Jeugdboekenschrijver Otfried Preussler
Preussler werd in ons land vooral bekend met zijn boek Meester van de zwarte Molen. Daarnaast heeft hij echter nog vele andere boeken geschreven. In al zijn verhalen spelen zaken als magie en toverkunst een belangrijke rol. Preussler werd sterk beïnvloedt door Duitse en Russische sagen en legenden.
Volksverhalen
Preussler werd op 20 oktober 1923 geboren in Reichenberg in Bohemen (in het tegenwoordige Tsjechië). Hij was de zoon van een onderwijzersechtpaar en werd al op jonge leeftijd in contact gebracht met de sagen en legenden uit de streek waar hij woonde. Vooral zijn grootmoeder Dora was een inspiratiebron voor hem.
Krijgsgevangenschap
Na zijn eindexamen in 1942 wordt Preussler direct naar het Oostfront gestuurd, waar hij in 1944 gevangen genomen wordt. Zijn gevangenschap duurt vijf jaar en deze periode laat een grote invloed achter. Tijdens zijn verblijf in Rusland hoort Preussler veel Russische volksverhalen, die hij later zal verwerken in zijn eigen verhalen. Na vijf jaar, in 1949, wordt Preussler vrijgelaten en keert hij terug naar Duitsland, waar hij zijn familie terug vindt. Datzelfde jaar nog trouwt hij met Annelies Kind, zijn jeugdliefde.
Schrijven
Hij besluit in de voetsporen van zijn ouders te treden en les te gaan geven. Hij volgt een opleiding en werkt als journalist om zo iets bij te verdienen. Ook begint hij met het schrijven van verhalen voor kinderen. In 1953 gaat hij lesgeven aan een school in Rosenheim, waar hij blijft werken tot 1970. In 1956 heeft hij voor het eerst met een van zijn verhalen 'Der kleine Wasserman' (de kleine Waterman). In de vroege jaren wordt hij vaak geïnspireerd door zijn eigen kinderen, aan wie hij verhalen vertelt, die hij later vastlegt.
Meester van de Zwarte Molen
In Nederland wordt Preussler vooral bekend door zijn boek Meester van de Zwarte Molen (ook wel bekend als 'Krabat'), een boek voor de oudere jeugd. Dit boek krijgt in 1973 de Zilveren Griffel. In 2008 kwam de verfilming van het boek uit onder regie van Marco Kreuzpainter.
Prijzen
Preussler heeft voor zijn werk diverse prijzen ontvangen zoals de Grote Prijs van de Duitse Academie voor Kinder-en Jeugdliteratuur, de Zilveren Griffel, de Eichendorff Literatuurprijs, de Europese Jeugdboekenprijs en nog vele anderen.
Na de dood
Inmiddels is Preussler vooral een schrijver in ruste, maar hij heeft zich in deze periode toegelegd in het vastleggen van zijn herinneringen aan zijn krijgsgevangenschap. Deze herinneringen dienen echter pas na zijn dood te worden uitgegeven.
Bibliografie van werken die in het Nederlands zijn vertaald:
- 1956 De kleine Waterman
- 1957 De kleine Heks
- 1966 Het Spookje
- 1966 Sterke Wanja
- 1971 Meester van de zwarte Molen
- 1988 Klokslag twaalf en andere Verhalen