De Verenigde Staten, 1945-1955 Angst voor het Communisme
Behalve dat Truman niet goed lag bij de conservatieven in het Congres, slaagde hij er ook nog in de vakbonden en de progressieven in de Democratische partij af te stoten. Truman werd niet gezien als een echte New Dealer en daardoor ook niet als de rechtmatige opvolger van Roosevelt. Toch bleek hij een goede erfgenaam van Roosevelt.
Trumans binnenlandse politiek
In 1946 deed hij een eerste stap in de richting van uitbreiding van de New Deal in de vorm van de Employment Act. De overheid moest voor volledige werkgelegenheid zorgen. Door het conservatieve congres kwam er weinig van deze goede bedoelingen terecht. Toch is deze wet belangrijk geweest, omdat het de centrale overheid een rol gaf in het hele economische gebeuren. Er werd een Council of Economic Advisers opgericht en naarmate de overheid meer ingreep in de economie, werd dit een steeds invloedrijkere adviesorganisatie. Eind 1946 leden de Democraten een grote nederlaag. Zowel in de Senaat als het Huis kreeg de Republikeinen de meerderheid. Dit was voor het eerst sinds 1928.
1948 was het verkiezingsjaar en het leek alsof Truman kans maakte om op eigen houtje verkozen te worden. Hij kondigde een serie voorstellen aan die tamelijk onverwacht kwamen en bedoeld waren om de New Deal verder uit te breiden. Naast verbetering van de verschillende verzekeringen streed hij voor verbetering van de positie van de zwarte bevolking. Toch vonden de meeste Democraten Truman een waardeloze kandidaat. De reden dat Truman de verkiezingen won was dat hij een voortreffelijke campagne door het hele land had gevoerd.
De verkiezing gaf Truman het vertrouwen dat hij de New Deal verder kon uitbreiden. Zijn programma voor de uitbreiding hiervan was de Fair Deal. De voorstellen van de Fair Deal bestonden uit de verhoging van de werkloosheidsuitkering, uitbreiding van de Social Security Act, hoger minimumloon, nationale ziekenfondsverzekering, federale hulp voor het onderwijs en herziening van de belastingwetgeving. Helaas voor hem raakte de Fair Deal al in het Congres in de moeilijkheden. De conservatieve coalitie die nog steeds het Congres beheerste torpedeerde zijn plannen. Slechts kleine succesjes werden geboekt, zoals de uitbreiding van de Social Security Act.
Hoewel er weinig van de Fair Deal terecht is gekomen, functioneerde ze wel als een leidraad waarop het later programma van de Democraten werd gebaseerd.
Het McCarthyisme
Al in de tussentijdse verkiezingen hadden de conservatieve Republikeinen meerdere keren geprobeerd aan te tonen dat de Democraten met de communisten hulden. Om deze geruchten tegen te gaan kwam Truman in1947 met een federaal Loyalty Program waarbij alle federale ambtenaren onderzocht zouden worden op communistische contacten.
De angst voor het communisme werd slim uitgebuit door Senator McCarthy. Hij had zichzelf de heilige taak gegeven Amerika van het communisme te zuiveren en in zijn vier jaar als senator terroriseerde hij de volksvertegenwoordiging en de regering met beschuldigingen. Hierbij kreeg hij vooral steun van de conservatieve Republikeinse burgerij. Het McCarthyisme was een irrationele reactie op de New Deal.
De Eisenhower-jaren
Na de actieve regeringsperiode van Roosevelt en Truman kwam er een president aan de macht die de mening was toegedaan dat de uitvoerende macht het rustiger aan moest doen zodat de wetgevende en rechtsprekende macht niet zouden worden overheerst. Eisenhower was de presidentskandidaat van de Republikeinen, hoewel hij niet op veel steun van de conservatieve Republikeinen kon rekenen. Hij was een pragmaticus die altijd tot compromis bereid was een middenweg te zoeken. Als vicepresident koos hij Richard Nixon, vooral om de anticommunisten tevreden te stellen.
De paniek betreffende het communisme, die McCarthy is de hand werkte, had geen gunstige effecten op de regering. In 1954 verklaarde Eisenhower dat zijn regering er in geslaagd was binnen een jaar 4000 verdachte elementen uit overheidsdienst verwijderd waren. Hiermee verdwenen nieuwe ideeën en creativiteit uit de regering.
