WO II: Het beleg van Leningrad
Het beleg van Leningrad (operatie noorderlicht) is het langste beleg tijdens de Tweede Wereldoorlog. Dit beleg duurde van 8 september 1941 tot 27 januari 1944. In al die jaren lagen de Duitsers voor de deur van Leningrad (het tegenwoordige Sint-Petersburg) maar hebben de stad nooit in handen kunnen krijgen. De enige reden dat het beleg voorbij was, was omdat de Duitsers zich terugtrokken.
Inhoudsopgave
Operatie Barbarossa
Operatie Barbarossa is de codenaam voor de Duitse aanval op de Sovjet-Unie. Op 22 juni 1941 vielen de Duitsers de Sovjet-Unie binnen. Het doel van deze operatie was om het Europese deel van de Sovjet-Unie in handen te krijgen. De lijn die de Duitsers in handen wilden krijgen was de zogenaamde AA-lijn (Archangelsk-Astrachan-lijn). Deze lijn liep van Archangelsk, dat in het noorden aan de witte zee lag, naar Astrachan wat in het zuiden aan de Kaspische zee ligt. De steden Moskou, Leningrad en Kiev moesten daarvoor in handen komen van de Duitsers.
Operatie Noorderlicht
Operatie Noorderlicht is de codenaam voor het veroveren van Leningrad. Deze operatie was onderdeel van Operatie Barbarossa. De bedoeling was om Leningrad in te nemen om zo de AA-lijn te kunnen behalen.
Opmars naar Leningrad
Operatie Barbarossa leek goed te werken. De Duitse legers rukten snel op door de Sovjet-Unie. Het legeronderdeel dat opdracht kreeg om naar Leningrad te gaan was Heeresgruppe Nord. Zij moeten in noordelijke en noordoostelijke richting de Sovjet-Unie veroveren. Deze Heeresgruppe bestond uit twee divisies. Het zestiende leger en het achttiende leger. Op 26 juni 1941 werd Daugavpils ingenomen en drie dagen later had de Heeresgruppe Nord het Letse Riga bereikt en in handen. Het zestiende leger kreeg als opdracht om de kust te "zuiveren" van alle Russische legereenheden die achter de Heeresgruppe waren beland. Tot nu toe was het een succes. Rond de vijftien Russische divisies waren uit elkaar geslagen maar niet verslagen. Als enige groep kreeg de Heeresgruppe het niet voor elkaar om alle Russen uit te schakelen en menig Russische soldaat kon op tijd terugtrekken achter hun eigen linies. Op 2 juli 1941 werd een tweede aanval op Dvina geopend en op 5 juli 1941 werd Ostrov ingenomen. Zowel het zestiende als het achttiende leger van de Heeresgruppe werd naar het oosten gestuurd. Zij rukten op naar Pskov.
Veldmaarschalk Von Leeb had een duidelijk plan om Leningrad te bereiken. Hij wilde zo snel mogelijk het gebied tussen Peipusmeer en Ilmenmeer in handen hebben zodat hij daarvandaan met een sterk leger door kon stomen naar Leningrad. Tussen de meren hadden de Duitsers zowel op land als in de lucht en overmacht op de Russen. In tegenstelling tot wat de Duitsers hadden gedacht werden de Russen niet bang van wat ze zagen. Vele inwoners van Leningrad waren al aan de slag om loopgraven om Leningrad te graven en vallen te zetten voor de Duitsers. Leningrad zou zich niet zomaar gewonnen geven.
