Nicea: klassieke stad in Klein-Azië
De oude stad Nicea, gelegen op een gedurfde locatie in het noordwesten van Anatolië, staat vandaag de dag vooral bekend als de plek waar enkele beroemde christelijke concilies gehouden werden die gezien worden als cruciale gebeurtenissen in de geschiedenis van de godsdienst. Daarnaast deed het dienst als de hoofdstad van het Keizerrijk Nicea, een van de opvolgerstaten van het Byzantijnse Rijk toen de voormalige hoofdstad Constantinopel onder heerschappij van de kruisvaarders stond. Vandaag de dag staat het bekend als İznik en maakt het deel uit van de Republiek Turkije.
Ligging en omgeving
De locatie van de oude stad Nicea wordt vandaag de dag volledig omsloten door de moderne Turkse stad İznik. De plek ligt in het noordwestelijke deel van Anatolië, zo’n 60 kilometer van de oostelijke kust van de Zee van Marmara, en is gesitueerd in een vruchtbaar bassin iets ten oosten van het Ascaniusmeer. Ten noorden, ten zuiden en ten oosten van de stad vindt men heuvelachtige gebieden die typerend zijn voor de landschappen van Klein-Azië. De plek wordt door velen gezien als strategisch erg waardevol en goed opgewassen tegen pogingen tot aanvallen: het meer waaraan het grenst is immers groot genoeg dat het niet makkelijk geblokkeerd of gebarricadeerd kan worden vanuit het land, waardoor de bewoners van Nicea een betrouwbare toegang tot het water hadden. Het oude Nicea werd aan alle kanten volledig omringd door ongeveer 5 kilometer aan stadsmuren, die elk 10 meter hoog waren en goed van pas kwamen als de stad verdedigd zou moeten worden. De aanwezigheid van het murenblok betekende ook dat het moeilijk was om de stad binnen te komen: Nicea was enkel te betreden via enkele imposante poorten. Door middel van deze poorten had het bestuur van de stad nagenoeg de volledige controle over wie er wel en niet binnenkwam in de
polis. In het huidige İznik zijn nog steeds veel overblijfselen van het oude Nicea te zien. Zo hebben archeologen fragmenten van oude Griekse, Romeinse en Byzantijnse gebouwen gevonden in onder andere badhuizen en moskeeën.
Stichting en vroege geschiedenis
Stichting van Nicea
De geschiedenis van Nicea spreidt zich uit over verschillende eeuwen en tijdperken. In chronologische volgorde was het eerst een relatief kleine Griekse stadstaat, kwam het onder heerschappij van de Romeinen, maakte het deel uit van het Byzantijnse rijk en werd het uiteindelijk veroverd door de Ottomanen. Ondanks het feit dat het wel degelijk gesticht is door de Grieken, heeft Nicea dus in feite een veel bredere geschiedenis dan enkel de Griekse, en heeft het meer identiteiten aangenomen dan een klassieke polis. Net als bij veel Griekse stedem het geval is, zijn de oorsprong en de vroege geschiedenis van Nicea niet helemaal duidelijk. Historici zijn er nog altijd niet over uit wie nu de precieze stichters waren van de stad. De meest aangehangen theorie stelt dat de locatie voor het eerst gekoloniseerd werd door een volk genaamd de Bottiaianen, een etnische groep die vermoedelijk uit de streek Macedonië kwam maar wiens origine gehuld is in raadsels. De Bottaianen zouden de nederzetting Ancore of Helicore hebben genoemd, en de naam Nicea zou pas later opgekomen zijn. Een andere theorie vertelt ons juist dat de eerste bewoners van Nicea soldaten waren uit het leger van Alexander de Grote, de Macedonische heerser die aan de basis stond van het machtige en zeer grote Helleense Rijk. Vanuit dit perspectief zou de naam Nicea afkomstig zijn van
Nicaea, een plaats in de buurt van het beroemde Thermopylae. De laatste theorie is niet wijdverspreid en werd ook tijdens de Oudheid niet breed aangehangen.
Vroege geschiedenis
In ieder geval overleefde de oorspronkelijke Griekse kolonie op deze locatie het niet bijzonder lang, en werd uiteindelijk verwoest of ingenomen door een volk uit de omgeving. Rond 315 voor Christus werd de nederzetting opnieuw gesticht door Antigonus Monophtalmus, een van de vooraanstaande generaals uit het Macedonische leger en tevens een van de opvolgers van Alexander de Grote als heerser over een deel van zijn rijk. Nadat Antigonus gedood werd in 301, kwam Nicea uiteindelijk in handen van de koningen van Bithynia, een Klassiek koninkrijk dat haar territorium in het noordwesten van Anatolië had. In deze periode kreeg Nicea een prominente plaats in deze staat, maar kreeg het het ook aan de stok met de nabije stad Nicomedia. De twee steden lagen voortdurend overhoop in een slepend conflict over welke van de twee nu eigenlijk de belangrijkste stad van Bithynia was.
