Sophie van Württemberg (1818-1877); koningin der Nederlanden
Het huwelijk tussen de Sophie van Württemberg en Willem III der Nederlanden was vanaf het begin af aan slecht en ze waren dan ook de eerste koning en koningin die een officiële scheiding van tafel en bed aanvroegen. Dat het leven met de grillige Willem III niet makkelijk was bleek ook wel uit het feit dat Sophie hem in haar memoires omschreef als "... een geestelijk gestoord mens. (...) dit onberekenbare mengsel van absurditeit, onmenselijkheid en dwaasheid - met daartussenin ogenblikken van welwillendheid en rechtvaardigheid". Hoe kon het zo mis gaan tussen hen terwijl Willem III bij hun derde ontmoeting tot over zijn over verliefd werd op zijn aanstaande vrouw?
Inhoud
Sophie's vader, Willem Frederik Karel van Württemberg /
Bron: Joseph Karl Stieler, Wikimedia Commons (Publiek domein)Familie van Württemberg
Sophia Frederika Mathilda van Württemberg werd geboren op 17 juni 1818 in de Duitse stad Stuttgart en kreeg na haar geboorte de roepnaam Sophie. Ze was de tweede dochter uit het tweede huwelijk van haar vader, Willem Frederik Karel (1781-1864), koning van Württemberg, en zijn vrouw, Catharina Paulowna van Rusland (1788-1819). Zowel Sophie's vader als haar moeder hadden al kinderen uit hun eerdere huwelijk en twee jaar voor de geboorte van Sophie had haar moeder het leven geschonken aan Sophie's oudere zus, Maria Frederika Charlotte - roepnaam Maria - (1816-1887). Aangezien Sophie's moeder zeven maanden na haar geboorte overleed werd ze aan de zorg van haar tante, Catharina van Württemberg (1783-1835), toevertrouwd. Nadat haar vader was hertrouwd mocht Sophie weer naar huis komen en haar stiefmoeder, Pauline van Württemberg (1800-1873), nam de zorg over Sophie en haar oudere zus Maria op zich.
Jeugd Sophie
Sophie en Maria waren, via hun moeder, nichtjes van de Russische tsaar, Alexander II (1818-1881), en dat er koninklijk bloed door hun aderen stroomden was te merken aan hun opvoeding. Zo kregen beide dames op jonge leeftijd Russische en Zwitserse gouvernantes toegewezen die ze diverse talen leerden zoals Russisch, Duits en Frans. Tevens werd er ook veel gedaan aan de culturele opvoeding van de twee zusjes en zowel Sophie als Maria waren in staat meerdere muziekinstrumenten te bespelen. Toen Maria en Sophie oud genoeg waren om onderwijs te volgen kregen ze diverse privéleraren toegewezen die hen les gaven in geschiedenis, aardrijkskunde en letterkunde. Om te controleren of zijn beide dochters wel voldoende studeerden moesten zowel Sophie als Maria twee keer per jaar - onder toezicht van hun vader - een examen af leggen. Met name Sophie bleek zeer intelligent en leergierig te zijn en op eigen verzoek werd ze ook ingewijd in politieke onderwerpen en staatskundige zaken.
Op zoek naar een man
Ondanks dat Sophie's vader een ruimdenkende man was, en mede daarom door Sophie op handen werd gedragen, was hij wel van mening dat zijn dochters een huwelijk uit dynastiek oogpunt moesten sluiten. Met andere woorden, liefde was niet belangrijk, het vergroten van de macht van de familie van Württemberg wel. Haar vader vond alleen een koning of een man die uitzicht op de troon had goed genoeg voor zijn dochter(s), maar wees ondanks dat het verzoek van koning Otto I (1815-1867) van Griekenland af, omdat hij Griekenland een 'bastaard-koninkrijk' vond. Nadat nog een aantal vorsten en kroonprinses zonder succes om Sophie's hand hadden gevraagd besloot haar vader de knoop door te hakken en sloot een overeenkomst met de aankomende koning der Nederlanden, Willem II (1792-1849). Beide heren hadden besloten dat hun kinderen met elkaar in het huwelijk zouden treden en waar kroonprins Willem Alexander Paul Frederik Lodewijk (1817-1890) - kortweg Willem III - dit goed nieuws vond, was Sophie weinig enthousiast.
