De Slag bij Wörth (1870)
De Slag bij Wörth was de eerste grote veldslag in de Frans-Pruisische Oorlog (1870-1871). De slag vond plaats in de Elzas, in de directe omgeving van Froeschwiller en Wörth. De veldslag was het direct vervolg op de veel kleinere Slag bij Wissembourg, die twee dagen eerder had plaatsgevonden. De Franse generaal Douay werd hier verslagen en trok zich terug in de richting van de rest van het Franse leger, dat in Wörth gelegerd was. Daar werd op 6 augustus 1870 een nieuwe veldslag uitgevochten.
Franse uitgangspositie
De Franse maarschalk MacMahon had zijn troepen opgesteld op de heuvelrug tussen Neehwiller, Froeschwiller en Elsasshausen, in de buurt van de Duitse grens. De heuvels waren vrij steil en veelal voorzien van wijngaarden. Ten oosten van deze heuvelrug lag een grote, open vlakte waar de Sauer stroomde. Deze was op de meeste plekken lastig doorwaadbaar. Daarom was het terrein erg gunstig voor de Fransen.
De 1ste divisie, onder Ducrot, vormde de Franse linkerflank. Zij stond opgesteld in het Grosswald voor Neehwiller en op de heuvelrug voor Froeschwiller. De 3e divisie, aangevoerd door generaal Raoult, had haar positie ingenomen op de heuvelrug tussen Froeschwiller en Elsasshausen. Rechts van de 3e divisie stond de 4e divisie, aangevoerd door Lartigue. Hij vormde de rechterflank en moest een opmars vanuit Gunstett en Morsbronn tegenhouden.
Pruisische uitgangspositie
Het Derde Leger was op 5 en 6 augustus in de richting van de Sauer gemarcheerd. Het IIe Beierse Korps, geleid door generaal von Hartmann, was tussen Lembach en Langensoultzbach opgesteld, met uitzondering van de 4e divisie die verder naar het westen was opgesteld. Deze divisie moest naar Wörth marcheren, als ze kanonschoten uit dat gebied konden horen. Op die manier konden zij de Franse linkerflank aanvallen.
Links van dit Beierse legerkorps stond het Ve legerkorps, tussen Görsdorf en Gunstett opgesteld. Het Ve legerkorps werd aangevoerd door generaal von Kirchbach. Zuidoostelijk van het Ve legerkorps stond het XIe legerkorps, aangevoerd door generaal von Bose.
Het aarzelend begin van de veldslag
Prins Friedrich Wilhelm en Blumenthal waren van plan om hun troepen één dag te laten rusten en op 7 augustus aan te vallen. Gedurende de nacht van 5 op 6 augustus waren Franse en Pruisische voorposten echter bij diverse schermutselingen betrokken geraakt. Eén van deze schermutselingen vond plaats om zeven uur in de ochtend, toen generaal-majoor von Walther, commandant van de 20ste brigade, een verkenning in Wörth uit liet voeren. Walther dacht te vernemen dat de Fransen zich terugtrokken en zond een bataljon en een batterij naar Wörth om dat uit te zoeken. Daarbij werden schoten afgevuurd door de artillerie.
Hoewel het artillerievuur niet hevig was, dacht Hartmann dat dit het moment was om met zijn 4e divisie naar Wörth te marcheren en deel te nemen aan het gevecht. Hij beval zijn batterijen om het vuur op de Franse stellingen te openen en stuurde zijn troepen naar Wörth. De opmars van de divisie kwam tot stilstand door Frans vuur in het bos voor Langensoultzbach. In een poging verdere escalatie te voorkomen werd Hartmann bevolen om zich terug te trekken naar Langensoultzbach.
Ondertussen zag de stafchef van het Ve legerkorps het artillerievuur uit Langensoultzbach toenemen in hevigheid. Om te voorkomen dat de Fransen zich volledig op het Beierse korps zouden richten, besloot hij de Franse artillerie onder vuur te nemen met de volledige artillerie van het Ve korps.
