De Bataven: De eerste Nederlanders
De Bataven (ook wel Batavieren genoemd) zijn de eerste Bekende Nederlanders. Eeuwenlang hebben Nederlanders zich geïdentificeerd met deze bevolkingsgroep. Toch hebben de Bataven maar een relatief korte periode in de geschiedenis bestaan - van 50 v.Chr. tot 250 n.Chr. Waar komt de fascinatie voor de Bataven vandaan? In dit artikel wordt de opkomst, hun grootste wapenfeit – de Bataafse opstand – en de ondergang van de Bataven beschreven.
De opkomst van de Bataven
De Bataven zijn afkomstig uit de stam van de Chatten, een bevolkingsgroep die leefde in het huidige Duitsland en verschillende opstanden tegen de Romeinen op hun geweten hebben. Na een intern conflict binnen de Chatten trokken de Bataven richting het westen. Het gebied waar de ze kwamen wonen, behoorde eerst toe aan de Eburonen. In 54 v.Chr. kwam deze stam in opstand tegen de Romeinen. Julius Caesar besloot daarop de stam vogelvrij te verklaren en vernietigde in 53 en 52 v.Chr. het complete volk. Zo kwam het gebied tussen de Maas en de Waal vrij voor de Bataven. Die sloten een verdrag met de Romeinen, nadat Drusus ze in 12 v.Chr. onderworpen had, waarbij de Bataven vrijgesteld werden van verplichtingen - zoals belasting betalen - maar er moest wel uit elk gezin één jongen in dienst van de Romeinen. Dat de Bataven in die streek gingen wonen, kwam de Romeinen ook nog goed uit, omdat ze een buffer waren tussen hen en de opstandige volken aan de andere kant van de Rijn. De bekende schrijver Tacitus noemde de streek tussen de Maas en Waal insula Batavorum, wat ‘eiland van de Bataven’ betekent. Er wordt wel gezegd dat de naam ‘Betuwe’ hier van afgeleid is, maar dat is te betwisten.
Bondgenoten van de Romeinen
De Bataven - door de Romeinen Batavi genoemd - waren in die tijd een bekende stam. Ze werden gezien als een krijgshaftig volk en goede paardenfokkers. Ze leverden elitetroepen aan het Romeinse leger. Ze waren betrokken bij verschillende veldslagen van de Romeinen, zoals de veldslagen van Germanicus (de zoon van Drusus) tegen de Cherusken en Chatti en het neerslaan van de opstanden van Boudicca (een Keltische koningin in Brittannië, 61 n.Chr.) en Gaius Iulius Vindex (Romeinse senator en gouverneur, 68 n.Chr.). Deze laatste opstand is het begin van het Vierkeizerjaar, dat duurde tot december van 69 n.Chr., waarin de Bataven een belangrijke rol speelden voor de Romeinen. Mede met de Bataven als bondgenoten konden ze de opstanden neerslaan. Bovendien dienden er Bataven in de keizerlijke lijfwacht in Rome. De belangrijkste nederzetting van de Bataven was Oppidum Batavorum – de stad die ca. 100 n.Chr. marktrechten kreeg als Ulpia Noviomagus (keltisch voor ‘nieuwe markt’) Batavorum - wat nu Nijmegen wordt genoemd.
De Bataafse opstand
Na het Vierkeizerjaar – dat jaar waren er vier keizers aan de macht in Rome - kwam Julius Civilis in opstand. Deze Romeinse officier was oorspronkelijk een Bataaf. Volgens de schrijver Tacitus wilde hij zijn broer wreken, die geëxecuteerd was vanwege verraad tegen Nero. Julius was ook veroordeeld, maar werd naar Rome gestuurd. Door de vele keizerwisselingen kwam hij weer op vrije voeten. Hij sloot zich aan bij de al opstandige Caninefaten en Friezen en begon met het verwoesten van de verzwakte Romeinse kampen. Na verschillende keren de Romeinen verslagen te hebben, had Julius Civilis het Bataafse grondgebied ontdaan van Romeinen. Hij trok verder op naar Vetera – een belangrijk fort en uitvalsbasis van de Romeinen – en belegerde deze tot maart van het jaar 70 n.Chr. Op dat moment waren de Bataven de machtigste stam van Noordwest Europa. Daarna ging het echter alleen maar minder. Civilis werd gedwongen zich terug te trekken en een verse Romeinse legermacht die onder leiding stond van Quintus Petillius Cerialis ging de strijd met hem aan. Toen Cerialis besloot om de Betuwe te plunderen, gaf Civilis zich over. Het is onduidelijk wat er met hem gebeurd is, maar als opstandeling heeft zijn leven waarschijnlijk niet lang meer geduurd. Historici geen er vanuit dat het oude verbond tussen de Bataven en de Romeinen hersteld werd, maar dat is niet bekend, omdat Tacitus na de overgave van Civilis niet meer verder schrijft over de Bataafse opstand.