Sophie's man, koning Willem III der Nederlanden /
Bron: Nicolaas Pieneman, Wikimedia Commons (Publiek domein)Leven in de Nederlanden
Aangezien Willem III en Sophie via hun moeders - Willems moeder, Anna Paulowna (1795-1685), was de zus van Sophie's moeder Catharina Paulowna - neef en nicht waren kende het tweetal elkaar van eerdere familiebezoeken. Waar Willem III tot over zijn oren verliefd werd op Sophie, voelde zij niets voor hem en vroeg haar vader om bedenktijd. Naast het feit dat Sophie niet verliefd was op Willem III was ze ook van mening dat ze van betere komaf was en stak dit dan ook niet onder stoelen of banken. Uiteindelijk besloot Sophie, naar eigen zeggen 'om een offer aan haar vader te brengen', het aanzoek van Willem III te accepteren en op 18 juni 1839 vond de huwelijksplechtigheid plaats in Sophie's geboortestad Stuttgart. Na de plechtigheid vertrokken Willem III en Sophie direct naar de Nederlanden en namen twee weken later hun intrek in het Paleis aan het Plein in Den Haag. Sophie werd niet door iedereen even vriendelijk ontvangen, met name haar schoonmoeder (en tante) Anna Paulowna, was fel tegen het huwelijk van Willem III en Sophie geweest en maakte haar schoondochter meteen duidelijk dat ze haar niet kon zien of luchten.
Slecht huwelijk
Het huwelijk tussen Willem III en Sophie was vanaf dag één gedoemd om te mislukken. Waar Willem III in het begin oprechte gevoelens had voor zijn vrouw kon Sophie het niet laten om hem voortdurend duidelijk te maken dat hij minderwaardig was en zij hem op veel gebieden de baas was. Sophie was zeer intelligent en op dat gebied de meerdere van haar man en kon het niet laten om hem dat voortdurend in te wrijven. Willem III reageerde op de pesterijen van zijn vrouw door vele buitenechtelijke affaires aan te gaan en geen geheim te maken van zijn seksuele escapades. Ook het feit dat Willem III een zeer grillig karakter had en het niet kon laten om zijn personeel te pas en te onpas te straffen voor kleine (niet bestaande) vergrijpen, maakte dat Sophie weinig respect voor haar man had. Door de vele spanningen in haar huwelijk kreeg Sophie last van 'zenuwaanvallen' en reisde dan ook regelmatig naar een kuuroord in Bad Ems om bij te komen van alle hectiek en spanning in Den Haag.
Crisis
Toen koning Willem I (1772-1843) op 7 oktober 1840 zijn kroon overdroeg aan zijn zoon, Willem II, werden Willem III en Sophie automatisch kroonprins en -prinses der Nederlanden. Helaas maakte deze titel niet dat het echtpaar nader tot elkaar kwam mede omdat Sophie van mening was dat haar man de koningstitel niet waardig was en zij het als regentes veel beter zou doen. Ook de geboorte van hun zoon Willem Nicolaas Alexander Frederik Karel Hendrik - roepnaam Wiwill - (1840-1879) op 4 september 1840 bracht het paar niet dichter bij elkaar en in 1842 vroeg Sophie haar schoonvader om hulp. In een lange brief legde ze hem uit dat ze door haar man werd mishandeld en bedreigd en tevens werd gedwongen tot "schandalige handelingen die de zeden en de waardigheid kwetsen van iedere vrouw". Omdat haar situatie onhoudbaar was geworden vroeg ze toestemming om samen met haar zoon ergens anders te gaan wonen, omdat hij de zorg van zijn moeder nodig had. Wat het antwoord van haar schoonvader precies was, was niet duidelijk maar feit was dat Sophie bleef waar ze was en op 15 september 1843 het leven schonk aan Willem Frederik Maurits Alexander Hendrik Karel - roepnaam Maurits - (1843-1850).
