Mythe: Niamh met het gouden haar en Oisin

Uit de zee kwam een prinses gereden al zittend op een wit paard. Ze droeg een paarse zijden jurk en op haar hoofd een kroon. Ze had prachtig lang gouden haar. ´Mijn naam is Niamh Chinn Óir,’ zei ze. Maar wie is Niamh Chinn Óir die menig mannenhart op hol deed slaan in het begin van deze mythe? Deze mythische figuur is zeer populair in de Keltische mythologie omdat ze de schoonheid vertegenwoordigt. Het verhaal over haar en haar geliefde Oisin is tragisch en interessant omdat het verhaal meer is dan liefde alleen. Ook de ontmoeting tussen heidens en katholiek Ierland komt in de mythe aan bod.

De mythe

De mythe deel I: Niamh met het gouden haar en Oisin

Het verhaal gaat dat de Fianna, het leger dat de hoge koning van Ierland diende, rondtrok door Ierland. Ze waren aan het jagen bij de meren van Killarney. Fionn MacCumhail, de leider van de troepen, besloot dat het tijd was voor een pauze. Ze hadden prachtig uitzicht op de zee. Rustig zaten de Fianna uit te rusten van hun inspanningen toen ze opeens een geluid hoorden. Ze dachten dat er een hert naderde, maar wat ze zagen toen ze beter keken was iets heel anders. Een prachtige vrouw kwam uit zee gereden, al zittend op een wit paard. Ze droeg een paarse zijden jurk en op haar hoofd een stralende kroon. Ze had prachtig lang gouden haar.

Alle strijders werden spontaan verliefd op haar mooie verschijning, zo ook Oisin, de zoon van Fionn MacCumhail. Fionn zelf wist zijn gevoelens onder controle te houden en stond op en ging naar haar toe.
“Wie ben je? Waar kom je vandaan? Wie is je vader en wie is je echtgenoot?” vroeg hij haar.
De vrouw lachte, een geluid dat de harten van de strijders deed smelten.
“Mijn naam is Niamh Chinn Óir, Niamh met het gouden haar. Mijn vader is Mannanán Mac Lír, de heerser over Tír na nÓg, het land van de jeugd.”
Fionn keek haar aan terwijl ze daar zo statig op haar paard zat en hij vroeg:
“Maar je hebt me de naam van je echtgenoot niet gegeven.”
“Het is zeker zo dat menig man om mijn hand gevraagd heeft, maar ik wil geen van hen als mijn levensgezel.”
"Is dat niet ondankbaar? Je moet tenminste aan iemand je hart geven.”
“Inderdaad,” zei Niamh. “Daarom ben ik gekomen, want de man die ik wil is hier, te midden van de Fianna.”
En ze glimlachte naar Oisin. Oisin hoefde naar men zegt niet lang na te denken. Gewillig ging hij met haar mee over de zee. Terwijl hij nog een keer over zijn schouder keek ontmoette hij de bedroefde ogen van zijn vader.

De mythe deel II: Oisin en Ierland

Drie jaar waren Niamh en Oisin zeer gelukkig. Maar al die jaren bleef er iets aan Oisin knagen, de ongelukkig ogen van zijn vader. Hij sprak erover met Niamh.
“Niamh, ik kan de blik van mijn vader op de dag dat ik vertrok maar niet vergeten. Ik moet terug naar Ierland om hen allen te zien.”
Niamh keek hem bedachtzaam.
“Ik zou dat niet doen, het zal je alleen maar teleurstellen.”
Maar Oisin was niet om te praten. Zuchtend stemde Niamh toe.
“Ga, maar beloof me niet van je paard te zullen gaan, zoals ik dat ook niet deed toen ik je kwam halen. Want als je dat doet zul je me niet meer weerzien.”
“Wees niet bang, en ik zal terug zijn voor je ja kunt zeggen.”
En zo vertrok Oisin.