McCarthy deed in 1954 een misstap door vanwege een persoonlijke twist het Amerikaanse leger te beschuldigen. Deze nam echter een van Amerika’s beste advocaten in de hand die aantoonde dat McCarthy’s beschuldigen volkomen uit de lucht gegrepen waren. Het zou de ondergang van zijn politieke carrière betekenen.
Het kabinet van Eisenhower was conservatief en onder zijn bewind ging de overheid zuiniger aan doen. Er werd een einde gemaakt aan de loon- en prijscontrole en de boeren kregen minder subsidie. In 1955 sloeg Eisenhower een andere weg in. In plaats van conservatief op te treden werd hij veel gematigder. Voorzichtig maakte hij een begin aan de uitbreiding van de sociale voorzieningen van de New- en Fair Deal. Deze ontwikkeling, samen met de val van McCarthy, zorgde ervoor dat de Verenigde Staten in rustiger vaarwater leken te zijn beland.
De opkomst van de televisie
Het Amerikaanse televisiebestel is direct voortgekomen uit het Amerikaanse radiobestel. Al in de radiowereld werd zendtijd ten behoeve van radioreclames verkocht om zodoende het radiostation te financieren. Voor de oorlog beheersten drie Networks de radio-industrie: NBC, ABC en CBS. Wanneer na de oorlog de televisie populair wordt houden deze netwerken hun overwicht. Ze verkopen zendtijd voor reclames, trekken sponsors en verkopen programma’s aan televisiestations die deel uitmaken van hun netwerk.
De komst van de televisie heeft het leven aanzienlijk veranderd. In de steden daalde het aantal bioscoopbezoeken aanzienlijk. Toch bleef de reikwijdte van de stations beperkt. Dit kwam omdat ze afhankelijk waren van een zendmast die per definitie een beperkt bereik had. Vanaf 1952 nam het aantal televisiestations drastisch toe. De organisatie die toezicht hield op de netwerken begon grote aantallen nieuwe zendvergunningen uit te geven.
In de jaren veertig en vijftig was de nieuwsvoorziening slecht. Een nieuwsuitzending duurde slechts een kwartiertje en werd begeleid door kwalitatief slecht beeldmateriaal. In de jaren zestig zou hier verbetering in komen. Toenr de eerste communicatiesatelliet (Telstar) in 1962 werd gelanceerd kon Amerika de gebeurtenissen in de wereld op de voet volgen.
Televisie werd ook voor de promotie van de politieke partijen veelvoudig gebruikt. Promotiespotjes voor presidentskandidaten en de uitzending van debatten werden steeds belangrijker in de verkiezingstijd. Presidentskandidaten werden afgerekend op hoe ze op de televisie overkwamen.
De enige echte revolutionaire natie
In de jaren veertig en vijftig groeide het nationaal inkomen. De economische groei verflauwde wat in de jaren vijftig, maar zorgelijk werd het nooit. De overheid beschikte dankzij de New Deal en de Fair Deal over instrumenten om controle uit te oefenen over de macro-economische gang van zaken. Het grootste gedeelte van de bevolking had hier geen problemen mee. De econoom J.M. Keynes had in zijn werken aangetoond dat overheidsingrijpen de economie kon stimuleren. Men leefde met de overtuiging dat de economische groei vooral ten goede zou komen aan de arbeiders en de lagere middenklasse. De Verenigde Staten waren op weg een klasseloze samenleving te worden. Met deze homogeniserende beweging verdwenen ook de etnische minderheden in de samensmelting van de middenklasse.
Veel van de welvarende middenklasse gingen in de voorsteden wonen, de suburbia. Deze waren de centra van de klasseloze consumptiemaatschappij. De leegstaande woningen in de steden werden gevuld met de allerarmste zwarte migranten en Puerto-Ricanen. Er ontstonden nieuwe grenzen.
De oude tegenstellingen tussen werkgevers en werknemers waren veranderd. Ondernemers waren van gehaaide kapitalisten veranderd in sociaal bewogen managers, die continuïteit op de lange termijn voorop stelden, samen met het algemeen belang. Zelfs de Democraten en Republikeinen leken dichter dan ooit bij elkaar te staan. Waren voorheen de partijen het niet eens over de heersende spelregels, in de jaren vijftig was daar geen sprake meer van. De conflicten waren niet politiek, maar vooral zakelijk van aard.
Deze consensustheorie gaat gemakkelijk voorbij aan het feit dat senator McCarthy toch grote succes wist te behalen. En nog steeds is deze populistische stroming aanwezig in de Amerikaanse politiek. Het beeld dat in de jaren vijftig overheerste was echter zeer optimistisch.