Sophie's oudste zoon, Willem Nicolaas Alexander Frederik Karel Hendrik /
Bron: Onbekend, Wikimedia Commons (Publiek domein)Koning en koningin der Nederlanden
De relatie tussen Willem III en Sophie werd alleen maar slechter, zo getuigde een incident dat plaats vond in de zomermaanden van het jaar 1846. Volgens de memoires van Sophie stormde Willem III onverwacht haar kamer binnen en begon haar - zonder aanleiding - te krabben op haar armen, hals en keel. Naar eigen zeggen moest ze dagenlang sjaals en lange handschoenen dragen om de krassen te bedekken en het dieptepunt van haar huwelijk was voor haar bereikt. In de drie jaar die volgden probeerde Sophie zo veel mogelijk haar eigen gang te gaan en spendeerde het grootste deel van haar tijd aan het opvoeden van haar twee zoons. Op 17 maart 1849 ontving Sophie het bericht dat haar schoonvader, koning Willem II, onverwachts was overleden, maar aangezien Willem III op dat moment in Engeland zat - naar verluidt bij één van zijn maîtresses - duurde het enkele dagen voor Sophie hem kon bereiken. Na zijn terugkeer werden Willem III en Sophie op 12 mei 1849 gekroond tot koning Willem III en koningin Sophi
a der Nederlanden. Ze verhuisden van het paleis aan het Plein naar paleis Noordeinde, een verhuizing die met name bij koningin Sophia in goede aarde viel.
Koninklijke ellende
Sophia was vooral een koningin op de achtergrond en één die mocht optreden als decoratie aan de arm van haar man. Ook toen Willem III zijn ministers en parlement tegen zich in het harnas joeg door diverse malen zijn bevoegdheden als koning te schenden en Sophia probeerde te bemiddelen, weigerde hij haar te betrekken bij staatszaken. Helaas maakte de ruzies met zijn ministers en parlement dat Willem III nog humeuriger werd dan hij normaal gesproken al was en voor Sophia werd het steeds moeilijker om hem om zich heen te hebben. Het dieptepunt bereikten Willem III en Sophia toen ze aan het ziekbed van hun zoon Maurits ruzie kregen over welke dokter hem mocht behandelen. Aangezien beide geen strobreed wilden toe geven werd de kleine Maurits uiteindelijk helemaal niet behandeld en overleed op 4 juni 1850. Het overlijden van haar zoon brak Sophia's hart en ze verweet haar man schuldig te zijn aan Maurits dood. Toen Willem III hun oudste zoon Wiwill, kort daarna ook nog naar een kostschool stuurde zonder met haar te overleggen, was voor Sophia de maat vol.
Scheiding van tafel en bed
Ook de geboorte van hun zoon Willem Alexander Carel Hendrik Frederik - roepnaam Alexander - (1851-1884), kon niets veranderen aan het feit dat Willem III en Sophia niet langer meer in staat waren om samen onder één dak te leven. Aangezien een echtscheiding geen optie was, werd besloten over te gaan tot een scheiding van tafel en bed. In 1855 werd de akte door zowel Sophia als Willem ondertekend, waarbij deze voor de buitenwereld verborgen werd gehouden. Willem III en Sophia waren overeengekomen dat Willem de zorg over hun oudste zoon kreeg, terwijl zij voor de kleine Alexander zou zorgen tot hij negen jaar oud was. In de zomermaanden zouden Sophia en Alexander op paleis Huis ten Bosch verblijven en in de wintermaanden kregen ze hun eigen vertrekken op paleis Noordeinde. Wanneer Sophia en Willem III beide op Noordeinde aanwezig waren was het geen van beide toegestaan om de ander een bezoek te brengen zonder toestemming. Tevens diende Sophia en Willem III tegenover de buitenwereld de schone schijn op te houden en dienden bij koninklijke aangelegenheden samen te verschijnen.
