De Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC)
De Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC) werd in het jaar 1602 opgericht. Dit Nederlandse bedrijf was uniek in zijn soort. Het was het eerste bedrijf dat op een grote schaal wereldwijd handelde. Naast de import van specerijen werden er nog talloze andere producten verscheept. De VOC had zijn eigen vloot om ervoor te zorgen dat er zoveel mogelijk producten vervoerd konden worden. In de periode dat de VOC bestond waren er talloze oorlogen en schermutselingen gaande tussen verschillende landen en volkeren. Het bedrijf was hier dikwijls bij betrokken om haar eigen handel te beschermen.
De Verenigde Oost-Indische Compagnie
De oprichting van de Verenigde Oost-Indische Compagnie
De Verenigde Oost-Indische Compagnie werd aan het begin van de zeventiende eeuw opgericht. Het werd in deze tijd geschreven als de "Vereenigde Oostindische Compagnie". De afkorting hiervan is de "VOC". Het was het eerste handelsbedrijf met een internationaal overzeese handel. Tevens waren er zelfs in meerdere landen vestigingen aanwezig. Hiernaast kon er voor het eerst gehandeld worden in aandelen. Deze mogelijkheid zorgde ervoor dat meerdere mensen zeggenschap konden krijgen over het bedrijf.
Periode
De Verenigde Oost-Indische Compagnie ontstond in het jaar 1602. Het bedrijf heeft bijna tweehonderd jaar bestaan. In het jaar 1798 werd namelijk het handelsbedrijf opgeheven. Tijdens het hoogtepunt van de VOC had het bedrijf bijna dertigduizend werknemers in dienst. Het grootste gedeelte hiervan was werkzaam in Azië.
Bron: Onbekend, Wikimedia Commons (Publiek domein) De handel
Er werd in allerlei verschillende producten gehandeld. Dit zorgde ervoor dat het bedrijf zeer divers was en op meerdere plekken op de wereld kon handelen. Tevens konden hiermee de behoeften van de bevolking vervuld worden. De meeste producten werden van Azië naar Europa verscheept. Slechts een klein deel ging echter van Europa richting Azië. Deze producten waren moeilijk te fabriceren zonder voldoende kennis in pacht te hebben. Hierbij moet men denken aan onder andere medische handboeken, wapens en wetenschappelijke instrumenten. De producten die vanuit Azië richting Europa werden geëxporteerd hadden meestal met voedsel te maken. Enkele voorbeelden hiervan zijn specerijen, kruiden, suiker en koffie. Hiernaast werd er salpeter vervoerd.
Specerijen
Ondanks dat er meerdere producten werden verscheept, bestond meestal meer dan vijftig procent van de lading uit specerijen. Dit komt omdat deze specerijen oorspronkelijk niet in Europa voorkwamen. Hiernaast konden deze specerijen niet in Europa gekweekt worden. Dit heeft te maken met het klimaatverschil. Ze kwamen namelijk uit landen met een warm (sub)tropisch klimaat. Peper was het meest populaire product dat verhandeld werd. Hiernaast werd er een grote hoeveelheid salpeter verscheept. Dit werd gebruikt voor het produceren van buskruit. Buskruit was in deze tijd hard nodig om de schepen te verdedigen en zelfs oorlogen mee uit te vechten. Hierbij konden er ook conflicten ontstaan met de lokale bevolking of vorsten die de macht hadden.
Slavernij
Er werden soms overeenkomsten geforceerd waarbij de bevolking niets over te zeggen had. Hierdoor werden ze gedwongen om bepaalde producten te produceren. Een deel van de inheemse bevolking werd zelfs tot slaaf benoemd. De schepen legden enorme afstanden af. Deze zeetochten duurden soms wel vele maanden. Om vanuit Nederland per schip Azië te kunnen bereiken, was men meestal zo'n acht maanden onderweg. Tijdens deze reis werden er vaak slaven aan het werk gezet.
Het handelsgebied
Een groot gedeelte van Azië behoorde tot het handelsgebied van de VOC. Door middel van ontdekkingsreizen konden er betere en snellere zeeroutes gevonden worden om deze gebieden te bereiken of zelfs nieuwe gebieden te ontdekken. Tevens werden er tochten georganiseerd om de handelsbetrekkingen met deze gebieden te versterken. Op de aangegeven kaart zijn de meest winstgevende handelsgebieden weergegeven.
De oorlogen waarbij de VOC bij betrokken was
In 1603 kreeg een admiraal de opdracht om de VOC-vloot uit te varen richting open zee. Pas na het lezen van geheime instructies werd pas bekend dat de vloot een grootschalige oorlog moest gaan voeren. De bemanningsleden waren hier niet op voorbereid omdat zij verwacht hadden dat het een handelsmissie zou gaan worden. In de instructies stond echter beschreven dat de vloot diverse handelsposten moest aanvallen die in het bezit waren van de Portugezen. Later heeft de VOC ook oorlog gevoerd tegen de Spanjaarden om in Azië meer macht te krijgen. Men wilde namelijk een monopoliepositie bemachtigen voor het verkrijgen van specerijen. Sommige aandeelhouders waren het hier echter niet mee eens. Een deel was namelijk bang dat het negatief zou uitpakken voor de handel. Een ander deel van de aandeelhouders was het er moreel niet mee eens dat mensen op een wrede wijze vermoord werden. Vanaf 1609 kreeg de VOC echter steun van de Staten-Generaal waardoor zij onder andere de financiële en materiële middelen kreeg om het bedrijf draaiende te houden. Hierdoor kreeg de VOC onder andere schepen en wapens om zichzelf te kunnen verdedigen.