Voorspoedig kwam Oisin aan in Ierland, maar hij kon de Fianna niet vinden. Hij reed naar de vaste plaats van de Fianna. Alles wat hij aantrof was een vervallen boel. Hij herkende alles, maar niets was onderhouden. Hij begreep er niets van. Hoe kon alles zo veranderd zijn in die korte tijd? Hij reed rond en riep om de Fianna. Maar hij zag hen niet.
Uiteindelijk kwam hij een groepje mannen tegen die bezig waren stenen te verslepen. Dit verbaasde hem. Hij had met een hand een steen op kunnen pakken die nu met vijf man moeizaam verplaatst werd. Hij sprak hen aan.
“Vertel me, waar zijn Fionn MacCumhail en zijn mannen?”
De mannen keken hem verbaasd aan en een van hen barstte in een lachen uit.
“Je bedoelt de leider van de bende die mensen oppakte zo’n driehonderd jaar geleden?”
Toen snapte Oisin wat er gebeurd was. Hij was niet drie jaar, maar driehonderd jaar weggeweest.
“Dat is een leugen,” zei hij. “De Fianna waren nobele mensen. Sterke mensen bovendien. Ik ben een van hen. We konden met een hand een steen oppakken en hem over die heuvel daar gooien.”
De mannen vroegen hem dit voor te doen. Dus Oisin boog zich voorover om een steen te pakken. Helaas brak de band van zijn zadel. Hij viel op de grond. In een seconde tijd veranderde hij in een oude man. Zijn paard rende van hem weg. Hij kon niet meer terug naar Tír na nÓg. Het groepje mannen was stomverbaasd. Wat er gebeurd was snapten ze niet. Dat het bijzonder was wel. Daarom brachten ze Oisin naar de wijste man die ze kende: st. Patrick.

Mythe deel III: Oisin en st. Patrick

Oisin woonde bij st. Patrick. De man was zeer geïnteresseerd in de verhalen van Oisin. Daarom vroeg hij Oisin te vertellen wat hem gebeurd was. In ruil voor werk kreeg Oisin onderdak en eten. Hij sleepte stenen rond omdat hij nog altijd bovennatuurlijk sterk was. Helaas was zijn zicht erg slecht daarom werd hij vergezeld door een jongen. Op zich was Oisin niet ontevreden maar hij had honger. Wat hij kreeg aan voedsel was niet genoeg voor hem. Daarom ging hij klagen bij st. Patrick.

“Ik kan niet goed werken want ik krijg niet genoeg te eten.”
“Onzin,” antwoordde Patrick. “Je krijgt een kwart koe, een bakplaat brood en een karn boter elke dag. Dat is genoeg voor iedere man.”
“In mijn tijd,” zei Oisin, “Was een kwart van een kraai groter dan dat van een koe, een bes groter dan een karn boter en een blad klimop groter dan een bakplaat brood.”
“Onzin,” herhaalde Patrick.
Nu was Oisin boos. Het feit dat Patrick dacht dat hij aan het liegen was was zeer erg. Een Fianna loog nooit. Daarom wedde hij dat hij het zou bewijzen. Zeer verbaasd stemde st. Patrick in.

