Het leven van Machiavelli
Tot op vandaag de dag is het boek ‘de Heerser’ een inspiratiebron voor gehaaide zakenmannen,ambitieuze carrièretijgers en andere mensen met een honger naar macht. De principes van machtsuitoefening blijken uitstekend vertaald te kunnen naar de hedendaagse maatschappij. Het is het onderwerp van aanbidding en van afwijzing. Dit stuk gaat over de schrijver van dit roemruchte werk: Nicollo Machiavelli
Opleiding
Nicollo Machiavelli werd op 3 mei 1469 geboren in Florence, en werd op jonge leeftijd een leerling van de vermaarde leraar Latijn, Paolo da Ronciglone. Hij studeerde aan de Universiteit van Florence. Waarschijnlijk heeft hij een basale humanistische opleiding genoten. Het is niet zeker welke vakken hij heeft gevolgd. Uit zijn werken blijkt echter dat hij bekend was met de meeste belangrijke, klassieke Latijnse auteurs. Hij lijkt tevens vertrouwd te zijn geweest met de belangrijkste filosofen en historici uit de Griekse oudheid, evenals met de grote prehumanisten en humanistische auteurs die tussen 1300 en 1500 in het Latijn schreven.
Politieke functies
Machiavelli trad in 1498 in dienst van de Florentijnse Staat als secretaris van de belangrijkste bureaucraat. Al snel werd hij benoemd als kanselier en behoorde tot de belangrijkste stadsbestuurders. Zijn taken hadden voornamelijk betrekking op bestuurlijke en militaire zaken, alhoewel hij ook belangrijk werd als diplomaat. Machiavelli vertegenwoordigde de Florentijnse Staat bij enkele belangrijke missies. Hij verbleef langere tijd aan het of van de Roomse keizer Maximiliaan I en aan het hof van de Paus.
Het was tijdens een van zijn verblijven op het ’t Vaticaan dat hij kennis maakte met Cesare Borgia. De wrede vorst die hij als ideale heerser zou gaan beschouwen.
Reorganisatie Leger
In 1505 leidde Machiavelli de reorganisatie van het Florentijnse leger naar het model van de Romeinse Republiek. Onder zijn leiding werd de militaire dienst een burgerplicht voor iedere jongeling. Er werd een burgerleger geschapen op basis van verplichte deelname, voor een beperkte periode.
Machiavelli’s beroepsleger was minder succesvol dan hij had gehoopt. In een oorlog tegen de Pisanen functioneerde het slecht en in 1512 werd het onder de voet gelopen door de Spanjaarden.
Verbanning
Toen de Medici’s in 1512 weer aan de macht kwamen, werd hij uit zijn ambt gezet op verdenking van subversieve activiteiten. Hij trok zich terug op zijn landgoed, alwaar hij begon met het schrijven van zijn werken.
Tijdens zijn ballingschap schreef hij zijn eerste grote werk: de Heerser. Met dit boek zou zijn naam het meest geassocieerd worden. Het werk is in grote haast geschreven door een auteur, die zijn status in de Florentijnse regering schijnt te willen terugveroveren. Veel historici delen de mening dat Machiavelli 'De Heerser' schreef als een soort lange sollicitatiebrief, waarin hij zijn bekwaamheden en inzichten op het gebied van machtspolitiek tentoonspreid. Van begin tot eind belooft hij 'verborgen kennis' te onthullen waar geen andere raadsman weet van zou hebben.
Naast ‘de Heerser’ schreef Machiavelli ook andere geschriften. Zo schreef hij verzen en korte proza. Zijn blijspelen La Mandragola en Clizia leggen de menselijke tekortkomingen bloot. Verder schreef hij een verhandeling over 'de kunst van de oorlogvoering'.
Tevens leverde Machiavelli met zijn studie 'Verhandelingen over de tien boeken van Titus Livius' een grote bijdrage aan het politiek denken. Het werk is een uiteenzetting van de principes van Republikeins bestuur, vermomd als commentaar op het werk van de beroemde historicus uit de Romeinse Republiek.
Eerherstel
Machiavelli bleef verlangen naar eerherstel. Met behulp van hooggeplaatste vrienden begon Machiavelli langzaam weer in de gunst te komen van de De Medici’s. In 1520 droeg kardinaal Giulio de Medici, de latere Paus Clemens VII, hem op een geschiedenis van Florence te schrijven. Deze werd in 1525 voltooid en gepresenteerd aan de kardinaal.
Na deze opdracht kreeg Machiavelli andere kleine taken te verrichten, maar voordat hij volledig in de gratie raakte, overleed hij op 21 juni 1527. Hij ligt begraven in Santa Croce in Florence.