Opstand van de Georgiërs op Texel, voorjaar 1945
Alles wees erop dat voor het eiland Texel en haar bewoners de Tweede Wereldoorlog relatief rustig zou verlopen. Wel nam, zoals overal in bezet gebied, de Duitse repressie toe na de inval van de geallieerden in Normandië, zomer 1944. Echter, zo er op het eiland, zeker vergeleken met elders, nog een beeld zou kunnen bestaan van een relatieve gemoedelijkheid, dan ging dat beeld door de opstand van het daar gelegen bataljon Georgische soldaten in april-mei 1945 genadeloos aan gruzelementen. Honderden Georgiërs, Duitsers en ook tientallen Texelaars vonden toen de dood.
Texel, verblijfplaats van vreemde troepen: Legion Freies Indien
Al sinds het begin van de bezetting door de Duitsers van het Waddeneiland Texel, hadden er vaak troepenverplaatsingen plaatsgevonden. Dat zou in verband gebracht kunnen worden met de strategisch ligging van het eiland – onderdeel van de Duitse verdedigingslinie de Atlantikwall. Maar sinds mei 1943 ging het wel om nogal opvallende troepen. Toen namelijk werd het
Legion Freies Indien er gelegerd.
Deze soldaten waren afkomstig uit Brits-Indië. Ze streden voor onafhankelijkheid van India. Onafhankelijk van Groot-Brittannië dus, en dat had hen ertoe gebracht een bondgenootschap aan te gaan met Nazi-Duitsland. Er was een legioen geformeerd bestaande uit hindoes, moslims en sikhs, dat als speciale eenheid opereerde onder toezicht van Nazi-Duitsland. Eén bataljon was ondergebracht op Texel. Temeer omdat ze een donkere huidskleur hadden en een afwijkend uniform en bovendien Engels spraken werden ze door de Texelaars niet zo direct geassocieerd met de Duitse bezetters; vooral de meisjes van Texel bleken wel oog te hebben voor deze exotische types; hun verhouding met eilandbewoners was over ‘t algemeen wel goed.
Onderling waren er, vanwege verschil in cultuur en godsdienst (vooral sikhs en moslims konden elkaar niet uitstaan), problemen ontstaan bij de Indiërs. Bovendien waren dezen ontevreden over hun verblijf op Texel. Zij wilden, zoals ook ooit beloofd was, naar India om de Engelsen te bevechten. Al met al leek het de Duitsers verstandiger om de Indiërs elders onder te brengen. September 1943 verdwenen ze weer van het eiland.
Noord-Kaukasiërs
De plaats van de Indiërs werd in het najaar van ’43 ingenomen door een bataljon Noord-Kaukasiërs (voor de Texelaars waren dat trouwens allemaal ‘Russen’). Zij waren door het Duitse leger krijgsgevangen gemaakt tijdens het Duitse offensief in Rusland. Hun toekomst zag er volstrekt hopeloos uit. Mogelijk zouden ze geëxecuteerd worden of er wachtte hun een gewisse hongerdood in een krijgsgevangenkamp in de barre Russische winter. Er was een uitweg geboden: ze konden in Duitse krijgsdienst treden en dan meteen hun vaderland bevrijden van de Russische bezetting. In dat geval was hun een thuisland in het vooruitzicht gesteld.
Na de inval in Normandië, juni 1944, maakten de geallieerde troepen spoedig snelle vorderingen. Op 25 augustus ’44 viel Parijs en velen in Nederland, ook op Texel, verwachtten dat de Duitse bezetting voor de winter ten einde zou zijn. Dat vooruitzicht verhardde de Duitse bezetting. De repressie nam toe, ook op het eiland Texel waar tot nu toe eigenlijk altijd een nogal gemoedelijke sfeer was geweest zonder veel problemen met de Duitse bezetters. De toegenomen repressie uitte zich onder meer in razzia’s en zelfs plunderingen door Duitse soldaten (inclusief Kaukasiërs).
Georgiërs
Begin februari ’45 werd het bataljon Kaukasiërs overgeplaatst naar de kustverdediging bij Callantsoog. In hun plaats kwam op Texel een nieuw Ostbatallion. Deze keer betrof het Georgiërs. De meeste van deze Georgiërs waren eigenlijk maar uit op één ding: de Duitsers bestrijden. Natuurlijk waren de Duitsers wel op de hoogte van de ambities van veel van die Georgiërs en voor alle zekerheid was er altijd een grote groep betrouwbare Duitse soldaten gelegerd in hun nabijheid. Op Texel moesten bijvoorbeeld ruim 200 soldaten van de ‘gewone’ Wehrmacht de groep van 800 Georgiërs in de gaten houden.
