Annie M.G. Schmidt: Wie was deze vrouw?
Ze was een domineesdochter, schreef gedichten, boeken voor kinderen, columns, teksten voor radioseries, teksten voor musicals, maar daarbij bleef het niet. Annie M.G. Schmidt; een veelzijdige vrouw, maar wie was eigenlijk de vrouw achter ‘Abeltje’, ‘Jip en Janneke’, 'Ibbeltje' en ‘Pluk van de Petteflet’?
Annies jeugd
Annie M.G. Schmidt werd als Anna Maria Geertruida Schmidt, een domineesdochter, op 20 mei 1911 geboren in Kapelle op Zuid-Beveland, Zeeland. Na haar middelbare schooltijd vertrok Annie naar Den Haag om een notariaatstudie te volgen. Na verloop van tijd verruilde ze haar studie echter voor een steno- en typecursus bij Schoevers (Vogel, 2000).
Annies carrière
In 1926 verscheen Annies eerste versje in
‘Zij’, een vrouwenkatern (Van de Zijl, 2002). Twintig jaar later, na enige werkervaring als au pair en bibliothecaresse, ging Annie voor
‘Het Parool’ werken en startte ze daadwerkelijk met schrijven. Vanaf 1948 schreef Annie wekelijks versjes voor kinderen en columns voor volwassenen. Ook maakte Annie van 1946 tot 1953 deel uit van het journalistencabaret
‘de Inktvis’. Veel cabaretiers, bijvoorbeeld Wim Sonneveld, probeerden teksten van Annie te kopen om hun eigen voorstellingen tot een succes te maken. Naast de bekendheid door het schrijven voor
‘Het Parool’ en het journalistencabaret, maakte Annie naam door de hoorspelserie
‘de familie Doorsnee’ die iedere maandagavond van 1952 tot 1958 werd uitgezonden. In 1950 was Annie al begonnen met de serie over het tweetal Jip en Janneke, maar na zeven jaar moest ze daar mee stoppen in verband met tijdgebrek. Wel bleef ze voor
‘Het Parool’ schrijven. Verder schreef Annie toentertijd een eenakter voor koningin Juliana en haar vriendinnen die eenmaal op paleis Soestdijk werd gespeeld. In 1962 begon Annie met het schrijven van een musical met de naam
‘Heerlijk duurt het langst’; onbekend terrein voor haar. Uiteindelijk werd de première in 1965 een groot succes. Tot omstreeks 1990 bleef Annie schrijven en een groot aantal televisieseries, boeken, gedichtjes, toneelstukken, musicals etc. staan op haar naam (Vogel, 2000).
Wie was Annie nog meer?
Annie plaatste in 1947 een contactadvertentie in
‘De Groene Amsterdammer’. Dit was het begin van een relatie met Dick van Duyn, een getrouwde chemicus. Na een geheime relatie verliet Dick zijn vrouw en werd Annie zijn echtgenote. In 1952 kregen Dick en Annie een zoon met de naam Flip (Van der Zijl, 2000). Naast de liefde voor schrijven, ontwikkelde Annie een liefde voor Frankrijk. Dick en Annie lieten er een huis bouwen en het echtpaar woonde sindsdien steeds een paar weken in Nederland en dan weer een tijd in Frankrijk (Florquin, 1975).
Annie was daarnaast een vrouw van haar tijd, waarin de emancipatiestrijd in volle gang was. Zo schreef Annie in 1972 voor de eerste uitgave van het feministische maandblad
‘Opzij’ een bijdrage, maar na verloop van tijd kwam ze steeds verder van haar feministische beginselen af te staan, omdat ze naar eigen zeggen veel te gek op mannen was (Van der Zijl, 2000, geciteerd in Zuidema, 2016). Annie wordt, ondanks haar afstand van het feministische gedachtegoed, getypeerd als een behoorlijke rebelse en tegendraadse vrouw. Een kenmerkende uitspraak was:
‘Doe nooit wat je moeder zegt, dan komt het allemaal terecht.’ (Leesfeest, 2016). Dit komt ook terug in haar schrijfwerk. Haar kinderverhalen gaan over ondeugende kinderen of grappige dingen die gebeuren met deftige mensen (Kunstbus, 2016). Ook verwerkte Annie onderwerpen in haar werk die nog niet altijd pasten binnen de traditionele normen en waarden. Zo kwam in haar vierde musical
‘Foxtrot’ een homoseksuele leraar voor en in haar toneelstuk
‘Er valt een traan op de tompoes’ verwerkte ze een zieke man die euthanasie overwoog.
Wat schreef Annie M.G. Schmidt nog meer?
'Ja zuster, nee zuster'
De televisieserie
‘Ja zuster, nee zuster’ gaat over een rusthuis, waar zuster Klivia de scepter zwaait. Het is echter allesbehalve rustig. Inbreker Gerrit, buurman Boordevol en een geniale ingenieur vormen gezamenlijk het verhaal (Wombat B.V., 2016). Het succes van de serie was enorm groot en bedrijven zagen er het voordeel in om hun naam eraan te verbinden. Er kwamen bijvoorbeeld puzzels, grammofoonplaten en borduursets op de markt.
'En ik dan?'
‘En ik dan’ was het eerste toneelstuk voor groter publiek. Het verhaal gaat over een gescheiden moeder met een zoon die werkzaam is bij
‘de Stichting’. Zoonlief heeft met de boeken geknoeid en moeder start als nieuwe medewerkster bij
‘de Stichting’ om haar zoon te helpen. Ze richt echter steeds de grootste verwarring aan (Wombat, 2016).
Pluk van de Petteflet'
In 1968 startte Annie met het schrijven van
‘Pluk van de Petteflet’. Het was bestemd als vervolgverhaal voor het weekblad
‘Margriet’. In 1971 werden de verhaaltjes echter in boekvorm uitgegeven en tien jaar later waren er meer dan honderdduizend exemplaren verkocht (Vogel, 2000). Aan het begin van het verhaal hoort de hoofdpersoon, Pluk, dat er een kamer in de Petteflet vrij is. Hij rijdt er met zijn rode kraanwagen naartoe en neemt intrek in de torenkamer. Samen met zijn vriendjes Zaza, de kakkerlak, meneer Pen en vele anderen beleeft hij heel veel avonturen (Querido, 2016).
Jip en Janneke
Tot slot zijn de verhaaltjes over het duo Jip en Janneke wel het meest bekend. Jip en Janneke zijn de allerbeste vriendjes en samen met Takkie, hun hondje, beleven ze heel veel avonturen. Ze doen de poppenwas, gaan op bezoek bij oma en worden jarig. Oorspronkelijk verschenen de verhaaltjes in
‘Het Parool’, maar na verloop van tijd zijn de verhaaltjes, verspreid over acht delen, in boekvorm uitgegeven. De bekende illustraties werden gemaakt door Fiep Westendorp (Querido, 2016).
Annies sterven
Na een veelbewogen leven kwam de oude dag voor Annie met veel gebreken. Ze was bijna niet meer in staat om te lopen en had heel slecht zicht. Ze plande haar begrafenis en de dag na haar vierentachtigste verjaardag pleegde Annie, in navolging van haar echtgenoot, op 21 mei 1995 euthanasie (Burgering, 2009).