Paleo-indianen: de eerste mysterieuze inwoners van Amerika
De eerste inwoners van Amerika worden ook wel paleo-indianen genoemd. Het is moeilijk te achterhalen hoelang geleden de eerste inwoners naar Amerika zijn gekomen. Er zijn sporen van 15.000 jaren geleden maar vondsten van 50.000 jaren oud worden ook wel geaccepteerd door wetenschappers. Dat zou dus betekenen dat de eerste inwoners al veel eerder in Amerika aanwezig waren dan eerst werd gedacht. De eerste bewoners waren voornamelijk jagers die rondtrokken. DNA-onderzoek heeft aangetoond dat er een duidelijk verband is tussen de Amerikaanse indianen en bepaalde volkeren in Centraal-Azië zoals: de Bhutanen, Tibetanen en Kazachen. Een grote talengroep van de indianen is verwant aan een talengroep van de Siberische talen. Ook zou DNA hebben aangetoond dat er een verband is tussen de indianen en Europeanen. Waar de paleo-indiaan vandaan komt blijft ondanks de vele theorieën over waar ze vandaan zou komen een mysterie.
Paleo-indiaan als eerste bewoner van Amerika
Er zijn vondsten gedaan van bewoning van Amerika zo'n 15.000 jaren geleden en het lijkt erop dat er zelfs oudere sporen zijn gevonden van misschien wel meer dan 100.000 jaren geleden. Deze eerste inwoners worden paleo-indianen genoemd en waren voornamelijk rondtrekkende jagers. Waar kwamen deze mensen vandaan? Op die vraag zijn al heel veel theorieën losgelaten. Kunnen we dit mysterie ontrafelen? De bekendste theorie gaat er vanuit dat de indianen via de straat van Bering naar Amerika zijn gekomen. Verder is uit genetisch onderzoek gebleken dat er 4 à 5 verschillende immigratiegolven moeten zijn geweest. Deze conclusie is echter politiek gevoelig en omstreden.
Cloviscultuur
Bij het plaatsje Clovis in Mexico waren sporen aangetroffen van menselijke voorwerpen alsmede resten van Colombiaanse mammoeten. Via de koolstofdatering werd het duidelijk dat de pijlpunten zeker 13.000 jaren geleden vervaardigd waren. Op andere plaatsen in Amerika werden vergelijkbare pijlpunten aangetroffen. De cultuur die verantwoordelijk was voor deze pijlpunten werd de Cloviscultuur genoemd. Uit onderzoek bleek verder dat in die tijd Amerika en Azië nog met elkaar verbonden waren door middel van een brug, de Beringlandbrug. De brug zou zo'n 45.000 tot 12.000 jaren geleden hebben bestaan. Het ijs dat in de ijstijd nog Canada bedekt had was er niet meer en zo kwam de weg naar Amerika vrij. Later onderzoek bracht weer twijfel over deze mogelijkheid en er zou geen vrije passage geweest zijn in die periode.
Pre-Cloviscultuur
Na de vondsten van de Cloviscultuur zijn er allerlei archeologische vondsten gedaan waaruit is gebleken dat de menselijke activiteit eerder gedateerd kan worden dan 13.000 jaren geleden. De sporen gaan toch zeker zo'n 14.550 jaren terug. Deze sporen worden aangeduid als de Pre-Cloviscultuur. De oudste archeologische vondsten van mensensporen in Amerika zouden zelfs 50.000 jaren teruggaan, dat is van voor de tijd dat er een landbrug tussen Alaska en Siberië bestond. De vraag waar de eerste bewoners vandaan kwamen is door deze vondsten weer relevant geworden. Er zouden ook oudere vondsten zijn, zeker ouder dan 100.000 jaren, maar die worden niet geaccepteerd door de wetenschappers. Anno 2020 is er melding gemaakt van sporen van de eerste indianen in een grot in Mexico. De sporen dateren van 28.000 tot 33.000 jaar geleden. Het oorspronkelijke artikel verscheen in de NRC. De vondst is vooralsnog omstreden.
