Vier en een halve eeuw Romeinen in Noord-Brabant

Eerste periode erg kort door onveiligheid
Na het binnentrekken van de Romeinen kwam het volk in 54 voor Christus in opstand tegen de Romeinen waarbij er duizenden sneuvelden. Na veel strijd keerde het tij echter weer en kregen de Romeinen opnieuw greep op het gebied. Maar omdat Brabant destijds een onherbergzaam gebied was met veel dichte bossen en moerassen voelde Caesar zich met zijn troepen niet veilig genoeg en trok zich in 49 voor Christus terug.Onherbergzaam gebied
Noord-Brabant bestond in die tijd ten zuiden van de lijn van Bergen op Zoom naar ’s Hertogenbosch uit zandgronden met beekdalen van onder meer de Maas en moerassige streken en gebieden dichtbegroeid met elzenbossen. Op de hogere zandgronden groeiden heide en bossen. In het noordwesten en zuidoosten bevond zich veen en moerassig gebied. Het gebied waar de Maas liep was een dal met natte gronden.Opnieuw bezet door de Romeinen
Na de terugtrekking van Caesar werd een twintigtal jaren later onder keizer Augustus de streek opnieuw bezet door de Romeinen. Overigens werd in 47 na Christus door keizer Claudius besloten dat niet de Elbe de grens zou worden met de Germanen maar de Rijn. Pas vanaf 70 na Christus keerde een zekere rust terug na alle veldslagen en was er sprake van een lange periode met welvaart. Er werd veel handel gedreven. Later werd door nieuwe onrust het Brabantse gebied weer minder aantrekkelijk om te wonen. In de loop van de derde eeuw traden namelijk veel problemen op om de grens te verdedigen tegen de invallen van de Germanen. Nieuwe forten werden gebouwd, voor een deel langs de Maas, van waaruit de ruiterij snel kon opereren.Terugtrekking begin vijfde eeuw
Vanwege de vele veldslagen en machtswisselingen in Rome verminderde de greep van de Romeinen op het noorden. De legers trokken zich steeds meer terug naar het zuiden. Pogingen tot herstel van de macht leverden slechts vertraging van de terugtrekking op. Halfweg de vierde eeuw hadden de Romeinen weinig macht meer in onze streken. In 402 trokken de legers zich op bevel van generaal Stilicho definitief terug uit het noorden.Bouwwerken van de Romeinen
In het kader van de verdediging van de veroverde gebieden bouwden de Romeinen talrijke bouwwerken. Daarnaast werden bruggen en wachttorens gebouwd. Ook kwamen niet alleen in het verre Rome badhuizen voor. Onder meer bij Cuijk zijn overblijfselen van een badhuis gevonden.Brug bij Cuijk
Aan het eind van de vierde eeuw werd bij het huidige Cuijk een brug over de Maas gebouwd. De houten funderingspalen van de brug rustte op stenen pijlers en waren voorzien van smeedijzeren paalschoenen. In totaal waren per brugpijler tachtig zware heipalen in de grond gewerkt. Als ondergrond voor de stenen pijlers werd tufsteen tussen de palen gestort. Daarop werd een houten frame aangebracht waar blokken steen op werden gelegd van zo´n achthonderd kilo per stuk en aan elkaar verbonden met ijzeren klampen. Waarschijnlijk is zo met acht pijlers een brug gebouwd van ongeveer 450 meter.
Wachttorens
Andere bouwwerken die met de verdediging te maken hadden waren onder meer kleine wachttorens die tussen grotere legerplaatsen werden gebouwd. Die torens waren van hout of steen met als belangrijkste element een balustrade rondom als uitkijkpost.
Badhuizen
Zoals in alle grote steden van de Romeinen bevonden zich ook in Noord-Brabant badhuizen (thermen). Een badhuis was in die tijd een openbaar gebouw waar mensen in samenkwamen om te baden, voor sociale contacten en in veel gevallen ook om te spelen of te sporten. Een badhuis had verschillende ruimten zoals een kleedruimte (apodyterium), koudwaterruimte (frigidarium), lauwwaterruimte (tepidarium), heetwaterruimte (caldarium), zweetruimte (sudatorium). Veel thermen hadden een open tuin (palaestra) voor sport en spel met daarin vaak een openluchtbad (natatio).