De Markerwaard, de polder die er niet kwam
De plannen van ingenieur Lely om de Zuiderzee af te sluiten en grote stukken land te winnen door inpoldering, waren niet minder dan ambitieus te noemen. Het is niet bij plannen gebleven. De Zuiderzee is nu IJsselmeer, polders als de Noordoostpolder en het Zuidelijk en Oostelijk Flevoland vormen nu de provincie Flevoland. Maar hoe zit het met die andere grote polder, de Markerwaard?
Het plan Lely
Ingenieur Cornelis Lely bedacht een plan om de Zuiderzee af te sluiten. Het plan had een aantal belangrijk doelen:
- Zorgen dan kustbewoners veilig zouden zijn voor het zeewater
- Zorgen voor nieuwe landbouwgrond door inpoldering
- De kustlijn verkorten, want minder dijken hebben minder onderhoud nodig
- Het verkorten van de verbinding tussen Noord-Holland en Friesland
Als belangrijkste punt werd gezien het creëren van nieuwe landbouwgrond. Er was immers door de groei van de bevolking meer behoefte aan voedsel.
Nieuwe polders in het plan Lely
De aan te leggen polders in het plan van Lely /
Bron: Cornelis Lely, Wikimedia Commons (Publiek domein)Nadat de Zuiderzeewet in het parlement was aangenomen, konden de Zuiderzeewerken van start gaan. In het zuidelijk deel van het nieuwe IJsselmeer, dat met de voltooiing van de Afsluitdijk in 1932 was ontstaan, had Cornelis Lely een drietal grote polders bedacht. De namen waren in zijn idee verwijzingen naar de locatie binnen het in te polderen gebied.
- De Noordoostpolder
- De Zuidoostpolder
- De Zuidwestpolder
Na de aanleg van de eerste Flevopolder, de Noordoostpolder, vond men de namen toch niet erg aansprekend. De Zuidoostpolder, die in twee stukken aangelegd moest worden, kreeg de namen Oostelijk Flevoland en daarna het Zuidelijk Flevoland. De Zuidwestpolder zou later genoemd worden naar het eiland Marken, dat deel van de nieuwe polder zou worden: Markerwaard.
Van noordoost naar zuidwest
De eerste grote polder die zou worden aangelegd, was de Noordoostpolder. In 1942 kwam deze polder droog te liggen. De voorbereidingen voor de volgende polder, toen nog Zuidwestpolder genoemd, waren toen al begonnen. Het eerste stukje van de dijk tussen Noord-Holland en Marken kwam al in 1941 gereed. Er was dus al een begin gemaakt met de latere
Markerwaard.
Nieuwe volgorde
Na dat eerste beginnetje van de zuidwestpolder, werd besloten de polders in een andere volgorde aan te leggen. Het stukje dijk bleef liggen waar het lag, en men ging in de zuidoostelijk hoek verder. Was dit niet gebeurd, dan had de Markerwaard er nu ongetwijfeld gelegen. Nu was het eerst de beurt aan Oostelijk Flevoland, dat in 1957 droog kwam te liggen. Er werd in datzelfde jaar opnieuw een dijk aangelegd in het plan Markerwaard, de dijk van Noord-Holland naar het eiland Marken. Ondertussen ging het inpolderingswerk in het Zuidelijk Flevoland door, deze polder kwam in 1968 droog te liggen. Nu ging de aandacht weer volledig naar de toekomstige Markerwaard. Men begon met de aanleg van de volgende dijk, de Houtribdijk, tussen Enkhuizen en de nieuwe, toekomstige, provinciehoofdstad Lelystad. Deze dijk, die in 1976 gereed kwam, splitste het water in twee delen. Ten noorden van de dijk ligt het IJsselmeer, ten zuidwesten van de dijk het Markermeer, dat later de Markerwaard zou worden.
Twijfels over de Markerwaard
Nederland was veranderd sinds het moment dat de plannen van Lely waren geïntroduceerd. Hoewel de bevolking sterk was gegroeid, was door internationale handel en verbeterde productiemethoden het gevreesde voedselprobleem uitgebleven. Er was daardoor veel minder vraag naar landbouwgrond dan aanvankelijk was gedacht. Ook was het nieuwe Markermeer uitgegroeid tot een belangrijk voedselgebied voor veel watervogels. Kwesties waarmee de politiek worstelde. Moest er nog wel zoveel geïnvesteerd worden in de inpoldering van de Markerwaard, als er steeds minder voordelen tegenover stonden? Bovendien werd geopperd, dat het Markermeer prima dienst kon doen als groot zoetwaterreservoir. Als laatste element, het nieuwe Markermeer werd steeds belangrijker voor de watersportliefhebber.
Politiek
In 1980 nam het kabinet Van Agt-I het beleidsvoornemen tot inpoldering van de Markerwaard. De plannen konden worden uitgewerkt. De Markerwaard zou een polder worden van 41.000 hectare, vooral landbouwgrond. Als begin jaren negentig met de uitvoering van de plannen begonnen zou worden, zou de nieuwe polder rond de eeuwwisseling klaar kunnen zijn. Het liep anders. In 1986 waren de politieke twijfels omtrent wenselijkheid en haalbaarheid van de inpolderingsdoelen zozeer gerezen, dat het kabinet Lubbers-II besloot het Markerwaard-besluit op te schorten. De discussie omtrent de Markerwaard schoof naar de achtergrond, steeds minder mensen waren in de nieuwe polder geïnteresseerd. In 2003 viel het definitieve besluit: de Markerwaard wordt niet meer aangelegd.
Lelystad
In de plannen rond alle inpolderingen was voorzien dat de nieuwe polders samen een nieuwe provincie moesten vormen. Als provinciehoofdstad werd de stad Lelystad gepland en gebouwd, de stad die zijn naam dankt aan de bedenker van de uitgevoerde inpolderingsplannen, ingenieur Cornelis Lely. Het spreekt vanzelf, dat de nieuwe provinciehoofdstad min of meer centraal in de nieuwe provincie moest komen te liggen. Doordat de Markerwaard uiteindelijk niet werd aangelegd, kwam Lelystad niet centraal, maar aan de zijkant van de provincie Flevoland te liggen.
Toch ontwikkelingen: de Markerwadden
Dat de Markerwaard niet wordt aangelegd betekent niet, dat er geen plannen voor het gebied ontwikkeld worden. Er wordt dan wel geen grote polder aangelegd, maar in 2012 kwam de Vereniging Natuurmonumenten met het idee om in het noordelijk gedeelte van het Markermeer een natuurgebied aan te leggen, waarin enkele eilandjes een centrale plaats moeten krijgen, de
Markerwadden. De eilandjes, met moeras, wilgen en rietvelden, zouden een broed en rustoord voor vogels moeten worden. In 2012 en 2013 kreeg de Vereniging Natuurmonumenten van de Nationale Postcode Loterij en de Nederlandse Staat samen 45 miljoen euro, waarmee de start gemaakt kan worden. In 2013 werd de intentieverklaring Marker Wadden ondertekend. De werkzaamheden zouden in 2015 van start kunnen gaan.