De kaperkapiteinen van Terneuzen
Wanneer we over Terneuzen en kaperkapiteinen spreken, wordt Terneuzen meestal geassocieerd met de legendarische Vliegende Hollander. Door de populariteit van dit fictief figuur worden de echte kaperkapiteinen van Terneuzen een beetje vergeten. Een stukje geschiedenis over twee echte kaperkapiteinen afkomstig uit Terneuzen.
In de zeventiende en achttiende eeuw werden er zeeoorlogen gevoerd tussen de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden en het Engelse Gemenebest. Deze oorlogen gingen om de controle over zee- en handelsroutes. In deze tijd speelden kaperkapiteinen een grote rol.
Pierre la Turcq
Pierre la Turcq oftewel Ghyslain du Plessis werd geboren in 1732 bij het Mauritsfort in de gemeente Terneuzen. Hij was de zoon van Isaac de Plessis en Elisabeth de la Roy. Hij was een neef van een andere bekende Terneuzense kaperkapitein, Nicolaas Jarry.
In september 1781 gaf de Vlissingse rederij Nortier hem het bevel over sloep “De Jager”. Hiermee overmeesterde hij in korte tijd vier Engelse koopvaardijschepen. Vanwege dit succes kreeg hij nog datzelfde jaar het bevel over kotter “De Vlissinger”. Aan boord waren achttien kanonnen aanwezig en 54 bemanningsleden. Ook hiermee overmeesterde hij vele Engelse schepen.
In 1782 lag er bij Dover een vloot Engelse koopvaardijschepen, die beschermd werden door zes fregatten. Le Turcq wist desondanks een sloep en een brik te veroveren. Hij werd in Vlissingen als een held ingehaald en kreeg een zilveren sabel met een draagband en hierop een zilveren plaat met het stadswapen van Vlissingen en twee met zilver ingelegde pistolen. Ook werd hij kapitein op een nieuw schip, genaamd “De Zeeuw”. Dit schip was in mei 1782 van de helling gelopen, dus gloednieuw. “De Zeeuw” bracht hem geen geluk. Het schip raakte in gevecht met een Engels oorlogsschip “Defiance”. Een groot deel van de bemanning sneuvelt, maar Le Turcq weet te ontsnappen. Hij is zwaar gewond aan zijn kaakbeen, borst en schouder. Hij overlijdt in 1784.
Nicolaas Jarry
Nicolaas Jarry werd geboren op twee maart 1735 in Terneuzen. Hij was de zoon van Hendrik Jarry en Tanneke de la Roy. Hij diende bij rederij Nortier onder zijn neef Pierre la Turcq. Eerst op sloep “De Jager” en daarna op kotter “De Vlissinger”. Hij trouwde met Sarah Elisabeth de Villiers. Het echtpaar kreeg vier kinderen.
Na het succes in 1782 werd Jarry zelf de kapitein over “De Vlissinger”. Binnen een maand had de kapitein zonder vrees al elf belangrijke Engelse schepen buit gemaakt. Jarry sneuvelt in januari 1784 bij Hull, waar hij vier Engelse schepen had buitgemaakt. Toen hij het vijfde schip probeerde los te krijgen werd hij aangevallen door een zwaar gewapende kotter. Hij raakte zwaargewond doordat een kanon met schroot werd afgeschoten. Een stuk schroot boorde zich in zijn maag en hij stierf onder helse pijnen twee dagen later. Tijdens zijn gehele loopbaan had hij een indrukwekkend aantal van vijftig schepen buitgemaakt. Hij ontving postuum een zilveren sabel van Vlissingen vanwege ongemeende dapperheid tijdens het veroveren van een Engels konvooi.
Is er in Terneuzen nog iets terug te vinden van deze helden?
Deze twee zeehelden zijn door Terneuzen volledig vergeten. Zelfs in de straatnaambordjes zijn ze niet meer terug te vinden. Wel vind je in de straatnaambordjes andere Nederlandse zeehelden terug zoals Michiel De Ruyter, Jan Van Speyk, Admiraal Karel Doorman, Willem Barensz en Frans Naerebout.