Eik, verhalen en verleden
Hoe zou het komen dat juist eiken zo iets magisch, zo iets mythisch uitstralen? Komt het door het knoestige en harde hout? Door zijn indrukwekkende kroon die zo veel meer takken en twijgen lijkt te hebben dan welke andere boom ook? Door zijn machtig voorkomen of zijn vruchtbaarheid?
Een eik van twee- tot driehonderd jaar oud heeft naar schatting tien miljoen eikels geproduceerd. Wij kunnen ons nauwelijks voorstellen hoe belangrijk die rijke oogst was voor onze voorouders. Want toen graan nog niet bekend was, vormden eikels het basisvoedsel voor de mens, die ze maalde en tot brood verwerkte. Noordamerikaanse indianen geloofden dat Wyot, de eerstgeborene van hemel en aarde, zijn scheppingsarbeid ten behoeve van de mens begon met het planten van de eik. En de Griekse dichter Hesiodes schreef 800 jaar voor Christus: 'Waar rechtvaardige mensen wonen, daar is hongersnood onbekend. De Goden zullen hun honing, schapen en eiken, rijk beladen met eikels, schenken'. Het zijn dus niet alleen varkens die profiteerden van eikels.
Ook bij de Germanen was de eik heilig. En hoe. Zij geloofden dat de eik geboren was uit de donkere oerschaduwen, waar de doden huisden. Onder bepaalde eiken hielden de wijze vrouwen en priesteressen hun rituelen en werden dieroffers gebracht. Plaatsen die voor gewone mensen verboden terrein waren. De runen waaruit de toekomst werd afgelezen, waren ook uit eikenhout gesneden.
Eikenvervolging door de kerk
Toen de Christenen hun 'welzijnswerk' begonnen, moesten ze niet veel van deze heilige eiken hebben. De slimsten christenen bouwden de eiken om tot Mariabomen, maar de 'haviken' gingen in enkele gevallen met de botte bijl te werk. Letterlijk, als we geloof mogen hechten aan een verhaal afkomstig uit Pruisen. Daar was ten tijde van de Evangelisatie ene Anselmus bisschop van Ermland. Hij gelastte het omhakken van een eeuwenoude machtige eik, waaronder al sinds mensenheugenis de goden werden vereerd. Een menigte houthakkers kwam eraan te pas, maar wat gebeurde? Telkens als er een zijn bijl hief, vloog deze van de steel en trof een van de omstanders in het hoofd. Grote schrik natuurlijk, maar de schuld werd in de voeten van den Boze geschoven, die natuurlijk in de boom moest huizen. Opnieuw werd een poging gedaan, maar nu werden de bijlen die men gebruikte, na de eerste slag al bot. Bisschop Anselmus raakte furieus en greep zelf een bijl. En tegen deze samengebalde Christelijke kracht was ook de heilige eik blijkbaar niet opgewassen. Op de plaats waar de boom had gestaan, verrees een plaatsje dat nu Heiligenbeil heet en in het wapen staat een bijl afgebeeld.
In andere legenden liep het vaak slechter af met de bijlheffer. Daarin kwamen de omgehakte eiken bij voorkeur op de houthakker terecht. Of ze werden, zoals bisschop Adalbert van Praag overkwam in 997, vermoord door de woedende heidenen. Later werden de vroegere heilige eiken in het volksgeloof vaak de verblijfplaatsen van heksen en demonen.
Ouderwetse geneeskracht
Dat zo'n indrukwekkende boom ook medicinaal gebruikt werd, zal niemand verwonderen. Petrus Nijlandt vat 'de aard en krachten' van de eik als volgt samen
- Om verse wonden te helen en het bloeden te stelpen: ‘Neem de verse bladeren van de eik, stamp die klein en was daarna de wonden met water waar eikenbladeren in gekookt zijn, dat verhindert alle ontsteking, zuivert en heelt de wonden zeer goed. Hiervan verhaalt Galenus een merkwaardig voorbeeld: ‘Ik denk aan het voorbeeld, zegt hij, toen ik eens een wond die met een bijl gemaakt was genezen heb omdat er geen ander geneesmiddel voor handen was dan alleen de bladeren van een eikenboom heb ik die klein gestampt en op de wond en de nabij gelegen delen gebonden’.
- Tegen onmatige maandstonden van de vrouwen, bloedspuwen, bloedplassen en alle bloedgang. Neem van eikenbladeren twee handen vol, van de doppen van de eik en schillen van de eik van elk een lood, kook dit in een pint water en een pint rode wijn totdat een vierde deel verkookt is en geef hier van tweemaal per dag te drinken.
- Hiertoe is mede zeer krachtig het water dat van de tere eikenbladeren gedistilleerd is dat door sommige ook geprezen wordt om de nierstenen en de steen af te zetten. Ook gebruiken tegenwoordig, zegt Lobelius, de dokters van Italië en Piemont het om de lever te verkoelen en te versterken.
- Tegen tandpijn, bedorven tandvlees en vuile zeren: Neem van de verse en jonge bladeren van de eikenboom zoveel als nodig is en kook die op in wijn. Dit afkooksel wordt tegen de tandpijn in de mond gehouden, tegen de andere gebreken worden het daarmee gewassen”
De Kelten, de Druïden, Germaanse goden Thor of Donar, Griekse goden Zeus en Jupiter; allen werden ze in verband gebracht met de machtige eik, Quercus robur.