De helden van Nova-Zembla
Op 23 november 2011 ging onder veel belangstelling van de media, de film Nova Zembla in première. De film vertelt het waargebeurde verhaal van een barre overwintering in het hoge Noorden door de ontdekkingsreizigers Willem Barentsz en Jacob van Heemskerck. De bekende kinder- en jeugdboekenschrijver Anton D. Hildebrand maakte al in 1947 het verhaal van deze historische tocht toegankelijk voor de jeugd in zijn boek “De helden van Nova-Zembla”.
Wie was Anton D. Hildebrand
Hildebrand kwam op 11 juni 1907 in de stad Groningen ter wereld, maar hij groeide op in Amsterdam. Hier volgde hij een studie letteren en ging als journalist aan het werk. In 1928 kwam hij in dienst bij de Avro. Hij hield zich onder meer bezig met het schrijven en maken van hoorspelen. Het meest bekend werd hij door zijn kinderboeken. Het liefst schreef hij over dieren. De meeste mensen kennen hem van de serie verhalen over Bolke de Beer, die verschenen vanaf 1935. Hildebrand hield zich samen met anderen ook bezig met het samenstellen van schoolboekjes. Daarnaast bewerkte hij sprookjes en schreef historische verhalen. Een daarvan is het boek "De helden van Nova-Zembla, een overwintering in het hoge Noorden" (naar het journaal van Gerrit de Veer, mei 1596-oct. 1597). Het boek verscheen in 1947 bij uitgeverij H. Meulenhoff te Amsterdam. Hildebrand overleed op 29 juni 1977 in Kollum.
Het Behouden Huis. De overwintering op Nova-Zembla
In 1990 werd het oorspronkelijke boek van Hildebrand hertaald door Suzanne Braam. Het verhaal, een uitgave van Uitgeverij Van Goor, is bedoeld voor kinderen vanaf elf jaar.
Het verhaal
Een route naar Indië
Twee schepen, te weten De Hoop en De Volhouder proberen om via een noordelijke route een vaarweg naar indië te vinden. Ondertussen is een ander schip onder leiding van Houtman op weg om de route langs Kaap de Goede Hoop te verkennen. Op die route maken de Portugezen de dienst uit. Nederland wil dan ook graag een eigen route hebben. Eentje die niet tot problemen met andere mogendheden leidt. Wanneer de eerste ijsschotsen de weg via het noorden gaan bemoeilijken ontstaat er onenigheid tussen de schippers van de beide schepen. Al gauw scheiden zich hun wegen. De schipper van De Hoop, Jan Cornelisz de Rijp gaat een route volgen die meer in noordelijke richting ligt. Hij ziet al gauw in, dat dit onmogelijk is en keert terug naar huis. Van Heemskerck, schipper van het tweede schip koerst naar het zuidoosten. Hier komt hij al gauw in de problemen.
Vast in het ijs
Het schip komt vast te zitten in het ijs. Uitzicht op een spoedige redding is er niet. De bemanning (17 man) zal moeten overwinteren op Nova Zembla. Om zichzelf te beschermen tegen de extreem koude omstandigheden wordt besloten om het hout van het schip te gebruiken om een huis te bouwen. Het zal de toepasselijke naam “Het Behouden Huis” krijgen.
De bouw vindt plaats onder leiding van de scheepstimmerman, Pieter, totdat die ziek wordt.
Citaat:
''Die avond tegen tien uur liet hij de stuurman halen en toen Barentsz bij hem zat en er verder niemand was, zei de zieke: 'Stuurman... het gaat mis met mij. Eten kan ik niet meer en ik wordt niet mee warm ook. Je zou me een paar kussens in mijn rug moeten zetten en geef me dan iets om te schrijven. Ik wil je laten zien hoe je het huis moet bouwen, als ik er niet meer ben...''
De overwintering
De mannen trotseren extreme kou, gebrek aan voeding en aanvallen van ijsberen. Gedurende de maanden durende donkere poolwinter slaat de verveling toe. Eenmaal ontsnappen ze allemaal aan de dood, en dat omdat een van hen te ziek is om de slaap te vatten. Het is zo koud, dat ze besluiten het schoorsteengat dicht te stoppen met oude lappen en een stuk bont. Het blijft nu lekker warm binnen. Iedereen valt in slaap. Aerjansz, die ziek is, heeft het echter erg benauwd en kan de slaap niet vatten. Ineens herinnert hij zich, dat er kolen op het vuur zijn gegooid. De benauwdheid komt door kolendampen. Als hij niets doet zullen de kolendampen hen vergiftigen.
Redding
Wanneer het voorjaar aanbreekt, beginnen de mannen aan de voorbereidingen voor de thuisreis. Ze gebruiken twee sloepen die ze van het schip hebben weten te redden. Dan is het vertrek daar. Het is inmiddels juni. Zes weken zijn ze onderweg. Twee mannen sterven. Een van hen is Barentsz.. Dan bereiken ze de Kruishoek en worden opgemerkt door een Russische vissersboot. De opvarenden worden, ondanks hun mislukte missie, als helden thuisgehaald.
Naschrift
Achterin het boek staat een naschrift. Delen uit het journaal van Gerrit de Veer worden hierin geciteerd. Ook wordt er verteld van latere expedities naar het Behouden Huis en van de vondsten die er zijn gedaan.
Citaat
'... 20 november: Het was zo koud dat als wij onze hemden gewassen en gewrongen hadden, zo bevroren ze uit het warme water zó stijf dat al legde men ze bij een goed vuur, de zijde die bij het vuur lag wel los kwam, maar die van het vuur bleef even stijf bevroren zodat ze eer gebroken zou zijn, dan dat wij ze van elkaar kregen. Dus moesten wij ze weer in kokend water leggen om te ontdooien, zo geweldig grote koude was het...''