Realisme in literatuur buitenland
Bekende realistische schrijvers uit de Nederlandse literatuur zijn François Haverschmidt en Multatuli, maar welke goede schrijvers hadden andere landen?
Engeland
De romanschrijver Charles Dickens staat nog op de grens van romantiek en realisme. Zijn vroege werk is soms verwant met romantisch genres (sprookjes en griezelverhalen met humoristische tint) terwijl zijn latere romans meer in traditie van het realisme staan (door zijn mededogen met de minderbedeelden). Deze houden toch de trekken van hem vroeger: zo zijn de figuren die hij schetst eerder typen en karikaturen dan psychologische karakters. Zijn beste boeken zijn:
Oliver Twist,
David Copperfield (sterke autobiografische trekken) en
Great Expetations.
Amerika
Het beroemdste Amerikaanse realistische werk is van Herman Melville, die
Moby Dick heeft geschreven. Het verhaal gaat over kapitein Aheb die nog maar van één doel bezeten is: het doden van de grote witte walvis die hem bij een vorig treffen heeft verminkt. De roman is echter veel meer dan een avonturenverhaal op zee: het is ook een studie in menselijke hoogmoed en het probleem van goed en kwaad. De kapitein is enerzijds de edele individuele held die zich weigert neer te leggen bij het noodlot, anderzijds een boosaardige tiran die een verbond met de duivel lijkt te hebben gesloten. In veel opzichten is het een symbolisch boek (het schip vertegenwoordigt de menselijke samenleving in de klein, de walvis is het symbool voor het noodlot) en daardoor overschrijft het de grens tussen realisme en de latere stroming symbolisme.
Frankrijk
De meest zuivere realist is Gustave Flaubert, de schrijver van de beroemdste romans uit de Franse literatuur:
Madame Bovary. Emma Bovary is een tamelijk oppervlakkige jonge vrouw die haar ideeën en idealen vooral haalt uit onbeduidende sentimentele romannetjes. De ietswat saaie dorpsarts met wie zij trouwt, kan niet voldoen aan haar verlangens en ze probeert haar alledaagse bestaan te ontkomen door enkele liefdesaffaires. Uit gebrek aan werkelijkheidszin raakt ze in feite steeds verder van haar ideale bestaan verwijderd. Financieel en emotioneel geheel aan de grond pleegt ze zelfmoord. Flaubert streefde een zo groot mogelijke objectiviteit na in de beschrijving van zijn hoofdpersonen en van hun sociale omgeving: nergens mengt hij zichzelf in zijn verhaal met verklaringen of moraliserende opmerkingen. In plaats daarvan probeert hij zich te verplaatsen in zijn personage. Het ging Flaubert echter niet alleen om een zo realistische mogelijke uitbeelding van dit karakter, blijkend uit de ondertitel wilde hij ook een realistisch beeld heven van het plattelandsleven in Normandië. De roman is geschreven in een zeer nauwkeurige, sterk beschrijvende stijl, waaraan Flaubert voortdurend bleef schaven (hij deed vijf jaar over dit boek).
Rusland
Rusland had twee grote realistische romanciers.
Fjodor Dostojevski
Fjodor Dostojevski schreef aan de oppervlakte sensationele misdaadromans, waarin een chaotische wereld wordt opgeroepen van hoeren en pooiers, moordenaars, maar ook heiligen en hervormers. Daaronder zijn het echter psychologische romans waarin het menselijke kwaad als verschijnsel centraal staat. In
Misdaad en Straf pleegt de student Raskolnikov een moord om uit te vinden of hij tot zoiets in staat is. Hij houdt er de theorie op na dat slechts gewone mensen zich aan wet en moraal moeten houden, maar dat ‘buitengewone’ mensen daar boven staan. In een Siberisch dwangarbeiderskamp begint hij de valsheid van zijn leer te doorzien en komt hij geestelijk tot een nieuw leven. Ook in Dostojevski’s andere meesterwerk, De gebroeders Karamazov staat een moord centraal, alleen blijft lang onduidelijk wie de dader is: een van de drie zoons van het slachtoffer, of zijn onwettige zoon. De laatste blijkt de dader maar de andere drie zijn op een of andere manier medeplichtig of voelen zich zo. Dit geldt vooral voor Ivan, die een soortgelijke filosofie als Raskolnikov er op na houdt.
Lev Tolstoj
Lev Tolstoj wordt vaak beschouwd als de grootste schrijver van Rusland en schreef naast talrijke andere werken twee romans die wereldberoemd zijn geworden.
Oorlog en Vrede is zijn grootste panorama van Rusland tijdens de Napoleontische oorlogen. Het leven van een twaalftal hoofdpersonen wordt vervlochten met de historische gebeurtenissen. Naast en door elkaar vinden we beschrijvingen van talrijke politieke en militaire gebeurtenissen van et alledaagse Russisische leven (vooral van adel). Thema van het boek is dat de geschiedenis niet gemaakt wordt door veldheren en politici maar door de gewone mensen die hun werk doen. Het realistische karakter wordt versterkt door het opnemen van citaten uit oorlogsberichten, brieven, officiële documenten en dergelijk.
Anna Karenina (1877) is het verhaal van een vrouw die gehuwd is met een dorre ambtenaar en verliefd wordt op de jonge officier Vronski. Ze kan niet kiezen tussen haar minnaar en haar maatschappelijke positie (en haar kind). Als Vronski zich van haar afwendt, ziet ze geen andere weg dan zelfmoord. Ze werpt zich voor de trein, waarmee de cirkel van het verhaal afgesloten is, want het opent met een scene waarin Anna getuige is van een treinongeval. Wat ze hier dus proberen te zeggen is dat het verhaal begint met een treinongeval (waar Anna getuige van is) en eindigt met een treinongeval (Anna pleegt zelfmoord). Naast een psychologisch drama is het boek ook een sociaal drama: het valt een samenleving aan die gevoelens verstikt in een keurslijf van conventies (gevoelens krijgen geen ruimte door afspraken over wat je wel en niet mag doen).
Scandinavië
Beroemd is de Noor Henrik Ibsen. Aanvankelijk stond zijn werk nog onder invloed van de romantiek (
Peer Gynt, 1867), waarin materiaal uit sprookjes en de noorse folklore is verwerkt en dat in verzen is geschreven. Dit is Ibsens meest geliefde stuk en in Noorwegen wordt het beschouwd als een soort nationaal werk, met name dankzij de muziek die de Noorse nationale componist Edvard Grief erbij schreef. Na dit stuk ging Ibsen over op maatschappelijke drama’s in proza.