Koningin Sophia gefotografeerd rond het jaar 1870 /
Bron: Onbekend, Wikimedia Commons (Publiek domein)Laatste jaren
Nu ze van het juk van haar man was bevrijd kon Sophia eindelijk haar eigen leven gaan leiden en ze startte een levendige correspondentie met vele belangrijke binnenlandse en buitenlandse personen. Door vele vrienden en relaties werd ze gewaardeerd om haar intelligentie en helder kijk op de politiek, maar haar man kon deze eigenschappen nauwelijks waarderen. Bij alle correspondentie die ze voerde hield Sophia altijd de belangen van de Nederlanden in het oog en was op dit gebied wel loyaal aan haar man. Naast het corresponderen met vele belangrijke personen reisde Sophia ook veel waarbij ze onder andere kennis maakte met Florence Florence Nightingale (1820-1910) en keizer Napoleon III (1808-1873). Tevens bezocht Sophia ieder jaar haar vader die tot aan zijn dood in 1864 haar belangrijkste politieke raadgever was. Na zijn overlijden vond ze al snel een goede vriend en politiek raadgever in de vorm van de Engelse politicus, George Villiers (1800-1870), beter bekend als Lord Clarendon.
Betrokkenheid
Sophia liet als koningin blijken haar hart op de juiste plaats te hebben en oprecht betrokken te zijn met haar volk. Via Willem III was Sophia in aanraking gekomen met diverse Hollandse kunstschilders en stond op goede voet met een aantal van hen. Toen de bouw van de Vondelkerk in Amsterdam niet dreigde door te gaan vanwege een gebrek aan financiële middelen organiseerde Sophia een loterij om het benodigde geld alsnog bijeen te krijgen. Naast haar steun aan de kunsten en de letteren was ze ook een grote voorstander van onderwijs en interesseerde zich met name in onderwijs voor de aller kleinste en kinderen met een handicap. Dat ze oprecht begaan was met kinderen bleek ook toen ze in 1869 een bezoek bracht aan het Kinderziekenhuis in Rotterdam en na haar bezoek het ziekenhuis verblijden met een flinke schenking. Als blijk van dank werd de naam van het ziekenhuis verandering in het Sophia Kinderziekenhuis. Als beschermvrouw was Sophia betrokken bij de Sophia Vereniging ter Bescherming van Deren en in 1881 werd ze de beschermvrouw van de vereniging Arbeid Adelt van de vrouwenbeweging.
Overlijden en nagedachtenis
Vanaf het begin van 1877 begon Sophia problemen te krijgen met haar gezondheid en na een bezoek aan een dokter bleek ze niet meer beter te kunnen worden. Ondanks dit nare bericht overleed Sophia op 3 juni 1877 redelijk onverwachts op de leeftijd van 58 jaar oud. Uit het sectierapport bleek dat Sophia's longen, lever, darmen en galblaas zwaar waren beschadigd door de ziekte die haar parten had gespeeld. Conform Sophia's wens werd ze niet gebalsemd en begraven in haar trouwjurk omdat 'haar leven was geëindigd op de dag van haar huwelijk'. Op 20 juni 1877 werd koningin Sophia bijgezet in de grafkelder van de familie van Oranje in de Grote Kerk van Delft. Na haar overlijden werd ze herinnerd als een opvallende vorstin vanwege haar enorme belangstelling op cultureel en wetenschappelijk gebied en haar oprechte interesse in de politiek. Door vrienden werd ze herinnerd als een warme en trouwe vriendin wat ook bleek uit de vele langdurige vriendschappen die ze gedurende haar leven had opgebouwd.