Hoe je je kind kunt vertellen dat Sinterklaas niet bestaat

Sinterklaas bestaat niet? Toch is iedereen rond vijf december druk in de weer met cadeautjes, surprises, gedichten. En allemaal houden we het geheim in stand. Eens komt er een moment dat je je kind moet gaan vertellen dat het sprookje echt uit is…Hoe doe je dat tactisch zonder al te zeer het hart van je dochter of zoon te breken?

Kies het juiste moment

Vertellen dat Sinterklaas niet bestaat in de aanloop naar vijf december is niet zo’n goed idee. Kinderen zijn rond deze tijd vaak al wat uit hun doen van de spanning; ‘ben ik lief genoeg geweest’, ‘wat krijg ik’, ’wanneer mag ik nou eens mijn schoen zetten’, zijn dingen die je kind ’s nachts wakker kunnen houden. En dan kun je het natuurlijk niet maken om het kind uit de droom te helpen door te zeggen dat het allemaal niet waar is. Beter is het om erover te beginnen als de Sinterklaasperiode nog lang niet in zicht is, bijvoorbeeld ergens in het voorjaar.Je zou bijvoorbeeld het verhaal van de bisschop van Myra kunnen vertellen, dat hij vroeger echt heeft bestaan, altijd veel goed deed voor anderen en dat wij deze heilige nu nog eren door op vijf december Sinterklaasavond te vieren. Je kunt op deze manier de reactie van je kind peilen.

Twijfelaars

Soms beginnen kinderen er zelf al over. Ze kunnen de hele gang van zaken rond Sinterklaas gaan bekritiseren, zich bijvoorbeeld afvragen hoe hij aan al dat geld komt om iedereen cadeautjes te geven. Of hoe hij het voor elkaar krijgt om in één avond over alle daken te galopperen en alle kinderen een cadeautje te brengen. Hoe kan het dat Sinterklaas eerst ergens op een paard voorbijkomt en vijf minuten later in de winkel zit met een kind op schoot? En waarom heeft Sinterklaas de ene keer een bril op en de andere keer niet?
Het kan ook zijn dat oudere kinderen op school hun mond voorbij praten.
Je kunt op de twijfels ingaan en aan de reactie van je kind merk je dan wel of het er klaar voor is om de waarheid te horen, of dat het liever nog even blijft twijfelen. Op zich prima, de inleiding is dan al gemaakt en waarschijnlijk zal je kind het jaar erop al uit zichzelf het geloof in de Sint opgeven.
( Soms meent een kind in Sinterklaas te moeten blijven geloven, omdat het anders alle cadeautjes misloopt. Benadruk dat het feest gewoon blijft bestaan, maar dat de cadeautjes niet van Sinterklaas komen)

Ongeloof

Het kan zijn dat je kind niet wil geloven dat de goedheiligman een verzinsel is en dat het allerlei dingen bedenkt waardoor het sprookje in zijn ogen toch mogelijk is. Bijvoorbeeld dat Sinterklaas een soort ’superman’ is en daardoor razendsnel van de ene op de andere plaats kan opduiken. Of dat Sinterklaas niet zelf de cadeautjes brengt, maar dat zijn Pieten dat natuurlijk voor hem doen, zo’n oude man op het dak, dat kan toch zeker niet..?
Als je merkt dat je kind er nog niet aan toe is de waarheid te accepteren, zet dan niet door. De kans is dan groot dat het verdrietig wordt of zich verraden voelt (je hebt er als ouder immers ook alles aan gedaan om het geheim te bewaren). Sommige kinderen zijn nu eenmaal wat gevoeliger dan anderen. Laat ze dan nog maar even verder dromen..

Betrek het kind bij het geheim

Als je kind al wat over de twijfelfase heen is, kun je voorzichtig aangeven dat Sinterklaas een groot geheim is en dat iedereen er aan mee werkt om dat geheim in stand te houden: de juf, opa en oma, de buren, de bakker, het Sinterklaasjournaal en noem maar op. Je kunt het kind in het complot betrekken door te zeggen dat nu het het geheim weet, dit ook geheim moet houden. Jongere broertjes, zusjes of kinderen uit de buurt mogen het nog niet weten. Het kind zal uiteindelijk trots zijn dat het oud genoeg is zo’n groot geheim te mogen bewaren.
Eventueel kun je ter ondersteuning het boek ‘Verboden voor Sinterklaas’ van Margriet Hogeweg laten lezen. Dit gaat over een jongetje dat toevallig hoort dat zijn opa altijd Sinterklaas speelt. Hij laat niet merken dat hij het weet, maar wordt wel boos omdat hij al die tijd is voorgelogen. Hij verzint een manier om zijn (groot)ouders in de maling te nemen.

Laat het kind helpen met voorbereiden

Vanaf nu is het kind ‘Hulp-Sinterklaas’. Je kunt het kind betrekken bij het kopen van cadeautjes voor de jongere kinderen, je kunt het helpen met surprises of gedichtjes voor anderen.
Samen kun je het huis gezellig maken voor pakjesavond en lekkere dingen in huis halen.
Zo leert het kind dat er in feite niets verandert; het gezellige feest blijft, alleen heeft het nu een andere invulling gekregen.