Onder Romeinse heerschappij
In 72 voor Christus onderging Nicea een ingrijpende politieke verandering. Samen met de rest van Bithynia en andere streken in Klein-Azië werd het onderdeel van de Romeinse Republiek, een van de grootste en machtigste staten in de geschiedenis van de westerse wereld. Ondanks het feit dat de stad nu onder buitenlandse heerschappij stond, behield het haar positie als een van de meest prominente locaties van de westelijke delen van Anatolië. Ook de rivaliteit met Nicomedia werd in stand gehouden: de twee steden ruzieden voortdurend om de plek te zijn vanuit waar de Romeinse gouverneur van het gebied over Bythinia regeerde. Een belangrijke gebeurtenis in de periode waarin Nicea onder Romeinse heerschappij verkeerde was de val en plundering van de stad aan de handen van de Goten, een Oost-Germaans volk dat later een cruciale rol speelde in de val van het Romeinse Rijk. Tegen de 4e eeuw na Christus was Nicea er echter weer helemaal bovenop. Het was nu een van de grootste, rijkste en meest welvarende steden in het gebied, en een belangrijk politiek en militair centrum. Een gebeurtenis die Nicea voor eeuwig op de kaart zou zetten was het samenkomen van het eerste Oecumenische Concilie, een christelijk orgaan dat enkele keren in de geschiedenis vergaderde over de aard en de regels van hun godsdienst. Bij deze samenkomst deden de aanwezigen enkele verklaringen die zeer belangrijk werden in het christendom, en bereikten zij consensus over onderwerpen waar lang over getwist was.
Latere eeuwen
Vierde tot twaalfde eeuw
Het Concilie gaf Nicea dan wel een historisch en religieus belang, maar de stad was zeker niet immuun voor rampspoed. Zo werd ze in 363 en 368 geraakt door krachtige aardbevingen, die enorme schade toebrachten aan gebouwen. In combinatie met het toenemende belang van Constantinopel, de recent gestichte hoofdstad van het Byzantijnse Rijk, zorgde dit ervoor dat Nicea in verval begon te raken. De volgende enkele eeuwen wordt Nicea nauwelijks genoemd in historische bronnen. De volgende belangrijke gebeurtenis in de geschiedenis van de klassieke nederzetting kwam te passeren toen de Seltsjoeken, een Turks volk, de stad in 1081 wisten te veroveren. 16 jaar later kwam Nicea echter weer in de handen van de Byzantijnen, die de stad wisten te heroveren met hulp van de christelijke soldaten van de Eerste Kruistocht. Vervolgens gebruikten de Byzantijnse keizers, waaronder Alexios en Manuël, de nederzetting als politiek-militair centrum vanuit waar getracht werd om de Byzantijnse invloeden in Klein-Azië te versterken. In de directe omgeving van Nicea, en in Bythinia als geheel, werd een hele verzameling aan militaire forten en vestingen gebouwd, welke moesten helpen om de machtspositie van het christelijke rijk in de grensgebieden te verstevigen.
Nicea na de val van Constantinopel
Waar de kruisvaarders eerder al een belangrijke rol hadden gespeeld in de geschiedenis van Nicea hadden hun inspanningen in 1204 wederom grote invloed op de positie van de stad. De kruisvaarders waren immers degenen die Constantinopel, de welvarende hoofdstad van het Byzantijnse Rijk dat nog steeds over Nicea regeerde, in dat jaar volledig onder de voet liepen, grondig plunderden en voor zichzelf veroverden. De Byzantijnse heersers werden hierdoor gedwongen in ballingschap te gaan. Drie staten profileerden zich als opvolger van Constantinopel: het Despotaat Epirus in de westelijke Balkan, het Keizerrijk Trebizonde in noordelijk Anatolië, en het Keizerrijk Nicea in westelijk Klein-Azië. De laatstgenoemde staat werd geregeerd vanuit de stad Nicea, en leverde enkele tientallen jaren verzet tegen het Latijnse Rijk, de staat die in de noordelijke Balkan was gesticht door de kruisvaarders. Nicea zelf floreerde als hoofdstad, en maakte een periode van grote welvaart mee totdat Constantinopel in 1261 werd heroverd en opnieuw de hoofdstad werd van het gehele Byzantijnse Rijk.
Inname door Ottomanen
Vanwege de herovering van Constantinopel en de terugkeer van de Byzantijnse heersers naar de oude hoofdstad verloor Nicea na 1261 veel van zijn belang. Na de terugkeer naar Constantinopel gaven de Byzantijnen er de voorkeur aan hun greep op Griekenland en andere gebieden op de Balkan, die tientallen jaren niet onder hun heerschappij hadden gestaan, te versterken. Om dit te bereiken was het nodig om grote aantallen troepen uit Klein-Azië te onttrekken en naar het keizerlijke hartland te sturen. Door deze maatregel waren de Byzantijnse nederzettingen in Anatolië volledig blootgesteld aan aanvallen van de Ottomanen, een opkomend volk dat hun invloed in de regio op gewelddadige wijze aan het uitbreiden was. Het Byzantijnse bestuur bleek niet in staat de opkomst van dit rijk een halt toe te roepen, en zo was ook Nicea verdoemd. Tegen 1328 begonnen de Ottomanen onder leiding van legerleider Orhan aan de laatste belegering van de stad. Tegen deze tijd waren de landen rondom de stad vrijwel allemaal in handen van de vijand, maar Nicea zelf bleek vanwege de strategische locatie lastiger om in te nemen. De belegering van Nicea ging enkele jaren door zonder een conclusie te bereiken. De strijd werd pas beslecht toen het duidelijk werd dat geen enkele Byzantijnse strijdmacht in staat zou zijn om de keizerlijke invloed in Klein-Azië te herstellen. Nicea viel vervolgens in 1331 aan de Ottomanen, die het een trots onderdeel maakten van hun rijk. Klassieke gebouwen werden afgebroken om plaats te maken voor nieuwe, en de stad verloor veel van haar belang. Nicea staat vandaag de dag bekend als İznik en is gesitueerd in Turkije, maar de herinnering aan de rijke Klassieke geschiedenis van de stad blijft. Interessant is het feit dat Nicea door het lange bestaan heen onderdeel is van vier van de beroemdste beschavingen in de geschiedenis van Europa en het Midden-Oosten: het oude Griekenland, het Romeinse Rijk, het Byzantijnse Rijk, en het Ottomaanse Rijk.