Toegenomen belangstelling voor Indonesische schilders
Er is veel interesse voor de schilders uit het voormalige Nederlands-Indië. Schilderijen van de verschillende schilders kunnen veel geld opbrengen. Dit ontdekte het Zeeuwse Veilinghuis. Daar werd in december 2013 voor meer dan twee miljoen euro aan schilderijen verkocht. De schilderijen bevinden zich in de verzamelingen van veel families wiens voorouders ooit terugkeerden uit de voormalige Nederlandse kolonie. Met name vanuit Indonesië is er veel belangstelling voor deze schilders.
Er is veel aandacht voor oude schilders uit Indonesië, oftewel voormalig Nederlands-Indië. Er gaat veel geld om in de handel van deze schilderijen. De toenemende interesse hangt voor een deel samen met de toenemende rijkdom en het ontstaan van een grote financiële bovenlaag in Indonesië. Veel van de nieuwe rijken zoeken wegen om hun geld te kunnen uitgeven. Een manier is het kopen van kunst. Daarbij is er veel interesse voor de geschiedenis van Indonesië. Een echte schilderstraditie ontbreekt bij de Indonesiërs. Zij legden zich vaak meer toe op het handwerk of het maken van beelden. Daarom komen zij uit bij veel van de Nederlandse schilders die in de 19e eeuw en het begin van de 20e eeuw actief waren in de Nederlandse kolonie. Zij hebben vaak mooie taferelen van landschappen en van de leefwijze van de oorspronkelijke bevolking van Indonesië gemaakt. Daardoor zijn zij erg in trek.
Zeeuwse Veilinghuis
Dat er veel belangstelling is voor de Indische kunst ontdekte ook het Zeeuwse Veilingshuis. De directeur, René de Visser, begon zich voorzichtig te verdiepen in de Indonesische kunstgeschiedenis en kocht een paar werken op. Deze werden vervolgens met recordwinsten opgekocht door Indonesiërs. Zijn interesse was daardoor definitief gewekt en hij verdiepte zich verder in het onderwerp. Verder begon hij met het leggen van contacten in Indische kringen. Na de val van Nederlandse kolonie zijn veel Nederlandse Indiërs naar Nederland vertrokken. De welgestelde families hebben een groot deel van hun kunstverzameling meegenomen. Daaronder bevonden zich relatief veel schilderijen van Nederlandse schilders die actief waren op de archipel. Hun nakomelingen weten vaak niet wat ze met de schilderijen aanmoeten en zijn niet goed op de hoogte van de waarde. Daardoor zijn de schilderijen relatief makkelijk te bemachtigen, al wordt dat uiteraard steeds lastiger.
Verkoop van Indonesische schilderijen
Het Zeeuwse Veilinghuis verdient intussen goed aan de Indische schilderijen. In december 2013 werd een schilderij van de Balinese danseres Willem Dooyewaard dat op twintigduizend euro was getaxeerd voor bijna een kwart miljoen euro verkocht. Schilderijen van de Belgische kunstenaar Adrien-Jean Le Mayeur de Merprès en WIllem Hofker gingen voor respectievelijk een half miljoen en zes ton weg. In totaal bedroeg de opbrengst meer dan twee miljoen euro voor ongeveer honderd schilderijen. Veel bezitters van schilderijen verkiezen het veilinghuis dat gevestigd is in Middelburg boven andere gerenommeerde namen als Christie's of Sotheby's. Dat komt mede door de specialisatie van de Zeeuwen. Tegelijkertijd helpen de recordopbrengsten ook mee voor nieuwe belangstelling. Daardoor hoopt men dat in Zeeland de opbrengst hoger ligt dan bij de veilinghuizen die gevestigd zijn in Amsterdam.
De schilderstraditie in Nederlands-Indië
De eerste Nederlandse schilders die in Nederlands-Indië aan de gang gingen schilderden vooral nog rijstvelden, vulkanen, badende en dansende vrouwen. Dit waren vooral amateurschilders in overheidsdienst. Dit veranderde allemaal met de komst van Raden Saleh, een Indonesische prins. Hij was de grondlegger van de Indonesische romantische periode. Wanneer in de jaren tien van de vorige eeuw de Duitse arts Gregor Kraus foto's begint te maken op Bali en daarover het boek Bali 1912 publiceert, ontstaat er een verdere belangstelling onder kunstenaars voor het gebied. Isaac Israels, Willem Witsen, Rudolf Bonnet en Walter Spies in de jaren twintig en Auke Sonnega, Willem Gerard Hofker in de jaren dertig bezoeken de Nederlandse kolonie en maken veel schilderijen van de plaatselijke samenleving. Een deel van de schilderijen bevindt zich nog in Indonesië. Het probleem daar is de slechte conditie waar ze vaak onder bewaard worden. Een goed voorbeeld daarvan is het Museum Le Mayeur in Sanur op Bali. Daar waait de zoute zeewind langs de schilderijen.