In de loop van de morgen waren ook de schermutselingen rond Gunstett heviger geworden. Het grootschalige artillerievuur had de aandacht van de 21ste divisie van het XIe legerkorps getrokken, dat vervolgens naar Gunstett marcheerde om het Ve legerkorps te ondersteunen. Door de hevigheid van het gevecht volgde niet lang daarna ook de 22ste divisie, die de Franse rechterflank aan zou vallen.
Escalatie
Deze aankomende versterkingen wakkerden het zelfvertrouwen van de commandant van het Ve legerkorps, generaal Kirchbach, aan. Om tien uur 's ochtends besloot hij dat het tijd was om de aanval dan toch definitief in te zetten. Hij beval om via Wörth op te rukken naar de heuvelrug, maar door het hevige vuur bleek dit tevergeefs. Er vielen veel slachtoffers aan Pruisische zijde. Kirchbach had bericht gestuurd naar het XIe en het IIe Beierse legerkorps dat hij ging aanvallen en dat hij op hun steun rekende. Hartmann, die zich net had teruggetrokken, moest zich nu hergroeperen en zijn aanval zo snel mogelijk weer hervatten.
Het tij keert
Rond één uur 's middags verscheen de kroonprins ter plaatse om het commando over te nemen. De situatie was alles behalve geruststellend. De Pruisische aanvallen waren niet voldoende gecoördineerd en als gevolg daarvan hadden de Fransen alle aanvallen af weten te slaan.
Versterkingen waren echter onderweg en dat bood perspectief. Het Iste Beierse legerkorps was in aantocht vanuit het noordwesten. Friedrich Wilhelm beval: "The IInd Bavarian Corps will press upon the left flank of the enemy in such a manner as to gain a position in rear of it towards Reichshoffen. The Ist Bavarian Corps [...] will come into line between the IInd Bavarian and the Vth Army Corps." Verder kon het legerkorps uit Baden-Württemberg ieder moment arriveren en moest het XIe legerkorps ondersteunen in hun aanval op de Franse rechterflank.
Deze aanval op de Franse rechterflank bleek doorslaggevend. Vanuit Gunstett rukte het XIe legerkorps op tot aan het Niederwald in Morsbronn. MacMahon zag dat zijn flank bedreigd werd, maar had enkel nog cavalerie-eenheden ter beschikking. Drie regimenten aan cavalerie voerden een charge uit, in de hoop de Pruisen terug te drijven. Deze tegenaanval werd echter afgeslagen, waarna het Pruisische XIe legerkorps de aanval in de richting van Froeschwiller kon voortzetten. Door deze flankerende aanval konden de Pruisische en Beierse eenheden in het midden van het front hun aanval op Froeschwiller en Elsasshausen hervatten. Om vijf uur gaf MacMahon zich gewonnen en trok het Franse leger zich terug.
Nasleep
In de Slag bij Wörth zijn ca. 10.600 Duitsers en 20.000 Fransen gesneuveld. Vooral in het begin van de veldslag waren de Fransen succesvol. Dit was met name te danken aan de superioriteit van hun geweer, de Chassepot. Deze had een veel groter bereik dan het Pruisische Dreyse Zundnägelgewehr. De Pruisen wisten uiteindelijk het tij te keren door de versterkingen een flankerende beweging uit te laten voeren. Ook beschikten over superieure artillerie, waardoor de sterke Franse positie onder hevig vuur kwam te liggen.
Omdat MacMahon zich terugtrok in de richting van Metz, lag de weg open voor de Pruisen. De Pruisische opperbevelhebber, Helmuth von Moltke, splitste zijn leger daarom op. Een leger trok op in de richting van Straatsburg. De overige twee legers volgden MacMahon in de richting van Metz. In deze Pruisische veldtocht, die slechts een maand duurde, werd Napoleon III uiteindelijk omsingeld bij Sedan. Hier zou hij zijn overgave aanbieden op 2 september 1870.