De Bataven verdwijnen in de geschiedenis
Na de Bataafse opstand is er weinig meer bekend over de Bataven. Rond het jaar 250 staken Franken en Alamannen – twee verschillende verbonden tussen West Germaanse volkeren – de Rijn over naar het gebied van de Bataven. Dat was het begin van de Grote Volksverhuizing in Europa. In 297 gaf de Romeinse keizer Constantius Chlorus toestemming aan de Franken om zich tussen de Bataven te mengen. Dat is de laatste keer dat ze genoemd worden. Met de fusie met de Franken verdwenen de Bataven in de geschiedenisboeken.
Nederlanders identificeren zich met de Bataven
Tijdens de Verlichting en de Gouden Eeuw kwam er een toenemend nationaal bewustzijn in Nederland. Inwoners van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden waren op zoek naar identiteit en vonden die bij de Bataven. Net als de Nederlanden waren zij ook in opstand gekomen en waren ze inwoners van hetzelfde gebied. De Nederlanders konden zich identificeren met ‘voorouders’ die ook in opstand kwamen tegen de tirannie van overheersers. Dat de Bataven en Julius Civilis de toenmalige mensen inspireerden, blijkt uit een toneelspel van Vondel, een verhandeling van Hugo de Groot – hij schrijft een verhandeling over de Bataafse Republiek - en schilderijen van Rembrandt en Ferdinand Bol. De hoofdstad van Nederlands Indië - de belangrijkste kolonie van Nederland – werd Batavia genoemd. Nadat de Republiek der Zeven Verenigde Nederland in 1795 door de Fransen veroverd werd, werd haar naam omgedoopt tot de Bataafse Republiek en werden de inwoners Bataven genoemd. Nog steeds vinden we sporen van de Bataven terug in Nederland. De Batavus is een bekend fietsenmerk, de Batavierenrace is ’s werelds grootste estafetteloop.
Kwamen de Bataven wel echt uit Nederland?
Albert Delahaye zorgde vanaf 1955 voor opschudding door de Bataven van Nederland naar Noord Frankrijk te verplaatsen. Hij stelde Nijmegen als Oppidum Batavorum ter discussie. Ondertussen is zijn theorie weerlegd. In die tijd trok men ook de conclusie dat de kust in het verleden meermalen van plaats veranderd was. Bij de theorie van de Duinkerke-transgressies werd aangenomen dat de Romeinen Nederland bezette op het moment dat de zeespiegel was gedaald en Nederland was drooggevallen. Dat zou dan ook het moment zijn waarop de Bataven in Nederland gingen wonen. Rond 276 vertrokken de Romeinen volgens deze theorie uit Nederland, omdat de zeespiegel steeg en Nederland onder water liep. In de jaren negentig en later werd deze theorie weer overboord gezet, omdat het gebaseerd was op een cirkelredenatie. Nu is er meer sprake van een procesmodel, waarbij een combinatie van natuurlijke erosie van de kust en het ontvenen van het kustgebied door de Romeinen mogelijke oorzaken zijn voor het onder water staan van Nederland in de periode van 300 tot 700 n.Chr. De opvattingen van Albert Delahaye worden als achterhaald beschouwd, maar hij heeft nog steeds medestanders en volgelingen.
Disclaimer:
Tot aan de laatste alinea wordt de geschiedenis van de Bataven weergegeven zoals die in de geschiedenisboeken voorkomt. In de twintigste eeuw is daar discussie over ontstaan. Het is dus niet zeker of de Betuwe en Batavieren aan elkaar gelinkt kunnen worden. Opgravingen geven aan dat er een Romeins fort bij Nijmegen heeft gelegen. Toch kan nooit worden voorkomen dat dergelijke vroege geschiedenis anders heeft plaatsgevonden dan hier beschreven staat.