Overkill-theorie
Paul Martin was een Canadese paleontoloog die in 1970 met de overkill-theorie kwam. Het was hem namelijk opgevallen dat kort na het verschijnen van de Cloviscultuur vele grote diersoorten uitstierven. Volgens hem werd dat vermoedelijk veroorzaakt door de overbejaging van de paleo-indianen. Deze theorie werd een gangbare geaccepteerde theorie onder wetenschappers. Later dacht men dat wellicht de grote diersoorten al eerder waren uitgestorven dan eerst werd gedacht.
DNA-onderzoek naar herkomst paleo-indiaan
Uit DNA onderzoeken is verder gebleken dat de indianen een gemeenschappelijke voorgeschiedenis hebben. Uit het DNA-onderzoek zijn een vijftal bevindingen naar voren gekomen:
- Het DNA-onderzoek heeft aangetoond dat een kleine groep verantwoordelijk is geweest voor een groot aantal afstammelingen. Alle huidige inheems Amerikaanse lijnen stammen van slechts vijf oorspronkelijke moederlijnen af die op hun beurt weer één gemeenschappelijke voorouder hadden zo'n 18.000 jaren geleden;
- Uit het onderzoek bleek verder dat de basisbevolking van Noord- en Zuid-Amerika zich in de duizenden jaren daarna over het continent verdeeld had en geïsoleerd leefde van Euraziatische volkeren;
- De voorouders van de paleo-indianen zijn afkomstig uit Centraal-Azië. Genetisch onderzoek toont aan dat de Amerikaanse indianen en de inwoners van Siberië verwant zijn. Verder zijn er overeenkomsten met de inwoners van Bhutan, Tibetanen, Jakoeten, Oeigoeren en Kazachen en ook de Aino uit Japan;
- Vervolgens is uit DNA-onderzoek gebleken dat er sterke overeenkomsten waren van indianen met voorouders uit Europa en West-Azië. Dat zou betekenen dat een derde van de indianen Europese of West-Aziatische wortels hebben en dat twee derde dus afstamt van Oost-Aziatische voorouders;
- DNA heeft aangetoond dat de indiaanse stammen langs de Westkust in Canada van de eerste bewoners afstammen.
Theorie immigratiegolven
Gezien de resultaten van het DNA-onderzoek zou het verdedigbaar zijn om te stellen dat er verschillende migratiegolven naar het Amerikaanse continent hebben plaatsgevonden. Deze theorie is echter politiek zeer gevoelig en omstreden omdat indianen er niet blij mee zijn dat er gesuggereerd wordt dat zij oudere bewoners van het continent verdreven of vermoord zouden hebben. Wanneer er sprake is van een migratie hoeft dat natuurlijk helemaal niet het geval te zijn, oude bewoners zouden zich ook hebben kunnen vermengen met de nieuwe bewoners.
Taalkundige vergelijking
Op basis van taalkundige vergelijkingen zouden er drie immigratiegolven geweest kunnen zijn. De indianen kunnen worden ingedeeld in drie taalfamilies:
- Amerindiers;
- Na-déne-volkeren;
- Eskimo's en Aleoeten.
Siberië
Dat de Eskimo's en Aleoeten later zijn gekomen zo rond het jaar nul wordt door iedereen geaccepteerd. Deze groep wordt in principe dan ook niet tot de indianen gerekend. De indeling in de andere twee groepen worden niet algemeen geaccepteerd. Een stelling is dat de Na-Déne talen verwant zijn aan de Jenisesjische talen, een talengroep van zes Siberische talen. Dit zou betekenen dat deze groep waarschijnlijk later naar Amerika is gekomen dan de andere indianen.
Theorieën over waar de paleo-indianen vandaan zijn gekomen?
Er zijn een aantal theorieën over de herkomst van de oudste bewoners van Amerika.