Oisin droeg zijn loopjongen een riem te hangen aan een muur. Daarna vroeg hij hem de pasgeboren puppy's te halen en ze een voor een omhoog te gooien. De puppy die zich vastklemde aan de riem moest de jongen opsluiten in een huis. Daar moest hij een jaar blijven. In dat jaar mocht hij geen bloed of daglicht zien.
Na het jaar vroeg Oisin de jongen mee te komen samen met de hond. De hond moest aangelijnd zijn. Ze liepen over een veld en Oisin tilde op een gegeven moment een rots op. Daarna vroeg hij zijn knecht op te rapen wat er onder lag: Een hoorn, een schep zwaard en een ijzeren kogel.
“Blaas zo hard je kunt op de hoorn,” droeg hij de jongen op.
En hij blies maar er gebeurde niets. Nu pakte Oisin de hoorn en hij blies.
“Wat zie je?” vroeg hij de jongen.
“Een grote zwerm reusachtige vogels. En daarna een zwerm nog grotere vogels en nog een zwerm vogels, zo groot heb ik ze nog nooit gezien.”
“Wat doet de hond?”
“Hij kijkt alsof hij ze wil bijten.”
“Laat hem vrij,” zei Oisin.
De hond rende en viel de grootste vogel aan. Ze vochten maar de hond trok aan het langste eind. De vogel lag bloedend op de grond. Nu rende de hond als een bezetene op Oisin af.
“Gooi de kogel naar hem toe.”
Maar de jonge durfde niet dus vroeg Oisin hem de kogel in zijn hand te leggen en hem in de richting van de hond te draaien. Hij gooide en doodde met zijn worp de hond. Nu gingen de twee naar de vogel. De jongen sneed een kwart van het beest af en in zijn maag vond hij een bes en een klimopblad.

Met de buit gingen ze naar st. Patrick en deze kon niet anders dan zeggen dat Oisin de waarheid gesproken had.

Einde

Na dit voorval bleef Oisin bij Patrick tot zijn dood. Patrick deed zijn uiterste best Oisin te bekeren tot het katholicisme. Niamh is na zijn dood terug gegaan naar Ierland om haar Oisin te vinden, maar hij was toen al overleden.

Achtergrond informatie over de mythe

De mythe is afkomstig uit de Fennian Cyclus uit de Ierse Mythologie. Deze verhalen worden allen verteld door Oisin. Oisin is namelijk de grootste dichter uit de Ierse mythologie.

Het land Tír na nÓg is het land waar alle goddelijke schepsels leven. Het is het land waar niemand oud wordt. Mensen die er terecht komen, zullen hun oude leven nooit meer hetzelfde terugzien. De tijd loopt namelijk anders op Tír na nÓg.
Niamh Chinn Óir zei de dochter te zijn van de koning van het land. Mannanán haar vader is de god van de zee en inderdaad een heerser van het land van de eeuwige jeugd.
© 2009 - 2024 Niamh, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen
Tweetalig IerlandVraag je iemand welke taal er in het groene Ierland gesproken wordt, dan is de kans groot dat deze ondervraagde zal zegg…
Ierse babynamenBen jij of je partner in blijde verwachting? Dan is een naam voor de toekomstige kleine zeker een van de dingen waar je…
Ierse namen: Van Liam tot NiamhIerse namen: Van Liam tot NiamhDe Ierse jongens- en meisjesnamen zijn over het algemeen vaak moeilijke namen. Vooral omdat de uitspraak van de naam vaa…
Egyptische mythen: over Ra, Aton, Osiris, Isis, Horus e.aEgyptische mythen: over Ra, Aton, Osiris, Isis, Horus e.aIn het oude Egypte speelden mythen over goden een belangrijke rol. Een mythe zou men, in godsdiensthistorische zin, kunn…

Salomonszegel, mythe, macht en geneeskrachtMythische planten met rituele kracht zijn er in het verleden heel wat geweest. De Salomonszegel is zo een relict uit een…
Alruin, verhalen over het pisdiefjeMandragora officinarum, het mannetje, het pisdiefje is ongetwijfeld de beroemdste onder de magische planten. De geslacht…
Niamh (113 artikelen)
Gepubliceerd: 08-08-2009
Rubriek: Kunst en Cultuur
Subrubriek: Mythologie
Per 2021 gaat InfoNu verder als archief. Het grote aanbod van artikelen blijft beschikbaar maar er worden geen nieuwe artikelen meer gepubliceerd en nog maar beperkt geactualiseerd, daardoor kunnen artikelen op bepaalde punten verouderd zijn. Reacties plaatsen bij artikelen is niet meer mogelijk.