Carnaval vieren in Limburg
Het carnaval zoals we dat in Brabant en Limburg vieren, is eigenlijk voortgekomen uit het Rijnland. Daar hield men al in 1823 de eerste carnavalsoptocht. De viering van carnaval vindt plaats aan de vooravond van de vastentijd. In Limburg is daarom de benaming ‘vastelaovend’ gebruikelijk. Op carnavalsdinsdag tegen middernacht zijn de festiviteiten weer voorbij. Oudere carnavalsvierders halen op Aswoensdag traditiegetrouw in de kerk nog een askruisje. Daarmee geven ze aan dat ze berouw hebben van hun zonden. Niet zelden gaat dat gepaard met een enorme kater. Boven de grote rivieren wekken de drie dolle dagen vaak de nodige verbazing en onbegrip. Maar met name in Brabant en Limburg zijn de drie carnavalsdagen bij velen het hoogtepunt van het jaar. Maar wat is de herkomst van die traditie van optochten, drinken en feesten eigenlijk?
Wat is carnaval?
Carnaval is een zeer oude traditie uit voor-christelijke, heidense tijden. Het dragen van
maskers verbeeldt de omgang met de negatieve krachten en heidense goden. Aan het einde van de winter werden de boze geesten verdreven en de komst van de lente gevierd. Carnaval vieren vond dus zijn oorsprong in het uitdrijven van de winter en de overwinning van de lente. Carnaval gaat van oudsher gepaard met gemaskerde
optochten en
fratsen.
De invloed van kerk en geloof op carnaval
Toen met de komst van het katholieke geloof de verering van heidense goden werd verboden, bleven de mensen toch feesten. Vanaf toen wel in het geheim en gemaskerd, zodat men hen niet herkende. Later ging de katholieke kerk toch overstag en werd van de gemaskerde feesten een katholiek gebruik gemaakt. Er werd een
link gelegd met de erop volgende
vastentijd, vandaar die Limburgse benaming “Vastelaovend”.
Wanneer vieren we Carnaval?
Het carnavalsseizoen begint officieel al op 11.11 om 11:11 uur en eindigt op de dinsdag voor Aswoensdag om middernacht. Met Aswoensdag begint de christelijke vastentijd. Dit heeft een puur religieuze betekenis, maar historisch gezien is het
de tijd dat de wintervoorraden uitgeput raakten en men het met minder moest stellen om de tijd tot de eerste lenteoogsten te overbruggen. De Duitse benaming Fast-nacht duidt dus op de overgang naar de erop volgende vlees- en vetvrije periode.
Carnaval vieren in Brabant en Limburg
Het carnaval in Brabant en vooral in Limburg heeft
kenmerken van het Rijnlandse carnaval. Meer precies met het carnaval in Keulen waar al in 1823 de eerste carnavalsoptochten plaatsvonden. Keulen was in die dagen in handen van de Pruisen. Tijdens het carnaval staken de inwoners van Keulen de draak met het Pruisisch en zeer militaristisch ingesteld gezag:
- de carnavalisten gingen nep-uniformen dragen;
- ze richtten gardes op;
- en deelden nep-onderscheidingen uit.
Zij brachten de militaire groet niet zoals gebruikelijk met hun rechterhand gestrekt tegen de rechterslaap. In plaats daarvan strekten ze hun rechterhand omgekeerd naar hun linkerslaap.
Waarom verkleden en schminken met carnaval?
Zoals hierboven al een aantal malen is aangegeven, was het
onherkenbaar zijn in de carnavalsgebruiken altijd van essentieel belang:
- onze heidense voorouders maakten zich onherkenbaar voor de katholieke autoriteiten. Die immers verboden de heidense carnavalsgebruiken;
- in het Rheinland (Keulen) stelden de maskers en vermommingen de burgers in staat om de Pruisische overheersers belachelijk te maken zonder herkend te worden.
Om die redenen was het masker lange tijd erg in trek. Als gemaskerde carnavalist kan je op mensen toestappen waaraan je een hekel hebt en hen met verdraaide stem belachelijk maken. Of hen eens duchtig de waarheid vertellen. Niemand weet immers wie je bent.
Schminken in plaats van een masker
Ook anno 2012 spelen zogenaamde “
auw viewer” (oude wijven) nog een voorname rol tijdens de carnavalsdagen:
- vermomd in oude kleren trekken ze rond;
- bezoeken de kroegen en bedelen om een drankje;
- kruipen bij mannelijke cafégasten op schoot en maken hen belachelijk.
Maar maskers zitten niet altijd prettig en bovendien zijn ze een belemmering bij het consumeren van
(alcoholische) dranken. Tegenwoordig is daarom ook het schminken erg in trek. En per slot van rekening bereiken we daarmee eenzelfde effect: onherkenbaar zijn.
Hoeveel kost carnaval vieren?
Wie zich met Carnaval enkele dagen in het feestgewoel wil storten, wil uiteraard ook weten hoeveel hem of haar dat gaat kosten. Welnu, carnaval vieren, is een aanslag op de portemonnee. Gemiddeld feesten carnavalisten 2 dagen lang en zijn ze daar pakweg € 180 aan kwijt:
- € 90,- gaat op aan drank;
- € 40,- aan eten;
- € 45,- euro aan het kleding, schmink en andere zaken.
Dat becijferde omroep WNL in februari 2019 in samenwerking met het Centraal Bureau voor de Statistiek. Pakweg 1,5 miljoen carnavalsvierders brengen tijdens het feest circa 270 miljoen euro in het laatje van de horeca. Kassa dus! In een carnavalsstad als Den Bosch zet een kleine kroeg zo’n € 25.000,- om tijdens de 5 carnavalsdagen. Dat is negen maal zoveel als de omzet in 5 ‘normale’ dagen.