De Vikingen: echte ontdekkingsreizigers

De Vikingen waren uitmuntende zeelui en ontdekkingsreizigers. Dit zorgde ervoor dat ze een breed terrein veroverden. Ook de handel strekte zich uit tot in verre streken als Amerika en Kiev. De Vikingen ontdekten Amerika zelfs eerder dan Columbus. De Vikingen brandden vele steden en dorpen af, en plunderden vele kloosters en namen alles wat ze konden als buit mee. Ondanks deze wreedheid waren de meeste Scandinaviërs aan het thuisfront vreedzame boeren.

Het dagelijks leven van een Viking

Thuis waren de Vikingen hele vreedzame mensen. Ze woonden in kleine plattelandsdorpen waar ze gewassen verbouwde zoals gerst, kolen, bonen. Ook hielden ze dieren aan huis zoals varkens, runderen, schapen en geiten. Maar de belangrijkste vorm van voeding was de jacht en visvangst. Dit was omdat veel streken niet of minder geschikt voor landbouw waren. De Vikingen dreven ook handel voor basisproducten als hout en ijzer te verwerven waar ze hun huizen mee bouwden. Een paar handelsproducten waren ivoor, walrusivoor en bont.

De boerderij van een Viking was meestal een rechthoekig gebouw van steen of hout, De daken waren meestal van riet. Hierbinnen speelden er zich verschillende huishoudelijke taken af, waaronder koken, eten en slapen. Naast de boerderij hadden de meeste Vikingen nog een kleiner huisje. Hier werden de goederen opgeslagen. De meeste Vikingen leefden in boerderijen dus er waren nooit echt steden voor 800 n.C. Door de toenemende rijkdom en welvaart en de ontwikkeling van het christendom waren er 1000 n.C. enkele steden. Er zijn veel opgravingen na gedaan en veel voorwerpen zoals zilveren spelden en munten zijn gevonden, ook resten van gebouwen zijn gedeeltelijk of volledig blootgelegd.

Ontdekkingsreizen en overvallen

In de periode vanaf 750 n.C. tot 1100 maakten de Scandinaviërs uitgebreide reizen. De Denen en Noren waagden zich vooral naar het westen, naar Engeland en over de Atlantische Oceaan. Deze Scandinaviërs stonden bekend als de Vikingen en de Noormannen. Deze volkeren stonden vooral bekend om hun wreedheid en plunderingen in het westen. Groot-Brittannië werd in de 8ste eeuw na Christus verrast door een plaag, namelijk de Vikingen.

Overvallen in Groot-Brittannië

De eerste historische verwijzing naar een aanval op Groot-Brittannië was in 789 n.C. Toen 3 vikingschepen aan land kwamen, een ambtenaar wou de vreemdelingen begroeten maar werd gedood. 4 jaar later volgde een grote rooftocht op het eiland Lindisfarne bij de kust van Northumberland, waar het plaatselijke klooster werd geplunderd en de monniken werden gedood. Daarop volgden nog vele plunderingen waaronder de kolonisering van IJsland. Dit gebeurde vermoedelijk tussen 870 en 930.

Vikingschepen

De Vikingen waren heel vaardig in het bouwen van schepen. De schepen waren sterk genoeg om de Atlantische Oceaan over te steken. De Vikingschepen waren berucht en waren over de hele Noordzee te vinden. Deze schepen plunderden alle vijandige schepen die ze tegenkwamen. Van onderhandeling was meestal geen sprake. Ze waren ook de eerste die Groenland bereikten. De meeste van deze schepen werden tussen de 8ste en 10de eeuw n.C. gebouwd. In Noorwegen zijn veel beroemde Vikingschepen te bezichtigen. De eerste primitieve Vikingschepen werden zelfs van boomstammen gemaakt.