De Kerstboom, de oorsprong van de versiering
De kerstboom is niet meer weg te denken uit de huizen in de periode van Kerstmis. De boom wordt vaak rijkelijk versierd met lichtjes, lampen en ook slingers en staat symbool voor het Kerstfeest. Tegen kerstmis wordt de kerstboom vaak ook nog voorzien van lekkernijen en cadeautjes voor de naaste familieleden en vrienden. De kerstboom wordt al jaren gezet. Maar waarom doen we dit? Waar komt het versieren van de Kerstboom eigenlijk vandaan?
De Kerstboom, de heidense oorspronkelijkheid
Vroeger werden vooral bomen gezien als een symbool voor de vruchtbaarheid. De Romeinen en ook de Germanen zagen in bomen een soort Goddelijkheid. Het waren belangrijke natuurelementen die zorgden voor de verbinding tussen de Goddelijke wereld en de aardse wereld. Ook werden bomen gezien als een ware levenskracht. Vandaar dat de boom ook wel eens de levensboom werd genoemd.
De Germanen geloofden in Boomgeesten. Deze Boomgeesten hadden bijzondere krachten en zorgden voor goed leven. Steeds vaker ontdekte de Germanen dat er een speciale boom was die eigenlijk altijd groen bleef: De Groene Den. De andere bomen werden tenslotte allemaal kaal en verloren hun bladeren.
Om de Boomgeesten gunstig te stemmen en te zorgen dat deze snel weer terug zouden keren en vruchtbaarheid zouden brengen besloot men de kale bomen te gaan versieren met allerhande zaken om zo de Boomgeesten weer terug te lokken. Dit werd gedaan door appels, slingers en zelfs met goud en zilver. Later werden er ook versieringen in gehangen in de vorm van sterren en de maan en werden er ook soms offers gebracht. Dit laatste wordt vaak vergeleken met de cadeautjes die nu gegeven worden.
De Kerstboom, de Christelijke oorspronkelijkheid
Lange tijd werd de Kerstboom juist niet gezien als een Christelijk symbool. De boom werd zelfs niet toegelaten in de kerk en werd ook niet met het Kerstfeest samen gezien. Toch besloot het Christendom om de Kerstboom zichzelf toe te eigenen en de boom ook te gaan vereren maar op een Kerkelijke manier. De Heidense oorspronkelijkheid werd hiermee teniet gedaan.
De boom werd geassocieerd met de Heilige drie eenheid en werd symbool van kennis, goed en kwaad en stond hij symbool voor de boom waar Eva haar vergiftigd fruit uit plukte.
Het gebruik van de Heidenen, een boom uit het Heilige bos halen en in het midden van het Marktplein versieren en plaatsen, werd pas in de 16e eeuw weer ingevoerd en toegelaten door de Christenen. Eerst mocht dit enkel op marktplaatsen maar later ook in de huizen van de rijken. Pas na de tweede wereldoorlog, dus eigenlijk pas sinds kort, werden Kerstbomen toegelaten in alle huizen en zien we ze nu dus ook bij alle gezinnen rond de kerstdagen.
De versieringen werden vervangen voor slingers, gebak, gekleurde papiertjes en gekleurd draad. Het enige versiermiddel dat overbleef van de Heidense oorspronkelijkheid was de Appel. Hoe meer tijd er verstreek en hoe vaker de Kerstboom in de huizen kwam werden er nieuwe versieringen aan toegevoegd, zo ontstond dus ook het engelenhaar en de kerstballen.
Kerstboom, de tegenwoordige versiering
De kerstballen
Kerstballen werden pas in de 17e eeuw gemaakt. Het was eigenlijk een wedstrijd wie de grootste glazen bol kon blazen. Deze werden dan in de deuropeningen gehangen en zouden de boze geesten verjagen. Later werden ze steeds lichter en kleiner en konden ze ook in de Kerstboom, een stukje Heidense geschiedenis kwam hiermee terug.
De Piek
De Piek is geheel Christelijk te noemen. Het is de ster die de drie koningen naar Jezus leidde.
De Lichtjes in de Kerstboom
De Heidenen hadden een Joel kaars. Hiermee vereerde ze de geboorte van de zon en spoorde de kaars de zon aan de aarde goed te gaan verwarmen. De Christenen veranderden dit weer. Zij gaven aan licht de betekenis van nieuw leven. Het kindje Jezus bracht licht en verlossing naar de aarde. De kaars en de ster van Bethlehem zijn hier dus gelijken. Vroeger branden men dus kaarsen in de Kerstboom, tegenwoordig hebben we gewone kerstverlichting.