Sojourner Truth, de zwarte activiste
Sojourner Truth kwam in 1797 in een Nederlandse nederzetting in Ulster County (New York) als Isabella Baumfree ter wereld. Ze was een van de eerste mensen die het verband zag tussen de strijd van de zwarte slaven en die van de vrouw. Als abolitioniste (voorstander van de afschaffing van de slavernij) en suffragiste was ze een fervent voorvechtster van de gelijke rechten van Afro-Amerikanen en vrouwen in de Verenigde Staten.
Slavin
Truth werd in slavernij geboren en op achtjarige leeftijd doorverkocht. Haar derde eigenaar werd
John Dumont van New Paltz. Als tiener werd ze uitgehuwelijkt aan de oudere slaaf Thomas van een naburige boerderij met wie ze vijf kinderen had. In 1826 beloofde Dumont haar vrij te laten. Toen hij op zijn beslissing terugkwam vluchtte ze met haar jongste kind en woonde bij een
Quaker gezin in New Paltz, New York. In 1827 maakte ze gebruik van een pas gestemde wet inzake de formele afschaffing van de slavernij in de staat New York om de vrijheid van haar oudste zoon te bepleiten. Ze haalde hem uit Alabama terug naar New York.
Geroepen door God
In 1829 verhuisde ze met haar kinderen naar New York City. Ze werd christin en werkte bij een methodistische gemeenschap waar ze de basis legde voor haar geloof in de gelijkheid van alle mensen. Ze bleef jarenlang in verschillende religieuze gemeenschappen actief waaronder een utopistische sekte waar ze kennismaakte met de abolitionist
Frederick Douglass. In die periode werd ze zich ervan bewust dat ze door God geroepen was om haar leven te wijden aan de strijd voor de rechten van anderen. In 1843 wijzigde ze haar naam in Sojourner Truth. Het was een symbolische naam: ‘sojourn’ betekent ‘tijdelijke verblijfplaats’, waarmee ze aangaf te willen reizen, en ‘truth’ (waarheid) omdat ze Gods waarheid wilde onderwijzen.
De Lybische Sybille
Ze legde zich toe op de strijd voor de rechten van de rechtelozen door aan te sluiten bij de abolitionisten. Na de Amerikaanse Burgeroorlog ging ze in Washington werken waar ze zwarte soldaten adviseerde en slavinnen leerde de huishouding te doen. Ze kwam op voor een ‘Negerstaat’ en ging op zoek naar werk voor Afro-Amerikanen die berooid en zonder thuis van de oorlog waren teruggekeerd. Hierdoor verwierf ze naam. Harriet Beecher Stowe vermeldde haar in talrijke publicaties waaronder het essay "Sojourner Truth, The Libyan Sibyl” (Sojourner Truth, de Libische Sibylle). In 1864 werd ze door
Abraham Lincoln gevraagd om de rassenscheiding op de trams aan te pakken.
De gebalde vuist
Truth had nooit leren lezen noch schrijven, maar met de hulp van een goede vriend en buurman, publiceerde ze in 1851 de bestseller ‘
Narrative of Sojourner Truth’ (Het Verhaal van Sojourner Truth) waarin ze haar leven als slavin en haar transformatie tot activiste beschreef. Op dat moment woonde de nu beroemde abolitioniste een door
Elizabeth Cady Stanton georganiseerd congres voor stemrecht van vrouwen in Akron, Ohio bij. Frederick Douglass had voor Afro-Amerikaanse steun voor de bijeenkomst gezorgd en Sojourner Truth reisde er als gast naartoe. Op de bijeenkomst hield Truth een van haar beroemdste redevoeringen, "
Ain't I a Woman” (Ben ik geen Vrouw). Ze antwoordde hiermee op de talrijke mannelijke sprekers die verklaard hadden dat vrouwen zwak waren en een bijzondere behandeling nodig hadden, hetgeen de minderwaardigheid van de vrouw tegenover de man moest rechtvaardigen en waarom hun het stemrecht moest onthouden worden. Truth stond op en sprak de volgende woorden uit:
"
Die man daar zegt dat vrouwen in rijtuigen moeten geholpen en over greppels gedragen worden en overal de beste plaats moeten krijgen. Niemand heeft me ooit in rijtuigen geholpen of over modderpoelen gedragen of me de beste plaats gegeven! En ben ik geen vrouw dan? Kijk naar mij! Ik heb geploegd en geplant en de oogst in schuren opgeslagen, en geen enkele man heeft me leiding gegeven! En ben ik geen vrouw dan? Ik kan evenveel werken en eten als een man -als ik het kan krijgen- en verdroeg de zweep in gelijke mate! En ben ik geen vrouw dan?"
Sojourner Truth in het kunstwerk Dinner Party van Judy Chicago
Sojourner Truth plaats werd opgesmukt met verwijzingen naar zowel haar Afrikaanse afkomst als haar vooraanstaande plaats in de Amerikaanse geschiedenis. Op
de tafellegger verbindt Judith Chicago de Afrikaanse oorsprong van het naaiwerk met zijn geschiedenis in de Verenigde Staten. De randen van de legger zijn ontworpen met een Afrikaanse afboordingsweeftechniek die traditioneel door slaven werd gebruikt, gecombineerd met een door Europese vrouwen ingevoerde stukwerktechniek. Deze combinatie vertegenwoordigt de vermenging van deze twee tradities in de ontwikkeling van de Amerikaanse gewatteerde sprei (quilt).
Sojourner Truths bord is een van de enige op het banket waarop geen vagina staat afgebeeld. Op het bord prijken drie aangezichten: een dat naar links gekeerd staat, een dat je recht aankijkt en een dat naar rechts gewend is. De drie aangezichten, die Afrikaanse maskers voorstellen, delen één vrouwenlichaam dat gesymboliseerd wordt door volle borsten. De borsten verwijzen naar het verhaal van de man van een kerkgemeenschap die tijdens een rede van Truth eiste dat haar lichaam zou onderzocht worden omdat hij niet geloofde dat een vrouw zo krachtig uit de hoek kon komen.
Het aangezicht links met een traan die van haar wang biggelt, huilt om het lijden van de slaven. Het gestileerde gezicht rechts met verbijsterde open mond geeft de woede van de zwarte vrouwen in slavernij weer. Het centrale gezicht, een met een patroon van zwarte en witte driehoeken versierd masker, suggereert de mate waarin zowel zwarte als blanke vrouwen verplicht werden om hun echte persoonlijkheid te onderdrukken. De gebalde vuist uiterst rechts ten slotte herdenkt Sojourner Truths redevoering ‘
Ain’t I a Woman’ en haar krachtig gebaar op de Conventie voor Vrouwenrechten in Ohio in 1851.