De Domtoren van Utrecht

Utrechts grootste symbool is de Domtoren, die door vele mensen als attractie wordt bezocht. De toren staat in het centrum van Utrecht en is gescheiden van de Domkerk. Daar later meer over. Het is een recreatieplaats voor zowel toeristen uit Nederland, als toeristen uit het buitenland. Tijdens het bezoek van de toren is er volop gelegenheid om je te verdiepen in de geschiedenis van de toren en de kerk. Wat die twee met elkaar te maken hebben, wanneer ze werden gescheiden, enzovoort. Het hoogste puntje van de Domtoren, de windwijzer gevormd door sint maarten op zijn paard, zit op 112 meter hoogte en is na de Euromast het hoogste van Nederland. Bezoekers kunnen op de spits, op een hoogte van 90 meter komen. Als je de toren van buiten bekijkt zie je dat de toren, naar boven toe, steeds smaller wordt. Onderaan is het gebouw vierkant hier zaten vroeger de kelders die onder meer als gevang dienden, in het midden is het achtkantig en de top is kegelvormig. Het is versierd met beelden en heeft een grote klok.

In de ramen van de toren zit geen glas, dit is omdat de klokken tijdens het luiden voor iedereen goed hoorbaar moesten zijn. Bovendien zouden de ruiten door het luide geluid, gaan trillen en kapot gaan. Op de luidzolder hangen de touwen van de 14 luidklokken. Voor het luiden van klokken zijn 20 mensen nodig en dat wordt nog steeds met de hand gedaan.

Beklimming van de toren

Het beklimmen van de Domtoren is een adembenemende belevenis. Tijdens deze conditie test zal je aandacht zeker worden getrokken door het aantal en de grootte van de klokken. Na het beklimmen van de 465 treden wordt je beloond met het mooiste uitzicht van Utrecht. Je voelt je vrij op het moment dat je de top hebt bereikt, er heerst een serene stilte en je kunt alles om je heen even vergeten.

Een stukje geschiedenis

De Domtoren heeft een rijke geschiedenis. De toren werd in 1321 gebouwd in de stijl van de Nieuwe Zakelijkheid. Op 12,5 m hoogte bevindt zich de Michaelskapel. Die diende vermoedelijk als uitwijkplaats voor de Bisschop. Vervolgens ligt op 25 m de Egmondkapel. Deze diende als torenwachter woning, van 1400 tot 1901. Sinds 1982 is de Egmondkapel ingericht als torenmuseum. Er bevinden zich originele voorwerpen zoals waterspuwers, het eerste torenkruis en delen van de balustrade. Dezen zijn ooit uit veiligheidsoverwegingen verwijderd. Ook de geschiedenis van de toren wordt in deze ruimte uitgebreid belicht. Aan de orde komt de bouwtijd: 1321-1382, de fundering van de toren en de algehele toestand van de toren. De architecten waren Jan van Henegouwen, Godijn van Dormael en Jan van der Doem II.

De scheiding van de kerk en toren

Op 16 augustus 1674 raasde er een orkaan over Utrecht. Die deed het middenschip van de domkerk instorten, waardoor de toren en de kerk gescheiden werden. Het middenschip werd nooit meer herbouwd.

De toren bijna gesloopt

Na een storm in 1836 was de toren een gevaar voor de stad geworden. Het slopen werd zelfs overwogen, maar uiteindelijk bleek het slopen duurder dan de toren te restaureren. De daarop volgende restauratie deed meer kwaad dan goed. Het verval ging namelijk verder. In 1901 begon de restauratie onder leiding van, Nieuwenhuis, van Heukelom en Stooker. Rijk en gemeente betaalden samen aan dit project. Aan ieder torendeel werd ongeveer 10 jaar gewerkt. De restauratie liep van boven naar beneden en werd in 1930 gereed.

Bezoeken van de toren

Je kunt de domtoren de hele week bezoeken tussen 10:00 en 16:00. Tijdens elk heel uur start
Een rondleiding waarbij een gids de vele gebeurtenissen beschrijft. Een rondleiding in de Domtoren is zeker de moeite waard als je, je wat in de geschiedenis wilt verdiepen! Een rondleiding kost voor een volwassene 7,50 €, voor kinderen(-12) 4,50 € en voor studenten en ouderen 6,50 €. De kaartjes zijn te verkrijgen bij het cultureel bezoekers centrum RonDom dat niet ver van de toren afzit.