Amersfoortse Kei en Everard Meyster
De Amersfoortse Kei is een grote steen die op een opvallende plaats aan de rand van het centrum van Amersfoort op een sokkel prijkt en herinnert aan een volksverhaal. De stad dankt daar zijn bijnaam van Keistad aan en de inwoners Keientrekkers. De kei is waarschijnlijk in de laatste IJstijd door het schuivende ijs opgestuwd naar de Utrechtse Heuvelrug, op een plek een kilometer of zes van het centrum van Amersfoort. Maar daar ligt hij niet meer want zijn plek is nu aan de Stadsring op de hoek van de Arnhemsestraat.
De "grooten keeselsteen"
De Amersfoortse Kei is twee meter hoog, weegt 7157 kilo en heeft een omtrek van 5,25 meter. Volgens het volksverhaal zou Jonkheer Everard Meyster (dichter, schrijver en tuinarchitect) met een aantal vrienden in een kroeg een weddenschap hebben afgesloten dat zij de "grooten keeselsteen" naar de stad zouden trekken. En zo geschiedde en trokken 400 inwoners van Amersfoort op 7 juni 1661 de kei op een slee naar de Varkensmarkt.
Twee benen verloren
Op een schilderij is afgebeeld hoe een stoet met de kei, voorafgegaan door vaandeldragers, de stad naderen. Maar het voort trekken van de kei ging niet helemaal zonder problemen. Volgens de overlevering is een man twee benen verloren toen hij onder de kei belandde. De pret was er uiteindelijk niet minder om toen de jonkheer de trekkers gul trakteerde op bier en krakelingen.
Hoongelag en spottende gedichten
Maar waarschijnlijk maakte schaamte zich meester van de Keientrekkers vanwege de zinloze actie en werd de kei uiteindelijk op last van het stadsbestuur in 1672 op de Varkensmarkt begraven. Een extra reden voor die begraving was het hoongelag van velen van buiten Amersfoort en er verschenen ook diverse spottende gedichten.
Kreet “Doaristie”
Toen in 1859 rioolwerkers op de steen stuitten gooiden ze de straat toch weer dicht. Ruim twee eeuwen na de begraving werd de kei in 1903 toch weer opgegraven nadat de Oudheidkundige Vereniging Flehite daarvoor gepleit had. Maar niemand wist toen precies waar de steen lag. Na een zoektocht van drie dagen vond een man, genaamd Hendrik de Goede, de steen en slaakte de beroemd geworden kreet “Doaristie”. Na de opgraving werd de kei in een triomftocht en begeleid door muziekkorpsen door de stad gevoerd. Een lied dat uit de stoet van volgers weerklonk had de tekst:
“Komt trouwe burgers van Amersfoort,
Trekt den Kei nu waar hij behoort:
Spaart geen krachten op deez’ schoonen dag,
Trekt die eeuwen hier begraven lag.
Allen te samen het touw aangevat,
Op nu trouwe burgers van de Keienstad.”
Gastland tijdens jaarlijkse Keistadfeesten
Ongeveer 50 jaar na de opgraving en na enkele omzwervingen, kreeg de kei een definitieve plek aan de Stadsring op de hoek van de Arnhemsestraat. Vanaf de zeventiger jaren van de twintigste eeuw werd Amersfoort bekend vanwege de jaarlijkse Keistadfeesten. Een aantal jaren werden tijdens die feesten keien uit heel Europa door de stad getrokken die daarna ergens een plaats vonden onder meer in het plantsoen aan de Stadsring. De keien werden meegebracht door een gastland dat speciaal voor de feesten was uitgenodigd.
Keien overal vandaan
De eerste buitenlandse kei kwam in 1971 uit Engeland en bestond uit Schots graniet. Daarna volgde een kei uit Oostenrijk in 1972 en verder achtereenvolgend: 1973 België en Luxemburg, 1974 Zwitserland, 1975 Canada, 1976 Frankrijk, 1977 Italië, 1978 Zweden en de laatste buitenlandse kei van die eerste serie 1979 Joegoslavië. In 1980 werden de landen die voorheen een kei hadden geleverd allen uitgenodigd waarmee de traditie van het uitnodigen van gastlanden om kostenbesparende reden werd beëindigd. Daarna werd er een aantal Nederlandse keien toegevoegd en vanaf 1992 toch weer enkele buitenlandse waarvan er een aantal over de stad verspreid liggen. Maar de veertigste Keistadfeesten van 2009 waren de laatste om ruimte te maken voor nieuwe feestinitiatieven.
Lees verder