De snelle opmars kwam te stranden. Tussen het Ilmenmeer en de stad Loega liepen de legers vast in de moerassen. Ook kwam er steeds meer verzet van de Russen tegen de Duitsers. In plaats van met honderden kilometers op te rukken zaten ze nu vast in het moeras. Ook had Von Leeb andere zorgen aan zijn hoofd. Hij had een korps achtergelaten in Estland en die kwam onverwacht veel meer tegenstand tegen op weg naar het noorden dan verwacht. Zijn korps had het Estse Tallinn niet in handen kunnen krijgen. Hierdoor werd hij gedwongen om meerdere divisies van het achttiende leger terug te sturen naar Tallinn. Von Leeb had gedacht dat de Esten de Duitsers als overwinnaars zouden ontvangen en hen vrij toegang zou geven en zelf de Duitsers te helpen om de Russen die zich in Tallinn bevonden te verslaan. Maar niks hiervan was waar. Ook besloot Von Leeb om een deel van zijn pantsergroep naar het westen af te zwenken. Zo konden ze om de moerassen heen een beter wegennet naar Leningrad gebruiken. Doordat Von Leeb nog meer manschappen kwijtraakte werd zijn groep alleen nog maar zwakker. Heeresgruppe Nord werd gedwongen om zich op te splitsen en hulp van Heeresgruppe mitte en Heeresgruppe süd hoefden ze ook niet te verwachten. Deze groepen hadden het zelf al zwaar genoeg.
Afsluiting toegangswegen van Leningrad
Op 30 juli 1941 kreeg Von Leeb andere orders van Hitler. In plaats van Leningrad te omsingelen moest hij de toevoerwegen naar Leningrad afsluiten die van het Ladogameer tot aan de Finse Golf liepen. Op 10 augustus 1941 begonnen de Duitsers de aanval op deze toevoerwegen en op 15 augustus 1941 waren de Russische troepen verslagen en een dag later hadden de Duitsers Krasnogvardejsk in handen en daarmee de belangrijkste spoorverbinding. Leningrad was afgesloten.
Toen de Duitsers hun aanval op de Russen openden, openden de Finnen vanuit het noorden ook de aanval op de Russen. Met hulp van de Finnen kregen de Duitsers de noordelijke ring om Leningrad in handen en was de stad omsingeld.
Ondertussen was het de Duitsers nog steeds niet gelukt om Tallinn in te nemen. Op 19 augustus 1941 begon de grote aanval op Tallinn en pas op 27 augustus 1941 evacueerden de Russische legers uit Tallinn. Het lukte de rode marine om duizenden manschappen over te zetten naar Kronsjtadt die daarna Leningrad konden komen versterken.
Aanval op Leningrad
4 september 1941. De Duitsers openden de aanval op Leningrad. De eerste artilleriegranaat ontplofte in de binnenstad van Leningrad. De dagen erop werden er meerdere granaten gelost op Leningrad. Op 6 september 1941 begonnen de eerste bombardementen. Doordat Leningrad zo groot en sterk is vielen de eerste verwoestingen van de stad niet eens op. Op 8 september 1941 was het zuidwesten van de stad een de beurt. Een groot bombardement werd uitgevoerd op dat deel van de stad. In dit gebied lagen de voedselopslagplaatsen van de stad. Deze werden door het bombardement bijna volledig afgebrand. Met heel krap rantsoeneren zouden de mensen in Leningrad maximaal nog voor twee maanden aan eten hebben. Op 17 september 1941 gingen de Russen in een tegenaanval. Ze begonnen met het schieten van kleine raketten met zo'n tien tot twaalf tegelijk. Hiermee brachten ze lichte schade toe aan de Duitsers. In plaats van een tegenaanval van de Duitsers hadden de Duitsers hun tanks geruisloos weggehaald en naar Heeresgruppe mitte gestuurd. Deze tanks zouden daar gaan helpen om Moskou in handen te gaan krijgen. In plaats van Leningrad in te nemen en dan door te gaan naar Moskou moest Heeresgruppe nord de stad omsingelen en alle toegangswegen afsluiten. Zo begon het beleg van Leningrad.
