Schilders 20e eeuw: Piet Mondriaan, pure abstracte kunst

De bekende en de onbekende Piet Mondriaan
De schilder Piet Mondriaan (1872-1944) is vooral bekend geworden door zijn abstracte schilderijen van effen blauwe, gele en rode rechthoeken op een witte achtergrond. Met deze schilderijen, die hij schilderde in de jaren twintig en dertig van de vorige eeuw, werd hij een vernieuwer in de internationale kunstwereld.Minder bekend is dat Piet Mondriaan begon als schilder van realistische landschappen in de trant van de Haagse School. Door uitstapjes naar Parijs maakte Mondriaan kennis met de primaire kleuren van het fauvisten en de composities van de kubisten. Zijn realistische landschappen werden gereduceerd tot enkele kleuren en een geometrisch lijnenspel. Later liet Mondriaan de visuele wereld voor wat hij was. Volgens Mondriaan verzette de abstracte kunst zich tegen een natuurlijke voorstelling van dingen. Hij beperkte zich daarom tot lijnen en rechthoeken, tot primaire kleuren en zwart en wit, in een poging om een kunst van zuivere relaties te creëren.

Schilder van landschappen en portretten in Amsterdam
Rond 1895 woonde Mondriaan in Amsterdam. Hij volgde een cursus aan de Rijksacademie. Met klusjes als het geven van tekenles, het schilderen van portretten en het maken van kopieën van schilderijen in musea voorzag hij in zijn onderhoud. Ook begon hij zijn eerste landschappen te verkopen.De landschappen van Mondriaan staan in een realistische traditie die begon in de zeventiende eeuw. Met als doel natuurgetrouwheid legden de schilders de steeds veranderende aspecten van het gewone, Hollandse landschap vast. Ook in de eerste landschappen van Mondriaan zijn al typische kenmerken aan te wijzen, zoals zijn gevoel voor eenheid en balans, en zijn behoefte aan orde en systeem. Boerderij met wasgoed aan de lijn (circa 1897) is doorzeefd met punaisegaten, een teken dat Mondriaan er in fasen aan heeft gewerkt. Tijdens het schilderen sneed hij het doek aan alle zijden bij, ter versterking van de compacte en complexe structuur van de compositie.

Mondriaan en de theosofie
Mondriaan kwam rond 1908 in contact met de theosofie. Er ligt, volgens de theosofie, een wezenlijke eenheid ten grondslag aan alle verschijnselen in het universum. Mondriaan probeerde, door gebruik te maken van zuivere elementen, tot die eenheid, die verhouding tussen her mannelijke en het vrouwelijke en tussen het positieve en het negatieve door te dringen.
De vereenvoudigde landschappen
Zijn na 1908 geschilderde landschappen werden door Mondriaan steeds verder vereenvoudigd. Dat proces van vereenvoudiging is goed te zien bij drie door hem geschilderde bomen. De rode boom (1908) is weliswaar herkenbaar, maar zijn vlekkerige rode stam en het overheersende blauw wijken al behoorlijk af van de werkelijkheid. De grijze boom (1912) is nog herkenbaar als boom, maar de kleur is gereduceerd tot grijs en zwart. In Bloeiende appelboom (1912) is in het geometrische lijnenspel nauwelijks nog een boom te herkennen. Alleen de stam is nog herkenbaar.



Mondriaan in Parijs
Mondriaan vestigde zich in 1911 in Parijs. Hij bleef er wonen tot het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog in 1914. Mondriaan kende het werk van de kubisten goed. Hij volgde echter een eigen weg naar een meer vergeestelijkte vorm van kunst. Zijn schilderijen waren al voor de Eerste Wereldoorlog zo abstract dat het soms niet mogelijk was om er een thema in te ontdekken.In Parijs bezocht hij plekken waar gebouwen werden afgebroken, zodat vreemde, blinde gevels tevoorschijn kwamen. Kennelijk was hij in Parijs op zoek naar het natuurlijke, het niet door de mens geordende. In Compositie in ovaal met kleurvlakken 2 (1914) vertaalde Mondriaan de blinde gevels naar een schilderij met duidelijke en heldere kleurvlakken.
Mondriaan en De Stijl
De Stijl was een maandblad dat bestaan heeft van 1917 tot 1931. Het blad was de spreekbuis van onder meer Theo van Doesburg, Piet Mondriaan en Gerrit Rietveld. De leden van de filosofische beweging De Stijl keerden zich tegen elke vorm van figuratieve kunst. Door een op de rechte lijn en geometrische vormen gebaseerde kunst moest een nieuwe kunst worden gerealiseerd. Een juist evenwicht tussen de primaire kleuren rood, geel en blauw en niet-kleuren grijs en zwart moest het volmaakte schilderij opleveren.
Mondriaan en de abstracte kunst
Mondriaan had de oorlogsjaren in het neutrale Nederland doorgebracht. In juni 1919 keerde hij terug naar Parijs. Hij had voldoende vertrouwen om zich verder te verdiepen in de abstracte, voorstellingsloze kunst. Het streven naar abstractie van De Stijl leidde bij Mondriaan uiteindelijk tot absoluut geometrische abstractie.Op zijn vanaf begin jaren twintig vervaardigde abstracte schilderijen lopen rechte, dikke en zwarte lijnen kriskras over het doek. De aldus gevormde rechthoeken zijn voorzien van effen primaire kleuren (rood, geel en blauw) zonder kleurverloop. Bij een schilderij als Tableau 1 (1921) zijn alleen de primaire kleuren en de geometrische vorm nog over. Verdere vereenvoudiging is niet meer mogelijk.
Mondriaan in New York
Mondriaan vluchtte na het begin van de Tweede Wereldoorlog van Londen, waar hij de verschrikkingen van de bombardementen meemaakte, naar New York. In de Verenigde Staten had zijn kunst veel succes. Hij werd gerekend tot een van de belangrijkste kunstenaars van de twintigste eeuw en van Amerika.
Mondriaan experimenteerde al tijdens de jaren twintig van de vorige eeuw met ruitvormen. Ook voor zijn laatste schilderij, Victory Boogie Woogie, koos hij voor de door hem geliefde ruitvorm. De rechte, zwarte lijnen ontbreken in dit schilderij. Ze zijn vervangen door lineaire reeksen van kleine, fel gekleurde vierkantjes. Het schilderij, met zijn snel opvolgende kleurvlakken, lijkt de overwinning te vieren van de oorlog, een overwinning die Mondriaan zelf niet meer zou meemaken. Hij heeft Victory Boogie Woogie (1942-1943) niet meer kunnen voltooien. Begin 1944 overleed hij aan een longontsteking. Het beroemde schilderij is nu te bewonderen in het Gemeentemuseum in Den Haag.