rubberen laarzen en rubberen handschoenen aan te trekken. Met een tang konden vervolgens de draden worden doorgeknipt. Toch bleef het ook dan nog oppassen geblazen, want er waren nog altijd bewakers. Zij aarzelden niet om te schieten bij elke verdachte beweging. Hoe het er aan de Doodendraad precies aan toe ging, kan je zien in onder andere de televisiereeks "In Vlaamse Velden".

De dodendraad nu

Van de oorspronkelijke Doodendraad blijft niets over, hij werd helemaal gesloopt. Op sommige plaatsen werden later reconstructies gemaakt. Zo zijn er reconstructies te bezichtigen in Hamont, in Zondereigen, in Molenbeersel en bij het Karrenmuseum in Essen. Aan het fort van Stabroek staat een heel klein stukje doodendraad, maar zelfs zo'n klein stukje geeft een prima idee van hoe het er moet uitgezien hebben. Op verschillende plaatsen zijn er langs de Doodendraad wandelingen en fietstochten uitgestippeld. Ook de amateurs van geocaching werden verwend, want langs de draad liggen heel wat caches verstopt. Voor info over beginpunten en trajecten kan je terecht op www.dodendraad.org

Krokussen langs de doodendraad

Tussen 2015 en 2018 worden er 20.000 witte krokussen geplant op de grens. Deze krokussen zullen de plek van de elektrische afscheiding markeren, 100 jaar na de plaatsing van de doodendraad. Dit initiatief is onderdeel van het project "de doodendraad leeft" van stichting Verhalis. Om de bloembollen te planten wordt beroep gedaan op geocachers.
© 2015 - 2024 Mapa, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen
WO I: musea, wandelingen, auto- en fietstochten in BelgiëWO I: musea, wandelingen, auto- en fietstochten in BelgiëIn 2014 zal het honderd jaar geleden zijn dat Wereldoorlog I begon. Tot 1918 zou de gruwel duren. Natuurlijk zullen er i…
Beste elektrische fiets, elektrische fiets kopenDe beste elektrische fiets die je kunt kopen is de fiets die voldoet aan jouw wensen. Ga altijd eerst naar de winkel om…
Een elektrische deken: de uitkomst voor koude tijden!Een elektrische deken: de uitkomst voor koude tijden!De koude nachten zijn weer aangebroken! Het is een enorme afknapper om in een koud bed te stappen, vaak val je pas in sl…
Voor en nadelen van de elektrische autoVoor en nadelen van de elektrische auto2011 moet het jaar worden van de elektrische auto. Er komen steeds meer en beter ontwikkelde auto´s op de markt. Ook de…

Monumenten om de Tweede Wereldoorlog te herdenkenMonumenten om de Tweede Wereldoorlog te herdenkenElk jaar op 4 mei om 20.00 uur worden in Nederland de doden herdacht die in oorlogen waarbij Nederland betrokken was sin…
Februaristaking: verzet tegen het wegvoeren van jodenFebruaristaking: verzet tegen het wegvoeren van jodenOp 25 en 26 februari 1941 vond in Amsterdam en een aantal andere gemeenten de Februaristaking plaats. Het was het enige…
Bronnen en referenties
  • GVA 13.03.2015
  • www.dodendraad.org (op 21.03.2015)
  • www.dendoodendraad.be/grooten.oorlog (op 21.03.2015)
  • Wikipedia: De Draad (op 21.03.2015)
  • Hein Hoffman (2013): De grens onder hoogspanning
  • 17 mei 2015: Openfortendag / Fortengordel - opening doodendraad aan Fort van Stabroek
Mapa (704 artikelen)
Laatste update: 09-05-2017
Rubriek: Kunst en Cultuur
Subrubriek: Oorlog
Bronnen en referenties: 6
Per 2021 gaat InfoNu verder als archief. Het grote aanbod van artikelen blijft beschikbaar maar er worden geen nieuwe artikelen meer gepubliceerd en nog maar beperkt geactualiseerd, daardoor kunnen artikelen op bepaalde punten verouderd zijn. Reacties plaatsen bij artikelen is niet meer mogelijk.