Beleg van Leningrad
Hongersnood
De Russen hadden door dat de Duitsers niet zouden verdwijnen rond de stad. Voor het overgrote deel waren ze omsingeld door de Duitsers en goederen aanvoeren van buiten ging niet. De voorraden raakten op in de stad en de inwoners van Leningrad hadden honger. Per schip en door de lucht kregen de Russen het niet voor elkaar om meer voedsel de stad in te krijgen. Eind september 1941 waren er in Leningrad zo'n drie miljoen mensen. Fabrieken en winkels in de stad sloten wegens gebrek aan goederen en de fabrieken die wel draaiden waren van de wapenindustrie. Alle mensen en kinderen die niet werkten kregen nog maar de helft van hun eerder gekregen rantsoen. De werkers kregen wel hun volledige rantsoen. Om maar aan eten te komen bedachten ze allemaal initiatieven. Er werd geen bier meer gebrouwen en van het hop werd brood gebakken. Om de bakblikken in te vetten werd zelfs gewone zeep en zelfs industriële olie gebruikt. De aanvoer van goederen over land ging ook steeds lastiger. Op 9 november 1941 kregen de Duitsers het stadje Tichvin in handen. Dit was de enige haven aan het Ladagomeer waar vandaan boten met goederen naar Leningrad konden worden vervoerd. Nu moesten de Russen een andere meer onbegaanbare route volgen om Leningrad te kunnen bevoorraden. Op 8 december 1941 kregen de Russen het voor elkaar om het stadje Tichvin weer te veroveren en kon er weer aanvoer van goederen naar Leningrad plaatsvinden.
Pas aan het einde van december 1941 kon er via het bevroren Ladagomeer voedsel aangevoerd worden. Maar dit ging niet zonder slag of stoot. Vele vrachtwagens kwamen in de sneeuw en op het ijs vast te zitten. In januari 1942 kregen de Russen het voor elkaar om een spoorverbinding te maken naar het oosten van het meer. Hierdoor hoefden de vrachtwagens nog maar dertig kilometer over het ijs te rijden voor de bevoorrading van Leningrad. De eerste voedseltransporten die naar Leningrad kwamen waren natuurlijk voor de Russische soldaten. Zij kregen al meer dan de bevolking maar waren wel uitgehongerd. Door de winter konden er over het meer evacuaties van burgers plaatsvinden. Duizenden werden in vrachtwagens de stad uit gebracht. Maar door de bittere kou van min veertig graden kwamen veel burgers om het leven. De burgers die te voet het meer wilden oversteken kwamen allemaal door de kou om het leven.
Eerste tegenaanval van de Russen
In december 1941 stopte de Blitzkrieg van de Duitsers. Leningrad was omsingeld en veel verder kwamen de Duitsers niet. Dus wat het tijd voor een tegenaanval. Het weer overnemen van Tichvin had een gat geslagen in de omsingeling van Leningrad. 13 januari 1942 begon het offensief tegen de Duitse omsingeling van Leningrad. Na vele zware gevechten waren de Russen eind januari zestig kilometer opgerukt. Maar de spoorlijn naar Moskou was nog steeds in handen van de Duitsers. Half maart slaagden de Duitsers er weer in om het Russische leger te omsingelen. Generaal Vlasov en zijn leger bleven vechten tot juli 1941. Toen werd hij door de Duitsers gevangengenomen. In plaats van hem als krijgsgevangene te berechten of hem te vermoorden werd hij voor propagandadoeleinden gebruikt. Vlasov zou hoofd van het Russische vrijheidsleger worden en samen met de Duitsers het regime van Stalin omverwerpen.
Einde van het beleg
Een betere situatie
Zomer 1942. Een vooruitzicht dat het beleg van Leningrad voorbij zou zijn was er niet. Daarom werden er op 5 juli 1942 driehonderdduizend burgers geëvacueerd. Men vermoedde dat de winter van 1942/1943 wel weer een zware winter zou kunnen worden. En hoe minder burgers er in de stad waren hoe meer voedsel er over zou zijn voor de soldaten en de overige burgers. Toen de dooi intrad in 1942 moest de o zo geliefde ijsweg worden afgesloten. Vanaf dat moment zou alle toevoer naar Leningrad weer per boot moeten gaan gebeuren. Zelfs terwijl de weg officieel al afgesloten was, besloten sommige chauffeurs toch nog hun leven te wagen om ladingen met uien de stad in te brengen. Doordat er meer aangevoerd kon worden en er steeds minder burgers in de stad waren was het voedselprobleem opgelost in Leningrad. Leningrad had zelfs grotere rantsoenen dan elders in de Sovjet-Unie.