Hoe dan ook, muiterij door de Georgiërs hing in de lucht; ’t was alleen nog de vraag wanneer het zou gebeuren, wat was gezien de recente ontwikkelingen in de oorlogshandelingen het meest geschikte moment. Toen er geruchten de ronde deden dat een deel van de Georgiërs naar het vaste land van Noord-Holland zou worden verplaatst om tegen de Canadezen te vechten, besefte men dat die zich dan onmiddellijk bij de Canadezen zouden voegen en dat vervolgens hun landgenoten die op Texel waren achter gebleven daar onmiddellijk de gevolgen van zouden ondervinden. De samenzweerders besloten daarom op 4 april 1945 niet lager te wachten maar tot actie over te gaan.
Een meedogenloze strijd
In de nacht van 5 op 6 april 1945 gingen de Georgiërs over tot de aanval. 180 Duitse soldaten werden in hinderlagen gelokt en zonder pardon afgemaakt. Maar een aantal Duitsers ontsnapte en sloeg alarm. De Duitse kustbatterij aan de zuidkant van het eiland werd nu (door de Duitsers) snel landinwaarts gericht; het hele eiland kon ermee bestreken worden.. Ook geschut bij Den Helder kon punten op Texel onder vuur nemen. In het zuidelijk deel van Den Burg wisten Duitse soldaten zich te handhaven.
Al in de ochtend van 6 april arriveerden de eerste Duitse versterkingen vanuit Den Helder op het eiland. Het haventje van Oudeschild moest op 7 april prijsgegeven worden; geleidelijk aan trokken de Georgiërs zich terug op het noordelijk deel van het eiland. De gevechten vonden nu vooral plaats in de Eierlandse polder ten zuiden van De Cocksdorp. Alle hoop van de Georgiërs was nu gericht op de Canadezen. Ze hoopten dat deze zo snel vorderingen zouden maken dat ze samen in een laatste strijd de Duitsers zouden kunnen verslaan.
Maar het liep anders. De Georgiërs waren eerst gedwongen de Eierlandse polder op te geven. De laatste 110 strijders verschansten zich in het in de duinen gelegen bunkercomplex bij de vuurtoren aan het Eierlandse Gat. Op 21 april was hun weerstand gebroken. 59 Georgiërs gaven zich over. De rest was gesneuveld; enkelen waren ontsnapt. De gevangen genomen soldaten werden gedwongen naakt hun eigen graf te graven waarna ze in groepen werden doodgeschoten. Ook eerder gevangen genomen Georgiërs hadden dit lot moeten ondergaan. Trouwens, geen misverstand: ook de Georgiërs lieten geen gevangenen in leven!
Verzet tot het eind
Dat alles nam niet weg, dat er nog een flink aantal Georgiërs had weten te ontsnappen. Ze hadden zich verbogen in het dichtbegroeide Staatsbos ten westen van Den Burg. Ook waren er die ondergedoken zaten bij boeren in de omgeving, ondanks dat daar grote risico’s aan verbonden waren: al op 7 April hadden de Duitsers de doodstraf gesteld op elke vorm van hulp aan Georgiërs.
Dat er nogal wat Georgiërs op het eiland waren na 21 april, was de Duitsers snel duidelijk geworden na telling van de lijken. Dus werd er nu een drijfjacht ingezet die vier dagen duurde. Daarbij vielen de nodige slachtoffers, maar anderzijds bleven Georgiërs vanuit hinderlagen de Duitsers aanvallen, waarbij hulp geboden werd door dappere Texelaars. Zelfs na de officiële overgave van de Duitsers in Nederland, op 6 mei ‘45, vonden er nog schermutselingen plaats op Texel tussen Duitsers en Georgiërs.
De afloop
Het duurde nog tot 20 mei voor de eerste Canadese troepen op Texel aan land gingen. Enige weken later begon de repatriëring van 236 Georgiërs. 570 van hen hadden er het leven gelaten. Van de Duitsers waren 180 soldaten vermoord bij het begin van de muiterij; 280 waren er nog gesneuveld in de strijd die daarop volgde. Onder de Texelaars waren 89 doden gevallen.
Lees verder