Beringstraat over zee
In eerste instantie was de theorie dat de paleo-indiaan via de straat van Bering met het terugtrekken van het ijs Amerika is binnen komen wandelen. Die theorie zou niet meer passen op de tijdlijn. Daarna is de theorie in de mode gekomen dat de paleo-indiaan inderdaad via de Beringstraat is gekomen maar dan via bootjes. Het lijkt erop dat deze theorie ondersteund wordt door vondsten die er gedaan zijn in het Noorden van Amerika. Hoewel de echte bewijzen ervoor eigenlijk ontbreken en waarschijnlijk ook nooit gevonden zullen worden.
De eerste mens is veel eerder naar Amerika gekomen
Er zijn ook vondsten gedaan die waarschijnlijk van veel eerder stammen dan eerst gedacht. Bepaalde voorwerpen zouden 130.000 jaren oud zijn. Er zijn wel voorwerpen aangetroffen maar geen botten van mensen dus is het moeilijk te bepalen om welke mensensoort het gaat.
Andere controversiële theorieën
De komst van de mens in Amerika zou verklaard moeten worden door de ondergang van Atlantis of een verloren stam van Israël. De mormonen hangen nog steeds het geloof aan dat de indianen tot een verloren stam van Israël behoorden. Volgens sommige gelovige onderzoekers zouden de naakte indianen rechtstreeks uit het Paradijs afkomstig zijn.
Europa
Speerpunt Solutreen-cultuur /
Bron: Publiek domein, Wikimedia Commons (PD)
Volgens sommige archeologen zouden de eerste bewoners met boten uit Europa gekomen zijn. Volgens hen zijn er grote overeenkomsten tussen de Cloviscultuur en de Solutreen-cultuur. Solutreen verwijst naar een vindplaats in Frankrijk van restanten van een groep jagers uit de IJstijd stammende uit een tijd zo'n 15.000 jaren à 20.000 jaren geleden. Genetisch gezien lijken er ook overeenkomsten te bestaan tussen Europeanen en de Ojibwa of Ojibweg, de grootste groep inheemse bewoners van Noord-Amerika. Deze theorie wordt niet breed gedragen.
Polynesiërs of Aboriginals
De schedels van de oudste indianen lijken een verband te suggereren tussen die van de Polynesiërs en zelfs de Aboriginals. Deze zouden ook met bootjes naar Amerika kunnen zijn gekomen. Deze theorie is lastig omdat het niet te plaatsen is op de tijdlijn. De eerste bewoning van Polynesië moet geplaatst worden na de eerste bewoning van Amerika. Thor Heyerdahl heeft met zijn zelfgebouwde vlotten naar prehistorisch model geprobeerd aan te tonen dat het mogelijk was om daarmee de Atlantische oceaan over te steken vanuit Amerika naar Polynesië. Zijn bevindingen worden echter niet echt serieus genomen. In mei 2019 verscheen er een artikel over Darrell Crawford een indiaan van de stam van de zwartvoet indianen in Montana. Volgens DNA onderzoek is hij degene wiens DNA terug kon worden getraceerd tot 17.000 jaren geleden in Amerika en zouden zijn voorouders afkomstig zijn van de Pacifische eilanden.
Overige theorieën
Er zijn ook overige theorien bekend die niet lijken te kloppen met de ons bekende tijdlijn. Andere populaire theorieën die niet perse wetenschappelijk ondersteund worden zijn:
- Erich von Daniken ziet een verband tussen de eerste indianen en buitenaardse wezens;
- Indianen zijn Berbers of Hindoes.
Conclusie over de herkomst van de mysterieuze paleo-indianen
Waar de paleo-indiaan vandaan komt blijft ondanks de vele theorieën nog een onopgelost mysterie. Hoewel de ene theorie plausibeler lijkt dan de anderen kan geen van de theorieën alle vraagtekens wegnemen. Er blijft gesteggel over de precieze data en routes die er zijn genomen. In heel Noord- en Zuid-Amerika zijn er gebruiksvoorwerpen van mensen aangetroffen. Op basis van bepaalde factoren zoals bloedgroepen, taal en genetische samenstelling is er een duidelijk verband tussen de inheemse Amerikanen en de Siberische bevolkingsgroepen. Bovendien wijzen de resultaten van wetenschappelijk onderzoek dat er waarschijnlijk meerdere migratiegolven zijn geweest.