In het voorjaar van 1942 werden de straten van Leningrad opgeschoond. Vrouwen waren de eerste die de straten ingingen om schoon te maken. Overal in de stad lagen lijken en ander vuil. Op 15 april 1942 was drie miljoen vierkante kilometer aan straten schoongemaakt. Wat begon met alleen een aantal vrouwen groeide als snel uit naar een opruimploeg van meer dan driehonderdduizend burgers.
Opheffing van de blokkade
23 juli 1942. Hitler gaf de opdracht dat in datzelfde jaar Leningrad nog ingenomen moest gaan worden. Het beleg had nu wel lang genoeg geduurd en de stad moest vallen. Hitler stuurde hiervoor extra legers naar het oosten. Zelfs een Spaanse vrijwilligersdivisie werd naar het front gestuurd. Eind juli 1942 stonden er eenentwintig infanteriedivisies, een tankdivisie en een infanteriebrigade in de buurt van Leningrad.
De Russen zagen de aanval al aankomen en besloten om zelf aan te vallen voordat de Duitsers hun offensief in gingen zetten. Eind augustus 1942 werd deze aanval ingezet maar deze faalde. De Duitsers waren te sterk. Op 8 september 1942 lukte het de Russen om de rivier de Neva over te steken. Op 8 oktober 1942 werden ze alleen weer teruggedrongen naar de andere kant van de Neva. Deze aanval was mislukt. Maar de Russen gaven niet op.
Nieuw Russisch offensief
Op 12 januari 1943 volgde er een nieuw Russisch offensief. Over een front van dertig kilometer moesten de Russen de Neva oversteken. Tegelijkertijd zou een tweede groep een aanval inzetten in de richting van Sinjavino. 45.000 stukken geschut werden ingezet als begin van het offensief. Beide troepen boekten vooruitgang ook al ging het langzaam. Op 14 januari 1943 was de afstand tussen de beide Russische groepen nog maar vijf kilometer en op 16 januari 1943 waren ze nog maar 1200 meter van elkaar gescheiden. Op 18 januari 1943 hadden de twee troepen elkaar bereikt en was de Duitse blokkade gebroken.
De Russen hadden nu een doorgang van vijftien kilometer breed. Helaas was hier geen spoorlijn te vinden en waren de Russen gedwongen om in de kou en onder artillerievuur een zijtak van het spoor te gaan maken. Al op 7 februari 1943 kon de eerste trein via dit spoor naar Leningrad.
Het einde van het beleg
9 september 1943. De Russen maakten nieuwe plannen om voorgoed van de Duitsers af te zijn en ze definitief te verslaan. Vanuit drie verschillende plaatsen zouden de Russen de Duitsers aanvallen en ze zouden wachten tot het winter was want dan zouden de Russen in het voordeel zijn. Vanaf 5 november 1943 werd alles in gereedheid gebracht. Troepen werden onopgemerkt verplaatst naar de plaatsen Oranienbaum, Poelkovoheuvels en het Volkhovfront. Op 14 januari 1944 zou de aanval beginnen vanuit Oranienbaum en Volkhovfrong. De legers in de Poelkovoheuvels mochten op 15 januari 1944 de aanval op de Duitsers openen. Met veel vuurgeweld braken de Russen door de Duitse linies. Naarmate de dagen en nachten kouder werden, werden de Russen sterker en sterker. Op 22 januari 1944 gaven de Duitsers het eindelijk op en begonnen ze de aftocht en op 27 januari 1944 waren de Duitse legers eindelijk definitief vertrokken bij Leningrad en was het beleg van Leningrad officieel voorbij.
Lees verder